Notaris-, schepen- en andere akten

69 Missive van luitenant generaal landgraaf van Hessen Philipsthal gouverneur van ’s-Hertogenbosch te kennen gevende dat voor de Pruisische Troepen in de stad en omliggende dorpen alsmede de troepen van de staat tot de campagne gedestineerd en de nodige trein artillerie en tussen de 1100 à 1200 paarden en over de 200 karren zijn gevorderd en er zich maar 90 trekpaarden aldaar bevonden en daarom heeft hi zich gewend tot de hoogschout en rentmeester generaal Van Rhemen – zie ook 512v.

70 Missive van de gouverneur van de stad ’s-Hertogenbosch over zieken en geblesseerden die naar ’s-Hertogenbosch zijn getransporteerd met verzoek om hier provisioneel iets te doen en dat hij van de chirurgijn major van het 2e bataljon van kolonel Quaedt Esfeld een memorie had gevorderd om provisioneel 40 à 50 gewonden te bedienen, gevolgd door een missive van de magistraat van de stad met de mededeling dat zij door de gouverneur waren verzocht om geblesseerden te plaatsen in het hospitaal of burgergasthuis te plaatsen, maar ze tekenen protest aan verwijzend naar een bepaalde conventie, in welke akte wordt gesproken over een Pruisisch Lazaret het zgn. pesthuis; idem een missive van de magistraat waarin men verzoekt zoveel mogelijk ontheven te worden van de inkwartiering van vreemde troepen en schadevergoeding zou mogen ontvangen, in welke akte o.a. werd gesproken van 10.000 mannen en meer dan 2000 paarden gedurende een periode van 5 dagen [met veel details].

71 Missive van ZH de heer generaal prins Frederik van Oranje geschreven te Udenhout betreffende een hoeveelheid hooi die in Gelderland is opgekocht waarin kwartiermeester generaal Bentinck als commissaris der vivres wordt genoemd

72 Missive van ontvanger Van Breugel die schriftelijk heeft aangemaand de collecteur van ’s lands lasten te Waalwijk maar die gaf aan dat zijn kantoor door de Fransen was verzegeld en hij geen uitgaven mocht doen waarvan hij kennis had gegeven aan de schepenen van Waalwijk.