Notaris-, schepen- en andere akten

5 Louisa de Quaij, weduwe Peter van Rijmsdijck en Lubertus de Quaij als bloedmomber van het minderjarige kind van wijlen Peter en Louisa, bekennen 600 gulden schuldig te zijn aan Arrien Jan Oije, jongman. Onderpand zijn alle goederen gelegen te Reek, zowel bouwland als weiland. Lubertus de Quaij tekent als borg. Geprotocolleerd op 30-04-1699.

6 Anthoni Nindel en zijn vrouw Catarina Sommers vesten aan de weduwe Maria de Decquere, wonende in Grave, een jaarlijkse rente van 48 gulden, in en uit twee percelen land; genaam den Vaale, beide zijden Jaspar Dircken, een eind de gemeene straat, andere eind Reinder Gerrits Vos en meer erven. Het tweede perceel is hergekomen van Jen Honte, een zijde Jan van Batenburg te Grave, andere zijde en een eind vrouw Ruijl, andere eind de gemeene heij. Losbaar met 800 gulden. Deze som is opgenomen door Henrik Feijtsen de Vries en Joanna Sommeren van weduwe Maria de Decquere, zodat de drie percelen land van Anthoni Nindel met huis en hof samen losbaar zijn zijn voor genoemde 800 gulden. Geprotocolleerd op 17-10-1699.

7 Jan Hoornkens junior en zijn vrouw Sophia van Hemert vesten aan Maria Florissen van Gemert, weduwe Willem de Decquere, een jaarlijkse rente van 132 gulden, in en uit de halve bouwhof genaamd den Heijhoff aan de Driehuijs onder de parochie Velp, met twee wei- of hooikampen, en twee heikampen gelegen aan den Graspeell en nog den helen hof, genaamd den Niuwen Hoff gelegen onder de Driehuijs, zo groot en zo klein als die tegenwoordig gebouwd wordt door Jan Arts, en nog een weikampken gelegen te Reek; met de vergunning om te mogen weiden op het Esschaersche en Zeelandtsche Broeck. Aflosbaar met 2200 gulden. Geprotocolleerd op 17-10-1699.

8 Jan Janssen Claasen en zijn vrouw Willemke, voor henzelf en als lasthebber van Jan Linders; Thonis Janssen en zijn vrouw Peterke; Peter Janssen en zijn vrouw Marie; Jan Janssen en zijn vrouw Marijken; Nelis Arriens en zijn vrouw Cornelisken; vesten aan Hendrik Franssen en zijn vrouw IJtjen, zeven akkers bouwland, groot circa 1,5 morgen, gelegen te Reek, genaamd den Huevel, een zijde Thijs Gerrits, andere zijde en een eind de gemeene straat; nog vijf akkers grasland gelegen te Reek, genaamd de Gagels, een zijde de gemeene straat, een eind het steeghsken, andere eind het bovengenoemde bouwland; nog een weikampje te Reek, een zijde en een eind Marten van den Hoogen, andere zijde de breede wettering, andere eind de Ralighsche steegh. Geprotocolleerd op 12-08-1699.