7618.254 Index schepenprotocol Stad en Land van Ravenstein (7618.254)
89 Joanna de Voss, laatst weduwe van Gerard van Venraij, thans wonende te Ravenstein, maakt haar testament. Ze wil 50 zielmissen na haar dood, iedere week één. Ze herroept het testament dat ze op 14 januari 1733 in Den Haag met haar man heeft gemaakt, voor notaris Cornelis Bonk en de getuigen Gerard Kruijs en Gerard Visser. Ze herroept ook het testament dat ze op 1 juli 1764 in Ravenstein maakte, voor notaris JF Ploegh en de getuigen J. van Orsouw en F. de la Roche. Ze legateert 250 gulden en haar bed met toebehoren aan haar broer (of bij vooroverlijden aan diens kinderen). De kinderen van haar broer krijgen, 2 damasten rokken, een beste gestikte rok, een zitzen rok, een beste zwarte rouwrok, een nieuwe zijden falie, 6 nieuwe hemden, 6 beste servetten, 6 beste linnen neusdoeken en 2 van de beste tafellakens. Ze legateert 200 gulden aan Joanna van Venraij, halfzuster van haar overleden man. Nog 50 gulden aan de weduwe van Arnold van Venraij, als dank voor haar hulp in ziekte en doodbed. Ze benoemt als haar erfgenaam, voor de helft, haar broer Gerard de Voss, wonende op Maaslands-Sluijs, op de Haeve achter de Sandschipper. En voor de andere helft de kinderenvan Arnold van Venraij, uit het huwelijk met Joanna de Kemp. Joanna krijgt wel het vruchtgebruik van die helft, totdat de kinderen meerderjarig zijn.
Als deze erfgenamen zich niet aan haar wensen houden, dan gaat de erfenis naar de katholieke Armen van Ravenstein. De huisraad en kleding moet openbaar worden verkocht. Van de opbrengst moeten de schulden en legaten worden betaald. Twee obligaties ter waarde van 1500 gulden, staande ten laste van Arnold van Venraij en zijn vrouw Joanna de Kemp, moeten na haar dood worden opgezegd. De opbrengst gaat voor de helft naar haar broer Gerard de Voss en voor de andere helft naar de kinderen van Arnold van Venraij, voorbehoudens het genoemde vruchtgebruik van hun moeder. De erfgenamen mogen geen spullen verdelen, maar alleen de opbrengst van de verkoop.
Als deze erfgenamen zich niet aan haar wensen houden, dan gaat de erfenis naar de katholieke Armen van Ravenstein. De huisraad en kleding moet openbaar worden verkocht. Van de opbrengst moeten de schulden en legaten worden betaald. Twee obligaties ter waarde van 1500 gulden, staande ten laste van Arnold van Venraij en zijn vrouw Joanna de Kemp, moeten na haar dood worden opgezegd. De opbrengst gaat voor de helft naar haar broer Gerard de Voss en voor de andere helft naar de kinderen van Arnold van Venraij, voorbehoudens het genoemde vruchtgebruik van hun moeder. De erfgenamen mogen geen spullen verdelen, maar alleen de opbrengst van de verkoop.
Vervolg:
Die verkoop moet worden geregeld door haar broer Gerid de Voss.
Persoon in schepenakte:
Joanna de Voss
Gerard van Venraij
Joanna van Venraij
Arnold van Venraij
Gerard de Voss
Joanna de Kemp
Gerid de Voss
Den Haag
Cornelis Bonk
Gerard Kruijs
Gerard Visser
F Ploegh
J. van Orsouw
F. de la Roche
Datering:
30-04-1765
Pagina:
415-418
Soort akte:
Testament
Plaats:
Ravenstein
Toegangsnummer:
7618
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd
7618.254 Index schepenprotocol Stad en Land van Ravenstein (7618.254)
90 [VERVOLG AKTE] Dit vijfde loth ende het seste loth coomen goet het aenpart ofte de helfte van Frans Thielens obligatie. Noch van de gelicke erfgenaemen 6 gulden, 10 stuijvers. Dit loth is belast met vijff ort stuijvers beijen. Alle beijen eens. Dit loth gevallen aen Hubert? Hermens ende Willem Claesen cum suis. Dit seste loth sijn drije stucken lants verscheijden, op het Schouvelt gelegen, het een het Geerken beneven erven met een sijde, ende een eijnde Anneken Dericx, d’andere sijde ende beneven den wegh; die andere twee erven Anneken Dericx, d’ander erven Maijken Claesen, schietende metten eenen eijnd op erve Jan Handricx, het ander op den wegh. Hierbij behoirt een hoijevelt onder Hees gelegen, genaemt de Bleeken, met de dorpslasten daerop staende, met noch een duijt gebuijr thijns onder Hees, welck hoijvelt moet met Willemken Dericx gedeijlt of ’t samen gehoijet worden. Hier bij compt een renthe aen het dorp Uden 250 gulden; aen Derick Gerrits 63 gulden met den achterstel van pachten. Aen de burgemeesters Thijs Jansen cum suis; van verloop van pachten 13 gulden; Noch van de gelicke erfgenaemen van dese kant 3 gulden 10 stuijvers; Het seste ende vijfde loth coomen goet het aenpart of de helfte van Frans Thielens obligatie. Dit loth is belast met vijf oort stuijvers beijen, ’t elcker keer eens. Dit gevallen aen Jan Willems ende Cornelis Hendricx.
Het sevenste loth is een stuck lants op het Schouvelt gelegen, genaemt Thijssen stuck, met het vierde part van het hecken te onderhouden, gelegen aen eenen sijde neffens erve Thijs Janssen, d’ander Jan Handricx, schietende met beijden eijnden op erve Maijken Claesen. Hierbij behoirt den vorsten plack in het Socgelse Eeusel, soo het afgepaelt is, benevens erven Jan Daendels met meer erven, de andere erfdeilders met eenen eijnde, op erve of erfgenaemen van Peter Gerrits; het ander op erven Jan Dandels, met den houtwasch. Daerop ende bij behoorende.
Het sevenste loth is een stuck lants op het Schouvelt gelegen, genaemt Thijssen stuck, met het vierde part van het hecken te onderhouden, gelegen aen eenen sijde neffens erve Thijs Janssen, d’ander Jan Handricx, schietende met beijden eijnden op erve Maijken Claesen. Hierbij behoirt den vorsten plack in het Socgelse Eeusel, soo het afgepaelt is, benevens erven Jan Daendels met meer erven, de andere erfdeilders met eenen eijnde, op erve of erfgenaemen van Peter Gerrits; het ander op erven Jan Dandels, met den houtwasch. Daerop ende bij behoorende.
Vervolg:
dit loth moet het hecken aen het Broeck aen het vorschreven Eeusel sijn aenpart helpen onderhouden.
Ende het achterste te weegen den naesten wegh den minsten scaede. Noch compt hierbij een obligatie van Cornelis Gerrits Haeselbergh van 150 gulden. Noch aen Handrick Dericx Broeren 200 gulden metten achterstel van pachten, van dese voorbenoemde obligatie. Noch aende burgemeesters Handrick Everts ende Tonis Wouters van achterstell van pachten; van de gemeijnt 4 gulden ende 13 stuijvers 1 ort. Noch van de gelicke erfgenaemen 10 gulden. Dit loth moet van hem geven; aen het derde loth 25 gl. ende die te betaelen den erstcoomende Lieve Vrouwe Lichtmis dagh anno 1680, alsdan met een jaer intrest tegens het hondert vijff gulden. Dit loth wordt belast met een post thijns volgens ’s Heeren thinsboeck; noch vijff ort stuijvers beijen, ’t elcker keer. Desen post en loth is gevallen aen Toni Hendrix ende Joachem Claesen. Beloovende condividenten ’t samender handt mit naeme seven paer van persoonen sijnde dieswegen vers...; ten eerste Jan Hendricx ende Thijs Jansen; 2e Tonij Hendricx ende Joachem Claesen; 3e Jan Willems ende Nelis Hendricx; 4e Hermen Jan Everts ende onmondige kinderen van Jan Jan Everts, geassisteert met Gort Lenarts als momber; 5e de onmondige kinderen van Art Jan Thijssen, geassisteert met Jacob Fredericx ende Wouter? Jansen, ende Hendrick Hendrickx Rutten, geassisteert met Ludwich? van De.... ? ende Jan Hendrix Tonissen als mombers in desen; 6e Luibert Hermens cum suis ende Willem Claesen cum suis;
Ende het achterste te weegen den naesten wegh den minsten scaede. Noch compt hierbij een obligatie van Cornelis Gerrits Haeselbergh van 150 gulden. Noch aen Handrick Dericx Broeren 200 gulden metten achterstel van pachten, van dese voorbenoemde obligatie. Noch aende burgemeesters Handrick Everts ende Tonis Wouters van achterstell van pachten; van de gemeijnt 4 gulden ende 13 stuijvers 1 ort. Noch van de gelicke erfgenaemen 10 gulden. Dit loth moet van hem geven; aen het derde loth 25 gl. ende die te betaelen den erstcoomende Lieve Vrouwe Lichtmis dagh anno 1680, alsdan met een jaer intrest tegens het hondert vijff gulden. Dit loth wordt belast met een post thijns volgens ’s Heeren thinsboeck; noch vijff ort stuijvers beijen, ’t elcker keer. Desen post en loth is gevallen aen Toni Hendrix ende Joachem Claesen. Beloovende condividenten ’t samender handt mit naeme seven paer van persoonen sijnde dieswegen vers...; ten eerste Jan Hendricx ende Thijs Jansen; 2e Tonij Hendricx ende Joachem Claesen; 3e Jan Willems ende Nelis Hendricx; 4e Hermen Jan Everts ende onmondige kinderen van Jan Jan Everts, geassisteert met Gort Lenarts als momber; 5e de onmondige kinderen van Art Jan Thijssen, geassisteert met Jacob Fredericx ende Wouter? Jansen, ende Hendrick Hendrickx Rutten, geassisteert met Ludwich? van De.... ? ende Jan Hendrix Tonissen als mombers in desen; 6e Luibert Hermens cum suis ende Willem Claesen cum suis;
Vervolg 2:
7e Evertgen Thijs Ceelen ende Hendritge Arts, geassisteert met Jan Thijssen ende Lenart Ariens, als haeren mombers in desen, met dese scheidongk ende deijlingk te willen te vreden wesen ende bij aldijen noch naerder commer als alnoch beke... mochte overcomen deselven commer ’t samender handt te willen helpen lasten ende dragen solcher? wijse ook baete ende profit te sullen parteren?; alles sonder argelist ende onder submissie nochtans. Dese in oirconde hebben condividenten ’t samenderhandt met assumptie van haere mombers ende schepenen hiertoe well expresselik geroepen, geteekent Geschiet Uden den 19 junij 1679.
Persoon in schepenakte:
Cornelis Gerrits Haeselbergh
Handrick Broeren
Hermen Jan Everts
Jan Jan Everts
Art Jan Thijssen
Hendrick Hendrickx Rutten
Jan Hendrix Tonissen
Evertgen Thijs Ceelen
Frans Thielens
Willem Claesen
Anneken Dericx
Maijken Claesen
Jan Handricx
Willemken Dericx
Derick Gerrits
Thijs Jansen
Jan Willems
Cornelis Hendricx
Thijs Janssen
Jan Daendels
Peter Gerrits
Jan Dandels
Handrick Everts
Tonis Wouters
Toni Hendrix
Joachem Claesen
Jan Hendricx
Tonij Hendricx
Nelis Hendricx
Gort Lenarts
Jacob Fredericx
Jan Thijssen
Lenart Ariens
Datering:
19-06-1679
Pagina:
15-22
Soort akte:
Erfdeling
Plaats:
Uden
Toegangsnummer:
7618
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd
7618.254 Index schepenprotocol Stad en Land van Ravenstein (7618.254)
91 [VERVOLG AKTE] Hendrick Franquott voor de rouklederen te maken: 8-17-0
Arien van Sittert voor gaen en staen en voor gelevert jaer? 1-11-0
Peter Hendrick Danen voor een gemaekten tabbert: 1-0-0
Peter Joosten voor verteringe gedaen door den overledene: 1-5-0
(subtotaal): 89-19-0
Jacob de Langh voor kleer te maken: 2-12-0
Jan Peters schoenmaker: 3-0-0
Jan van Bicheler voor koopen te maken: 0-12-0
Zeger Claessen voor bouwloon: 4-0-0
Jan Lelievelt voor geleverde winckelwaren en lakenen: 8-0-0
Lucia Lelievelt van winkelwaren etc.: 12-0-0
Arien van Heck wegens verdiensten en geleent gelt: 45-12-0
heer pastoir van Ravestein voor verschote en geleverde
malder gerste in den duren tijdt 7-0-0
Jan van Deursen voor en wegens gedaene verteringe: 44-0-0
Claes Heijm. op de Brug voor de verpleginge, cost en dranck, en geleent gelt: 100-0-0
Brouwer Maes volgens geleverde bieren en 2 vermiste tonnen
zedert anno 1686: 83-0-0
(subtotaal) 309-16-0
(totale schulden) 4125-19-0
Ex post
De borgemeesters de anno 1703 Lamert Jan Arts en Heijmerick Cocken resteren 7-13-8
Borgemeesters de anno 1712 bij provisie: 13-10-0
(subtotaal) 21-3-8
Arien van Sittert voor gaen en staen en voor gelevert jaer? 1-11-0
Peter Hendrick Danen voor een gemaekten tabbert: 1-0-0
Peter Joosten voor verteringe gedaen door den overledene: 1-5-0
(subtotaal): 89-19-0
Jacob de Langh voor kleer te maken: 2-12-0
Jan Peters schoenmaker: 3-0-0
Jan van Bicheler voor koopen te maken: 0-12-0
Zeger Claessen voor bouwloon: 4-0-0
Jan Lelievelt voor geleverde winckelwaren en lakenen: 8-0-0
Lucia Lelievelt van winkelwaren etc.: 12-0-0
Arien van Heck wegens verdiensten en geleent gelt: 45-12-0
heer pastoir van Ravestein voor verschote en geleverde
malder gerste in den duren tijdt 7-0-0
Jan van Deursen voor en wegens gedaene verteringe: 44-0-0
Claes Heijm. op de Brug voor de verpleginge, cost en dranck, en geleent gelt: 100-0-0
Brouwer Maes volgens geleverde bieren en 2 vermiste tonnen
zedert anno 1686: 83-0-0
(subtotaal) 309-16-0
(totale schulden) 4125-19-0
Ex post
De borgemeesters de anno 1703 Lamert Jan Arts en Heijmerick Cocken resteren 7-13-8
Borgemeesters de anno 1712 bij provisie: 13-10-0
(subtotaal) 21-3-8
Persoon in schepenakte:
Peter Hendrick Danen
Lamert Jan Arts
Arien van Sittert
Jacob de Langh
Jan van Bicheler
Arien van Heck
Jan van Deursen
Hendrick Franquott
Peter Joosten
Jan Peters
Zeger Claessen
Jan Lelievelt
Lucia Lelievelt
Claes Heijm
Heijmerick Cocken
Datering:
17-10-1712
Pagina:
283-298
Soort akte:
Inventaris
Plaats:
Ravenstein
Toegangsnummer:
7618
Inventarisnummer:
Bron:
Schepenbanken
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd