Notaris-, schepen- en andere akten

17 Martinus Arnoldus van Erp, arbeider te Uden, verklaart f 600,-- schuldig te zijn aan Hendrikus, Martinus, Jan, Geertruida, Ardina en Antonia van de Meer, landbouwers te Uden. Als borg stelt hij bouw- en weiland te Uden.

18 Martinus van Duijnhoven; Johanna van Duijnhoven; Maria van Duijnhoven en Martinus van Lankveld, gehuwd met Ida van Duijnhoven; allen landbouwers te Uden, verkopen bouwland aan Franciscus de Wilt, landbouwer te Uden; bouwland aan Antoon van Kuik, landbouwer te Uden; heide te Zeeland genaamd Brottenklot aan Theodora Maria van den Berk, weduwe van Peter Verkuijlen, landbouwster te Uden en weiland aan Johannes Jan van Duijnhoven, landbouwer te Uden. De verkopers aangekomen van hun ouders Johannes Jan van Duijnhoven en Cornelia van der Wijst. (geen akten). Het totale verkoopbedrag is f 1.394,--.

19 Finale verkoop van de onroerende goederen, zie akte 13.

20 Op verzoek van Martinus Hoevenaars, landbouwer op Slabroek, openbaar verkopen van hout op stam, voor een totaalbedrag van f 101,25.