Notaris-, schepen- en andere akten

5 Jan Arts Kleijnen en zijn vrouw Corneliske Janssen, wonende te Huisseling, bekennen 100 Caroli guldens schuldig te zijn aan Joannes Gijsbertus van Lith en zijn zussen. Onderpand is hun huis en hof te Huisseling, waar zij nu in wonen. Afgelost.

6 Jan Reijs en Maria Janssen, wonende te Loon, bekennen 400 gulden schuldig te zijn aan Johan van Ravenstein en juffrouw Cornelia van Bueren. Onderpand is anderhalve morgen bouwland te Huisseling, genaamd het Cruijs. Jan tekent als Jan Derrix Rijes.

7 Dirck Gerrits en zijn vrouw Mechteld Hermens bekennen 50 gulden schuldig te zijn aan Mettien, weduwe Arnold Londersloet. Onderpand is een stuk land te Huisseling, groot 4 hont, genaamd den Ungh, naast Jan Wouters en de pastorie van Huisseling. Deze obligatie is op 14-04-1696 door Arrien van Wasbeek en Mettje van Londersloot getransporteerd aan Maria Verschuijl, wonende tegenwoordig te Ravenstein.

8 Lambert Janssen Kleijnen, wonende te Huisseling, bekent 100 Caroli guldens schuldig te zijn aan de Gereformeerde Diaconie te Ravenstein. Onderpand is hun huis en hof te Huisseling, groot 1 morgen, een zijde Lambert Wilberts, andere zijde Thonis in de Olijmuelen, beide einden op de gemene straat.