Notaris-, schepen- en andere akten

72 Voor mij notaris en getuigen verscheen Mattijs Jan Goijaerts, Marten Thijs Janssen namens diens vader, verder Willem Willem Meulenbroecks, Merieken weduwe van Jan Huijberts van den Steen, Willem Janssen van de Steen namens zijn moeder, Mettien weduwe van Dielis Dircks, Laurens Hendrick Francken, Geert Wouters van Santbeeck, nog Adriaen Janssen van de Ven en hebben aan mij notaris verklaard dat ze een meningsverschil hebben gehad met andere inwoners van de Beeckkantse straat te St. Michielsgestel en het handelt over het onderhoud van een hek hangend aan de Stapelakker daar, waarin die omwonenden van deze Beeckkantse straat hen die verplichting willen opleggen voor het onderhoud van dat hek, waartoe de comparanten niet zijn verplicht, noch dat het ooit gewoonte is geweest. De comparanten willen zich daarin verdedigen maar hebben in hun buurt twee burgers wonen uit Den Bosch zijnde Laurens van Berckel lakenkoper en Hendrick Janssen van Beugen en zoals het schijnt willen die de tegenpartij in een proces betrekken in Den Bosch en de comparanten als vrije eigenaars ten plattelanden willen niet dat hun andere privileges in gevaar komen en hebben na rijp beraad besloten dat ze geen proces willen voeren in Den Bosch en hebben mij notaris gevraagd hiervan een akte te maken. Aldus geschied in Den Dungen in aanwezigheid van Jan Janssen de Widt en Robertus de Gram als getuigen op 25 mei 1644. Ondertekend: Marten Tijssen namens mijn vader, Willem Willems Meulenbroecks, Willem Janssen namens mijn moeder, Wouter Dielissen Dircks in de naam van mijn moeder, Laurens Hendrick Francken, dit merk is van Geert Wouters van Santbeeck, dit merk is van Adriaen Janssen van de Ven, Jan Janssen de With als getuige, R. de Gram, quod attestor A. de Gram openbaar notaris.

70 Voor mij notaris en getuigen verscheen Wouter Claessen van Hannen inwoner van Den Dungen oud ca. 75 jaar staande te goeder naam en faam bekend en heeft op verzoek van Laurens van Berckel lakenkoopman en Hendrick Janssen van Beugen beiden inwoners van Den Bosch een verklaring afgelegd. Het is ongeveer 25 jaar geleden dat hij attestant voogd is geweest over de kinderen van Jacopken Geert Claessen en heeft toen het beheer gehad van het bezit van die kinderen, meestal genoemd Craeckensteijn en hij attestant is toen nooit aangemaand geweest om betaling te doen voor het onderhoud van het hek hangend aan de Stapelakker, en ook dat de pachters daarover nooit iets over in rekening hebben gebracht, noch heeft de attestant deze Jaecksken ooit horen zeggen dat zij of haar ouders daarover werden aangemaand of gemolesteerd. De attestant verklaart nog dat hij aldaar vaak is geweest toen hij voogd was en nooit anders heeft vernomen en is bereid zijn verklaring onder ede te bevestigen. Aldus geschied in aanwezigheid van Hendrick Peter Adriaens en Peter Adriaens Vermerendonck als getuigen, ondertekend op 3 mei 1644: Wouter Claessen, dit merk is van Henrick Peter Adriaens, Peter Adriaens van der Merendonck, quod attestor A. de Gram openbaar notaris.

69 Voor mij notaris en getuigen verscheen Claes Dircks van Oorschot inwoner in Nollant oud ca. 74 jaar, zijnde een persoon die te goeder naam bekend staat en legt ten behoeve van Laurens van Berckel lakenkoopman en Handrick Janssen van Beugen cum suis de volgende verklaring af. Hij verklaart dat het nu ongeveer 41 of 42 jaar geleden is dat hij attestant in de Beeckkantse straat te St. Michielsgetsel in het huis van Lijsken weduwe van Rut Jan Rutten woonde en dat toen een buurman die in de zelfde straat woonde in het huis dat thans van Adriaen Janssen Spierincks is, welke buurman met name Willem Tijssen van Beeck hem attestant omdat hij nog jong was hem kwam waarschuwen dat de schouw daar door die straat zou komen en dat hij attestant daarbij die schouw in de gaten zou houden en diende te volgen vanaf het schoor daar door de Beekkantse straat tot het hek hangend aan de Stapelakker en dat iedereen van de Beekkantse straat moest meegaan om de schouw te zien gebeuren. Hij attestant heeft nooit gezien of gehoord dat de andere omliggende huizen daarbij aanwezig zijn geweest dan uitsluitend de mensen die in de Beeckkantse straat woonden. Hij verklaart nog dat hij jarenlang zelf met die schouw is mee moeten gaan en is er dus van op de hoogte en is bereid zijn verklaring later onder ede te bevestigen. Aldus geschied in Den Dungen in aanwezigheid van Jan Hendriks Mulder en Robertus de Gram als getuigen op 23 mei 1644. Ondertekend: dit merk is van Claes Dircks van Oorschot, Jan Hendrick Smelders, R. de Gram, quod attestor A. de Gram openbaar notaris.

66 Jan Mattijs Spierincks laat door mij notaris en getuigen aan de secretaris en schepenen van St. Michielsgestel een kopie eisen uit het protocol daar, inzake de verklaring die is gedaan van het onderhoud van een hek hangend aan de Stapelakker. In geval van weigering stelt hij hen aansprakelijk voor kosten en schades. De comparant wenst te weten wat er in die verklaring staat. Actum 21 mei 1644.