Notaris-, schepen- en andere akten

9 Johannes Franciscus Nooijen, landbouwer te Uden en gehuwd met Elisabeth van den Berk en Arnoldus van den Berk, zonder beroep te Uden, gaan over tot scheiding en deling van onroerende goederen, hypothecaire obligaties en contanten. Hen aangekomen bij deling voor notaris Scheefhals van 19.06.1857, bij transport voor notaris Scheefhals van 24.05.1861, bij deling voor notaris Scheefhals van 15.11.1864 en uit de nalatenschappen van hun ouders Petrus van den Berk en Johanna Maria van Boxtel. (geen akten) Het betreft een huis met erf, moestuin, bouw- en weiland, dennenbos en hakhout te Uden, heide aldaar en weiland en hakhout te Nistelrode. Bovendien twee huizen met erven, moestuin, bouw- en weilanden en heide te Uden; en obligaties ten laste van: Gerardus Post te Uden, Gerardus van Zon te Nistelrode, Antonia Hanegraaf weduwe van Hendrik Piet School te Nistelrode, Jan Francis van de Laar te Nistelrode, Johannes van Boxmeer te Sint Anthonis, Jan van Donzel te Nistelrode, Johanna van de Wetering weduwe van Dirk Zegers te Nistelrode en Jacob van der Heijden te Nistelrode; en contante penningen. Verdeling volgt.

10 Finale verkoop van de onroerende goederen, zie akte 4.

11 Wilhelmus Sandevoets, arbeider te Uden, verklaart f 300,-- schuldig te zijn aan Josephus van Berkel, priester en prior der Dominicanen te Lier, België, waarvoor door Wilhelmus van Berkel, timmerman te Uden wordt geaccepteerd. Hij zegt 5% rente per jaar te betalen aan crediteurs stiefmoeder Johanna Maria van der Wijst weduwe van Roelof van Berkel te Uden. Als borg stelt hij twee huizen met erven, tuin en bouwland te Uden.

12 Egberdina van Duijnhoven, zonder beroep te Volkel, in de Vloedschestraat, benoemt haar moeder Johanna van Schaijk, weduwe van Jan van Duijnhoven, tot universele erfgename.