7041.258 Index schepenprotocol Grave (7041.258)
1 Justitia Sapienta et itimor Domini [ De gerechtigheid van de wijzen en de vreze des Heren]
Wij Alart van Eijl en Wouter Adriaenssen schepenen der stad Grave tuigen dat Henrick Gijben wonende Megen en verklaarde dat hij schuldig is geweest te betalen aan de erfgenamen van wijlen Judith Otth Celis een som van 120 gulden tot 20 stuivers, volgende de obligatie daar van zijnde ende dat deselve erfgenamen, omme eenige goeden consideratien aan de voorschreven 120 gulden sekere somme van penningen hebben afgeslagen, sulcx dat hij Henrick Gijben aan de somme ende t verloop van dien, nu nijet meer en schuldich is dan de somme van 125 gulden. Welke 125 gulden hij Henrick Gieben heeft gelooft te betalen, ende beloofde bij dese, voor hem ende sijn erven, aan de erfgenamen van wijlen voorschreven Judith Ot Celis te betalen van nu aanstaande Pasen over een jaar anno 1624 , ende dat uuijtter de cooppenningen van den leste termijn van den huijse bij Elias Vorsterman van de voorschreven Henrick Gijben gecocht, staande in de Veerstraat, genoempt dat Gulden Boot, te onterven.
Wij Alart van Eijl en Wouter Adriaenssen schepenen der stad Grave tuigen dat Henrick Gijben wonende Megen en verklaarde dat hij schuldig is geweest te betalen aan de erfgenamen van wijlen Judith Otth Celis een som van 120 gulden tot 20 stuivers, volgende de obligatie daar van zijnde ende dat deselve erfgenamen, omme eenige goeden consideratien aan de voorschreven 120 gulden sekere somme van penningen hebben afgeslagen, sulcx dat hij Henrick Gijben aan de somme ende t verloop van dien, nu nijet meer en schuldich is dan de somme van 125 gulden. Welke 125 gulden hij Henrick Gieben heeft gelooft te betalen, ende beloofde bij dese, voor hem ende sijn erven, aan de erfgenamen van wijlen voorschreven Judith Ot Celis te betalen van nu aanstaande Pasen over een jaar anno 1624 , ende dat uuijtter de cooppenningen van den leste termijn van den huijse bij Elias Vorsterman van de voorschreven Henrick Gijben gecocht, staande in de Veerstraat, genoempt dat Gulden Boot, te onterven.
Persoon in schepenakte:
Judith Otth Celis
Judith Ot Celis
Alart van Eijl
Wouter Adriaenssen
Henrick Gijben
Henrick Gieben
Elias Vorsterman
Datering:
29-03-1623
Pagina:
scan 1
Soort akte:
Schepengelofte
Plaats:
Grave
Toegangsnummer:
7041
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd
7041.258 Index schepenprotocol Grave (7041.258)
2 De voorschreven Henrick Gijben heeft voor schepenen voormeld verclaert aen Cornelis Goorts schuldich geweest te sijn die somme van tnegentich guldens, waarvan mede sekeren affslag geschiet is, is sulcx dat hij daervan nu nijet meer schuldich is dan sestich guldens, welcken sestich guldens hij comparant belooft mede aende voornoemde Cornelis Goorts off sijne erfgenaemen, te betalen op Pasen anno 1624 ende dat mede uuijtten de cooppenningen van de voorschreven lesten termijn van huijse bij Elias Vorsterman gecoght. Consenterende mede bij gebreke van betalinge, dat daarop gemaeckt zullen weesen aengerichte ende verwinsbrieven. Schepenen et actum ut supra
Persoon in schepenakte:
Henrick Gijben
Cornelis Goorts
Elias Vorsterman
Datering:
29-03-1623
Pagina:
scan 1
Soort akte:
Schepengelofte
Plaats:
Grave
Toegangsnummer:
7041
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd
7041.258 Index schepenprotocol Grave (7041.258)
3 Voor schepenen Derick Daems en Gijben Gorissen zijn mede gecompareert de voorschreven Henrick Gijben voor hem selven ende Gerit Geritsssen en Henrick Henricxssen vanwege de erfgenamen van Willem Gijsberssen ende Fijke Henricxdochter echteluijden en hebben belooft aan de erfgenamen van Thijs Willems ende Walraven Walravenssen te betalen nu aanstaande Kerstmisse des jaar 1623 een somme van 72 guldens Brabants, spruijtende van meerdere somme volgens het accoord daarvan gemaeckt ende dat uuijter de termijn van de tweede termijn van den huijse bij de voorschreven Elias Vorsterman gecocht hebbende de erfgenamen van voorschreven Thijs Willems vanweghen de [genoemde?] erfgenamen van Walraven Walravenssen hem sterck gemaeckt voor de validitijt van desen, voor so vele actie in den voorschreven 72 gulden is bedragende. Consenterende mede bij faulte van betalinge dat op de penningen van de voorschreven tweede termijn sullen gemaeckt werden aangerichte en verwinsbrieven.
Persoon in schepenakte:
Derick Daems
Gijben Gorissen
Henrick Gijben
Gerit Geritsssen
Henrick Henricxssen
Willem Gijsberssen
Fijke Henricxdochter
Thijs Willems
Walraven Walravenssen
Elias Vorsterman
Datering:
29-03-1626
Pagina:
scan 2-3
Soort akte:
Schepengelofte
Plaats:
Grave
Toegangsnummer:
7041
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd
7041.258 Index schepenprotocol Grave (7041.258)
4 Wij Henrick Bungeler en Johan Diemers schepenen der stadt Grave tuigen bij desen dat voor den gesubstitueerde richter ende ons als in de gerichte gecompareert ende erschenen is Geritken Schats weduwe van Jans de Smit met haren gecoren momboir die haer met recht en vonnisse gegeven werd ende heeft opgedragen aen ‘srichters handt gestedicht ende gevest haar dochter Lijntken Jans weduwe van wijlen Gerart Janssen van Laer, een rente van 18 gulden Brabants tjaars, alle jaren verschijnende op Pasen, daaraf de eerste pacht verschenen zal zijn op Pasen 1524. Uit twee derde parte huer competerende in huis en erve staande alhier in de Rogstraat, de enen zijde neffens erve van Jan de Swart den alden, de andere zijde neffens erve van Jan [Reijmits], achter schietende aan huis en erve Pauwels Ferens tafelhouder, en voor aan de gemene straat. Voor een vrij erve, uitgenomen uuijter gehelen huijse des heren porthijns, item 18 gulden Brabants, noch 5 gulden Brabants te lossen zonder meer. Ende heeft daarop vertegen met halm, handt en mondt In desen tot erfflick behoeff van de voorschreven Lijntken Jans haeren dochter en haer erven, alzoo dattet vonnisse wijsde dat sij en haeren erven aan de voorschreven rente van 18 Brabantse guldens geguet en geërft sijn, vast stedich ende erfflick ende de voorschreven Geritken Schats hueren echte dochter ontguet en onterft, nu ende ten eeuwighen daghen, volgende deser stadrechten Gelovende de voorschreven rente van 18 gulden jaarlicx voor haar en haar erven, uuitter haar twee derde parten inde voorschreven huijse te weren jaar en dag tegen al de ghenen die des ten rechten …. willen ende alle voorcommer af te doen voor soo vele haar aangaat. Item de voorschreven Lijntkens Jans ende heuren erven zullen de voorschreven rente van 18 gulden jaarlicx alle jaeren uuit mogen doen peijnden als bekende schuldt, die vervolcht en verwonnen is int gericht.
Vervolg:
Ende voorschreven Geritken Schats ende heuren erven zullen de voorschreven rente van 18 gulden Brabants jaarlicx altoos moghen lossen en quiten met 300 derselve guldens, in allerlei ganckbaar geldt opten voorschreven pachtdach metten vollen pacht.
Persoon in schepenakte:
Gerart Janssen van Laer
Jans de Smit
Jan de Swart
Henrick Bungeler
Johan Diemers
Geritken Schats
Lijntken Jans
Pauwels Ferens
Datering:
29-03-1623
Pagina:
scan 3-4
Soort akte:
Transport
Plaats:
Grave
Toegangsnummer:
7041
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd