Ten laste van Thomas Jacobus Maria van der Meijden, te Boxtel, en ten behoeve van Johannes van Hal, te Boxtel.
Ten laste van Johannes Rudolphus Alphonsus Buddemeijer, te Oisterwijk, en ten behoeve van Christianus Innocentius Groos, te Boxtel.
Ten laste van Willem Peters, te Nijmegen, en ten behoeve van Hendrikus van de Laar, te Boxtel.
Ten laste van Johannes Waltherus van Oers, te Boxtel, en ten behoeve van 1. Lambertus, en 2. Johannes Arnoldus van Esch, beiden te Boxtel, als hoofdelijke schuldeischers.