Eersamen vrouwe,
Dewijle Jan Deeen mancqueert aen sijn woordt mij alhier sijnde gegeven, te weeten dat hij alsulcke thien ad twaalf ducatons als mij belooft hadden aen Huijbert Brants alsoo te sullen betalen niet en achtervolght soo ist dat insooverre des selve sulcx niet en doet die surcheantie aen Jan Denen verleent op costen ende termijn van vercoopinge legghe op morghen tgeene ick aen schepenen ende oock aen Jan Denen sall bekent maacken waartoe mij verlaten te blijven , uwen dienstb: Theod: van Geest scholtis. Velp desen 5 7bris 1685
Alsoo de rentmeester aan mij heeft gerequireert eene copije authentique van mijne continuatiepatente omme dat deselve bijsijne te doene teeckeninghe moeste werden verthoont, soo ist dat hier bij versoeckt te eijnden inde mij de vrijntscchap wil doen , van deese voorschreven copije te expedieren laten door desselft soone ende alsdan hij ende **tentijrg te maacken . ick sal die nog te dankbaar beloonen ende het origineel weder terugh verwachten, versoeckende en gelieven willen die copije aen H Ver**** ter handen te doen stellen, waartoe **** blijve naast wenschengen van een zaligh hooghfijest ende aenstaende nieuwjaar. Mijheer ende *** dienaar, Theod: van Gheest