Notaris-, schepen- en andere akten

99 Geintenteerde gerichtelicke vercoopinge voor Chr Hendrick Peters Verpoorten contra Art Art Perissen. Herpen.
Naer gedaene pandinghe , slijtinghe endeuijtrijckende ende verleende en gepubliceerden vercoopdagh presenteert Mr Hend: Verhoeven te vercopen allsulcken pandt, als hij heeft laten uithaelen ende uijtreijckende van een seker stuck landts genaamt den Ossecamp, tegenwoordigh toebehoorende Aart Arts Perissen, alles wellens hij potheeg daer van sijnde om uijt craght vant selve en mede uijt kracht van sententie van 2 januarij 1682 daer aen te verhaelen een somme van 75 gulden capitaal en den intere(ss)e die daer op micht op betaelt staan ontrent over 12 jaren van achteren, doet salvo calculo, sijnde de interesse volg ad 6 pro cento volgens hijpotheek voorschreven ende presenteert meede tselve hypotheqe te vercopen voor de costen van recht. Excutant protesteert de denegate (= te ontkennen) gastitie overmits schepen Laurens van Duren weijgert uijt craght van sijne last bij vercooping uitgetrukt te willen staan om sigh te beclagen. waar sulx dit sall behoren, protesterende mede van costen en schade van dien. Executant leght in sijnen schult, of pretensie, met de costen metter verloop, Art Perissen , protesterende van costen, in puinct van ***
Ende is bij uitbrannender kersse aen denselven verbleven, alsoo dattet vonnis wijsde, bij aldijen binnen behoirlicken tijt niet en wordt verplecht, dat alsdan sall vortgevaeren worden naar costuijme locaal. Herpen in judico den 26 januarij 1683. Getekent: Theodoris vander Gheest scholtis; Peter Peters schepen. Laurens van Duren schepen; Johan Steventsen schepen, Willem Peters schepen; Th: Baum landschrijver.

98 Gerichtelicke vercoopinge voor Jan van Oss tegens Jan van Linden opponent anno 1679 23 martij.
Naer gedaene beslagh, drij kercke veijlingen meede verleenden dagh van vercoopinghe, ende daerop gepubliceren wert, op twee frontier plaetse deses lants, presenteert Jan van Oss, publiquelick voor allen man te vercoopen, secker rock ofte sunt, met een sip , toebehoorende seckre ruiter Anthoni genoempt, gelegen onder de compagnie van ritmeester Schimmelpenninck, onder Jan van Linden berustende, omme daeraen te verhaelen eene somme van 7: 2: 8: mette costen van reght. Compareert Jan van Linden ende maakt bekent, bekent, ( 2x verschrijving?) soodat dese klederen, hem in pantschap ende tot betaelingh sijn in handen gestelt voor een som van 11 gl 12 st hercomende van afgecoght haever ende hoij, alles conform reckening , die men schibert, waaraf men voor allen vortgangk reghtens, regtelick voldoening ende betaeling versoeckt, dewelcke gepermiteert connen lijden, dat de executant, sijn actie bij vercooping, als andersints vant superplu can institueren bij ontstentenis vandien. Doetmen oppositie, onder protestatie van oncosten. Ex adverterso: negeert de pantschap ende allegeertten reden, dat hetwelcke, in soo verre de pantschap in effect waar was gehoogt niet en hadde behoiren te geschieden, ende heft sijn beslagh laeten deserteren, alles tot wetens van rightsbode, waarover met excutant nu in beslagh voors is ,waerom versoeckt vortganck van vercooping twart assulck? De pantschap sou connen heprobeert worden, tgene nijet sall geschieden, soo sou naer regten,den rock *** ** moeten worden vercocht, ende den executant den beterschap worden mitgedeijlt ,waarvan men is cestindeerende met swarigheijt van schepenen.

97 Naer gedane pandinghe, verleende ende gepubliceerde vercoopdagh preseteeren Jan Jan Thonis ende Lambert Jan Thonis, schatbeurders op Schaijck vant jaer 1682 publiquelick voor alle man te vercoopen alsulcke pant als sij gepandt hebben bij Hermen Hendric, om daar aen te verhaelen eene somma van 38 gl 12 st vanweeghens de Gaalsche Hooff hercomende van resterende onraetsch vant jaer 1682. Excutanten legghen hier in hare pretensie met de costen van recht, ende is de kars daerop aengestocken ende is naer uitbrannender kersse verbleeven alsoo dattet vonnis wijsde. , in cas vant deese vercoopinge niet wordt verpleght, dat alsdan naar costuijmen locaal sall vortgevaeren worden. Aldus gedaen op Schaijk op 11 aprilis anno 1684 in presentie van heere scholtis ende schepenen hieronder geschreven: Theodoris van der Gheest scholtis; Hermen Jan Hermens schepen, Rijck Janss den Alden schepen; Th: Baum landschrijver

96 (Beginstukje ontbreekt door papierverlies)…, drij kerke veijlinge, verleenden vercoopdagh ende daarop gevolghden enden geinsinueerden weet, metter relaes vandijen, onder de resp. datis, met naeme de 2 januarij ende 5e daerop gevolgt, presenteert Sijmon Besolet righterboode tot Ravensteijn, voor alle mann publiquelick ende gerichtelick te vercoopen alsulcke penninge als den weledelen hooggeleerden heer Bordels tot Florop op de rentmeesterije alhier tot Ravensteijn heft te eischen ende te vorderen, omme daeraen te verhaelen eene somme van ses en twentich carolus guldenhen excutant ter cause soo van verteeringh als verschot competeerende over den te doen weet tot Utreght, mitte costen over desen weet te doen, naderhant gereesen, gelick excutant declareert, ter somme ad achttien gulden achtien stuijver, twelff penningen, ende alsoo met de costen alrede gedaen ende noch te doen. Den excutant leght in sijnen voorschreven pretensie, metter costen alsnoch te doen, ende is bij niet comparitie des heere geexcuteerden, de kersse uitgebrant, ende verbleven aen Sijmon Orselet excutant, alsoo dattet vonnis wijsde. Vonnis: Bij aldijen binnen behoirlicken tijt niet en wordt verpleght, dat alsdan sall vortgevaeren worden naar Lants behoiren en costuijme locaal. Ravensteijn 20 januarij 16668. Getekent: Andries van der Steen schepen;ende in absentie van hr scholtis Jonk Ad: de Beijharts; Wolt: van der Sterren schepen; Th: Baum landschrijver.