Notaris-, schepen- en andere akten

9 Missive van de schepenen van ’s-Hertogenbosch inhoudende dat op 14 juni 1662 bij concordaat tussen haar Ho: Mo: aan de ene kant en Z.H. Aartshertog Leopoldus als grootmeester der Duitse Orde aan de andere kant, tot wegneming van het meningsverschil over de soevereiniteit van het dorp en de heerlijkheid Gemert i.v.m. het recht van ingebod, waarbij genoemd worden Anna Maria Marcelisse van den Vollenberg appellante van vonnis van schepenen van Gemert aan de ene kant tegen Dionisius van den Elsen rooms priester van Gemert aan de andere kant [met details]

10 Missive van R.B.R. van Rechteren hoogschout van stad en meierij van ’s-Hertogenbosch inhoudende dat oudtijds in stad en meierij wanneer aldaar enige personen kwamen te verdrinken of op een andere wijze verongelukten of ook zichzelf om het leven brachten niet alleen de kosten van lijkschouwingen van dode lichamen maar bovendien nog een bloedboete door de nabestaanden en erfgenamen van de verongelukte personen aan de criminele officieren was betaald [met discussie]. – zie ook folio 480 over 2 ½ tekstkolom]

11 Missive van de magistraat van ’s-Hertogenbosch aangevende dat een landsdeurwaarder op last van commissaris Bout en Bartholomeus Planta zich had vervoegd bij de meeste leden van de regering om te controleren of die in het bezit waren van een geldige commissie; de vraag rond deze kwestie wordt doorgestuurd naar de Haagse heren belast met de zaken van het klein zegel.

12 Rekest van de stadhouders en ordinaris gecommitteerden der vier Meierijse kwartieren met hun verbazing over de nieuwe ordonnantie op het middel van het klein zegel en bijzonder in het uitgeven van commissies en andere akten waarbij enige ambtenaren of bedienden werden gecommitteerd of gekwalificeerd om enige ambten of bedieningen waar te nemen, niettegenstaande de supplianten haar Ho: Mo: konden verzekeren dat in de vier kwartieren nopens het middel van het klein zegel, met zoveel omzichtigheid en zelfs schroomheid te werk wordt gegaan dat veeltijds de zegels tot een hogere prijs dan na de vereiste van de ordonnantie worden gebruikt, waarbij genoemd worden de ambten van schepen, borgemeesters, kerkmeesters, armmeesters, vijfmannen achtmannen tienmannen, zetters en heemraden en gecommitteerden van polders, als ook schutters en bedelvoogden en dienders en meer soortgelijke bedieningen; Mr. Willem Jagers is de adjunct van de commissaris van het zegel [met details]. – zie ook folio 122 en 123