Notaris-, schepen- en andere akten

73 Tonisken weduwe van Peter Jan Jacobs, geassisteerd door Hendrick Jn Jacobs en Willem lenaerts, 'beyde hare naeste vrienden', verpachten voor 4 jaren aan Jan Thonis Arien een 'huijs, hoff, boomgart metten aengeleghen landeryen, groes, hoij ende weijlant haer toe behoorende'. Met de voorwaarden.
Getuigen: Jacop van der Hagen en Goyart Peeter Rutten, schepenen

74 Daniel Janssen van Bercheijck verpacht voor 6 jaren aan Jacop Adriaens een 'huijs, hoff, bomgart ende landerijen met de grosvelden, gelyck het selve hem van Jan Aertsen aen gecomen is', gelegen aen de Leest. Met de voorwaarden.
Getuigen: Jacop van der Hagen en Handryck Handryck Martens, schepenen. Huybert van Breey, secretaris

75 Jan Anthonis Jacobs verpacht voor 6 jaren aan Hendrick Peter Thonis een 'huijs, boomgart, schuer met ettelijcke groes ende landerijen daer by gelegen', groot ontrent 8 loopens, gelegen aent Haevelt, zoals de pachter in gebruik heeft. Met de voorwaarden.
Getuigen: Goyart Peeter Rutten en Jacop van der Hagen, schepenen. Huijbert van Breeij, secretaris

76 Peter Martens verpacht voor 10 jaren aan Jan Peter Martens, 'synen soone', een 'huijs, hoff, lant, groes, hoij'. Met de voorwaarden.
Getuigen: Goyart Peeter Rutten en Handryck Handryck Martens, schepenen. Huijbert van Breeij, secretaris