Notaris-, schepen- en andere akten

5 Landschrijver Leonard van Duren erkent 1200 gulden geleend te hebben van (onleesbaar) Van Willigen. Zijn buitenplaats in Velp bestaande uit het huis Venensteijn met landerijen dient tot onderpand. Geprotocolleerd: 06.03.1792.

6 Ant. Braeninge en Joanna Custers echtgenoten lenen met hun huis, hof en land als onderpand 250 gulden van de Latijnse school te Ravenstein. Martin Braeninge en Ermert Peters stellen zich borg. Geprotocolleerd: 06.03.1792.

7 Wilm Sgraeve en zijn vrouw Elijsabet Gerits van de Elshof erkennen dat zij aan Jan Hend. van Geffe en zijn vrouw Elijsabet Sangers 600 gulden schuldig zijn onder speciaal verband van hun.huis, hof en 5 akkers aan het Haane straatje en 3 akkers op den Prenk. Verder staan Hermijn Gerits van den Elshof, geassisteerd door haar meerderjarige zoon Arnold Gerits van den Elshof, en Jacomina Wagemans, geassisteerd door Jan de Groot, borg. Geprotocolleerd: 11.06.1792.

8 W.G. van Oijen verzoekt de dingbank om de waarde van een weiland genaamd de Mortel te taxeren. Schepenen schatten de waarde ervan op minstens 2500 gulden. Genoemd perceel is onlangs voor dit gerecht in eigendom aan hem overgedragen, belast met o.a. een jaarlijkse erfpacht aan de heer Hoppenbrouwer te Grave, rentmeester van de Prins van Oranje. Geprotocolleerd: 08.02.1793.