Notaris-, schepen- en andere akten

9 Geurt Janse Smit, ziek van lichaam, legateert een malder rogge aan de paters Capucijnen te Velp, een malder rogge aan de Armen te Reek. Hij wil 30 zielmissen. Hij legateert aan zijn zoon Jacob 100 gulden en zijn beste zwarte kleren. Hij legateert aan zijn zonen Jacob en Hendrick het Smits huisje met alle smederij-gereedschap; en tevens de bijen en de schapen. Hij legateert aan zijn dochter Mari een koe en het beste bed met toebehoren. Hij legateert aan Cornelis Jacobs en aan Reijnier de vondelingh zijn slechte kleren en al zijn hemden. Hij legateert aan zijn kinderen Mari, Jacob en Hendrick 50 gulden, welk bedrag komt uit hun moeders portie. Testateur heeft een obligatie van 50 gulden aan Geertruij Verstegen afgelost. Hij legateert aan zijn drie kinderen het huis met de schop en de moestuin, zover als het met een heg is afgezet tot achter de smidse en tot het erf van juffrouw Fortman. Hiervoor moeten zij 60 gulden betalen aan het kind van Jan van Dinter, verwekt bij wijlen Sijtien Geurts. Zijn overige goederen moeten volgens het landrecht worden verdeeld onder zijn drie kinderen en het kind van zijn overleden dochter Sijtien.

10 Wouter Janssen, jongman te Velp, ziek op bed liggend, maakt zijn testament. Hij laat 10 zielmissen lezen door de paters Capucijnen te Velp en nog 10 door de pastoor van Velp. Hij legateert 100 gulden aan de kerk van Velp om te beleggen voor een zingend jaargetijde. De pastoor moet de vigilien zingen op dezelfde manier als bij juffrouw van Bemmel. Van de rente gaat 2,50 gulden naar de pastoor, 1,25 gulden naar de kosten en de rest naar de kerk. Hij legateert aan zijn nicht Beertjen Janssen zijn eigen bed met toebehoren vanwege haar trouwe diensten. Hij benoemt zijn zwager Jan op de Steegh en zijn vrouw Catharina Janssen, Roeloff Janssen te Haren en Lamert Janssen te Nijmegen, tot zijn universele erfgenamen. Lambert Janssen erft alleen het vruchtgebruik van zijn erfdeel. Na de dood van Lambert gaat dat erfdeel naar de andere twee erfgenamen.

11 De heer Cornelis Clomp, jongman en Derisgen Clomp, huisvrouw van Marten van der Hoogen, broer en zus en allebei nog zonder kinderen, maken een testament op de langstlevende. Als Cornelis als eerste overlijdt, dan is Derisken zijn universele erfgename. Als Derisgen als eerste overlijdt, dan gaat het vruchtgebruik van haar erfdeel eerst naar haar man en als die ook is overleden, dan erft Cornelis. Als Cornelus en Derisgen beide zijn overleden, dan is hun neef Andries Ermers de enige erfgenaam.

12 Maria Elisabeth, dochter van wijlen Michiel Adolff Creft (Krift) en Wendelina van den Eck, wonende te Velp, geeft haar gesloten testament af bij de schepen van Velp.