Notaris-, schepen- en andere akten

24 Vandaag 20 juni 1642 verscheen voor mij notaris en getuigen Jan Goijaerts en verklaart aan meester Godefroij van Herlaer, licentiaat in de rechten, zijn vordering aan hem over te dragen van 140 gulden, 8 stuivers 2 oort, die Jan heeft te vorderen van Jan Aerts de Leeuw volgens een obligatie d.d. 11 oktober 1640 persoonlijk door deze Jan Aerts de Leeuw geschreven en ondertekend, die in Den Bosch woonde. (volgt de letterlijke tekst van de obligatie). Genoemde Jan belooft dit na te zullen komen en draagt hierbij alle rechten aan genoemde meester Godefroij van Herlaer over die de obligatie voortaan zelf mag innen. Aldus geschied in aanwezigheid van Tonis Tonissen en Jan Hendrick Janssen als poorters. Ondertekend: Jan Goijaerts, dit is het merk van Tonis Tonissen als getuige, Jan Hendrick Janssen als getuige, quod attestor A. Grahame notaris.

179 Vandaag 28 oktober 1690 verscheen voor mij Willem Mans als notaris onder Den Dungen sr. Pieter Josselijn burger en koopman in Den Bosch, die verklaarde aan de heer Abraham Hibelet predikant van de Waalse gemneente hier, een obligatie over te dragen van 600 pond, elk pond van XL groten met de rente ervan. Die obligatie was eerder door heer Maerten Pauw als ontvanger-generaal over Holland en West Friesland ten laste van de Staten van dat land uitgegeven op 12 februari 1672, folio1526 verso ten behoeve van Annitgen Hendricks. Tot zekerheid van de houder van deze obligatie hebben de heren van de Staten van die provinciee die obligatie *geaggregeert* (vernieuwd) op 10 maart 1672, folio 54 nummer 669 zoals de comparant aan deze heer Hibelet heeft overhandigd. De comparant op onderpand van zijn persoon en bezit belooft de overdracht gestand te doen en alle lasten daarin af te handelen en verklaart verder het geld voor deze obligatie uit handen van heer Hibelet te hebben ontvangen en doet afstand van de obligatie. Tot zekerheid machtigt hij de eerste toonder van deze brief om de overdracht voor heren schepenen van Den Bosch of elders te mogen vernieuwen. Aldus gepasseerd in Den Bosch in aanwezigheid van meester Jan van Nellenburgh en Philip Mans als poorters. Getekend : Jan Nullenberch, P. Josselin, P. Mans, mij present W. Mans, notaris.

130 Voor mij notaris en getuigen verscheen Adriaen Janssen van Zeelandt wonend alhier in Den Dungen die verklaart aan Peter Jansen Leijtens alhier wonend zijn oogstgewassen over te dragen van dit seizoen 1688 van de navolgende percelen, die hij thans in huur heeft. Dat betreft de rogge staande op anderhalf lopenzaad land dat hij van zijn moeder heeft gehuurd gelegen te St. Michielsgestel ter plaatse genoemd de Mijldoorn, de oogst van hop en kolen staande op zevenachtste lopenzaad land gelegen in de Litsestraat in zijn moeders tuin ook van zijn moeder gehuurd, nog de roggeoogst, vlas en boekweit staande op 2 lopenzaad land gelegen in de Litsestraat genoemd de Pastorije door de comparant gehuurd van de heer van Deurne. Nog de roggeoogst en boekweit met een graskant op 3 lopenzaad land en 12 roedes in de Reijndonck, door de comparant gehuurd van Adriaen Dircks van Griensven. De comparant verklaart daarvoor volledig te zijn betaald en doet afstand van enige aanspraken verder en belooft dit transport altijd gestand te doen. De comparant machtigt hiervoor verder N.N. of toonder van deze brief om deze opdracht na doen komen voor schepenen van Den Bosch. Opgemaakt in Den Dungen op 12 mei 1688, in aanwezigheid van Lucas Mathijs van Lieshout en Gerardus van Zutphen als poorters. Getekend : Adriaen Janssen van Zeelant, Lucas Mathijssen van Lieshout getuige, Gerardus van Zutphen, mij present W. Mans notaris.

125 Voor mij notaris verscheen sr. Pieter Josselijn inwoner van de stad Den Bosch die verklaarde aan joffrouw Elisabeth Groen een obligatie over te dragen van 400 gulden, elke gulden van XL grooten vlaams per pond, met de rente ervan, welke obligatie Philips Doublet ontvanger generaal van de Verenigde Nederlanden ten behoeve van Anneken Janssen op 7 december 1649 had beloofd en als zekerheid voor de houder die obligatie door de Raad van Staten van de Verenigde Nederlanden had laten goedkeuren d.d. 8 maart 1650 en deze comparant verklaart het geld van de obligatie volledig te hebben ontvangen en belooft op onderpand van zijn persoon en bezit deze overdracht gestand te doen en alle lasten daarin af te handelen. Hij geeft toestemming om deze akte alsnog voor schepenen van de stad Den Bosch of elders te laten hernieuwen. Actum in Den Dungen 18 mei 1688 in aanwezigheid van Nicolaes Henricks van Hannen en Willem Hendrik Donck als poorters en getuigen. Getekend : P. Josselin, Claes Hendrick van Hannen als getuige, Willem Hendrick Donck als getuige, mij present W. Mans notaris.