Uijtgave van de onmondige kinderen van zaliger Jan Bongaers zedert den 23 Aprill 1777 gedaan door Dirk v.d. Wijst momboir.
1777 den 6 maij betaelt aan de heer Erflanddrost, voor ’t aprobeeren van de gedane rekening, 3-3-0.
Den zelfde dito aan Huijbert gegeven aan sakgelt, 2-4-0.
Den zelfde dito voor Hend. een paar clompen, en voor Elizabeth 4 el bont goet dienende voor haar rok te verstelle 1-0-4.
Den 25 dito aan Huijbert zakgelt gegeven, 1-10-0.
Den 27 dito aan Huijbert en Hendrik, ieder een paar nieuw schoenen, 3-0-0.
en den zelfde dito voor Huijbert een neusdoek, 0-10-0.
Mids nog een ell Mieselaan, 0-17-0.
(subtotaal)12-4-4.
Den selfde dieto ontfange van Cornelis van Tiel den pagt van den Duijfhuijs Camp die vervalle is op kersmis 1778 betaelt met, 5-10-0.
Den selfde dieto ontfange van den Bergh voor den halfmorge over den Loop die vervalle is op kersmis 1778, 7-10-0.
Den selfde dieto den pagt ontfange die op kersmis 1778 vervalle van den halve morge over den loop door Johannes Muijters betaelt, 9-5-0.
(subtotaal) 26-5-0.
… folio 1, 78-14-8.
Folio 2, 124-3-2
Bedragt, 229-2-10.
Ontfangst folio 1, 78-14-8.
Folio 2, 124-3-23.
Verso, 26-5-0.
Totael, 229-2-10.
Totael ontfangst, E.C.S. 229-2-10.
Uijtgaeve E.C.S. 210,13-10.
Schiet over, 18-9-0.
Uijt welke overschott aen landschrijver voor het doen deese rekening betaelt 3 gulden en schepene ider 6 stuivers, te zame, 3-12-0.
Dus blijft over 14-17-0.
Totael, 18-9-0.
Die door rendante aen zamentelijke kindere moet verantwoorden. Aldus E.C.S. onder aprobatie en reserve van indemnitijt door rendant onder aprobatie van zijn Hoog Edele gestrenge gedaen, Zelant den 30 junij 1786.
1778 den 18 december ontfangen van F. van der Meulen van verkogt elsen pootsel 5 gulden 3 stuivers 8 penningen. Hier van de 5 part aen Cornelis Tibos, blijft over, 4-2-14.
Den selfden dieto ontfangen van Johannes van den Berg van pagt van den halve Morgen, 11 gulden 10 stuivers, blijft voor de 4 kindere nog, 9-4-0.
1778 Den 18 februari den pagt ontfange van 600 gulden Capitael tegens 3 procent, 18-0-0.
1779 Den 18 februari den pagt van 900 gulden, 27-0-0.
Den pagt ontfange van den Friessel die verschene was op kersmis 1778, 12-6-0.
In de gedaene rekening den 23 April 1777 van Jan Schuts, gewesen mombar schiet over 20 gulden 3 stuijver 2 penningen welke somma ik ontfangen hebben, 20-3-2.
Als mede op mijne gedaene rekening schiet over, 33-7-2.
(subtotaal) 124-3-2