<>ZR>
De Tafel van de Heilige Geest had tot taak de armlastige mensen uit de heerlijkheid Berlicum en Middelrode materieel te steunen o.a. met kleding en voedsel. Dit gebeurde met de gelden, die ze ontvingen uit pachten, cijnzen en legaten. In Berlicum waren twee armmeesters, meestal de drossaard en soms ook nog één schepen in functie, voor de tijd van drie jaar. De Tafel stond onder toezicht van zowel de wereldlijke als de geestelijke overheid. De rekeningen werden tot 1649 door de schepenen en de pastoor, daarna door de drossaard en de predikant.