Notaris-, schepen- en andere akten

316 Voor schepenen van Vechel verschenen Dirck Jan Peters, 'jongman, toekomend bruijdegom' en Maijcken Ariens 'weduwe van Harmen Ariens, toekomende bruijt', die verklaren met elkaar te gaan trouwen 'en dat tot voorkominge van disputen en verschillen die onder de kinderen welcke zij tweede comparante al bereijts is hebbend en staand desen huwelijck mogte verkrijgen, souden konnen ontstaan' de volgende huwelijkse voorwaarden zijn overeen gekomen: na de dood van Maijcken Ariens zijn al haar 'havelijcke en gereede goederen' en de nieuwe schulden voor de ene helft voor Dirck Jan Peters en voor de andere helft voor de kinderen verwekt door Harmen Ariens; de al bestaande schulden zijn voor de voorkinderen; als een van de voorkinderen trouwt en nog geen 'uijtsetsel' heeft gehad,dan moet Jan Dirck Peters aan ieder 150 gulden geven uit de helft van de goederen van de voorkinderen, of als de waarde van die goederen minder is dan evenreedig met de waarde; de kinderen die zij samen verwekken krijgen de goederen die zij gedurende hun huwelijk verwekken; als zij geen kinderen krijgen dan is de helft van die goederen voor de voorkinderen en de andere helft voor de langstlevende. Getuigen: Jacob Martens van Tillaer en Willem Lamberts van Boexmeer, en C. van der Hagen en Geraert Vermeulen, schepenen, en J. Boor, secretaris.

286 Voor schepenen en substituut-secretaris van Vechel zijn verschenen Wijnant Hendrick Hensen. 'lesten weduwenaer van Agnees Matthijs Wouters, bruijdegom ter eenre en Heijlken Jacob Ariens, lesten weduwe van Jan Lenaerts, sijne bruijt, geassisteert met Lenart Lonissen haer schoonvader en geassumeerde momboir ter andere zijde en inwoonderen deser plaetsen', die met elkaar willen gaan trouwen. Ze hebben huwelijkse voorwaarden opgemaakt om problemen te voorkomen tussen de voorkinderen van de bruidegom en bruid en kinderen die zij in hun huwelijk mochten verwekken: de bruidegom verklaart 'tot een beweijs van sijne voorkinderen de erfgoederen die haer naer de doot van Matthijs Wouters tot St. Oedenrode sullen aancomen, als nog tot beweijs van de erfgoederen van sijns zijde hem bruijdegom van sijnen vader aangecomen, groot vijf loopense, ofte soo groot ende kleijn op Sontfelt', e.z.: goed van Jan WIllem Aert Dircks, a.z.: Jenneken weduwe Peter Peter Goorts; ook 'de eusels en hoijvelden alles met dorpslasten, obligatien en rente daar uijtgaende en mede belast is in den eersten huwelijck en volgens de deijlinge daar van sijnde hier toe gereserveert; alsnog tot bewijs van de selve kinderen slegt hoog en leeg kaarre, ploech, slegte koeijketel, een ondigte koopere melck kan, vier tinne schotelen, een melck tob, een koets, een bed, een paar slaeplaeckens en twee slegte kisten, alle tot behoeve van gemelte voorkinderen sonder meer te hebben oft te weten; mitsgaders alle de erffgoederen, gereede als ongereede haeve, erfhave als erfmeubilen, onbedeijlt en haer bruijt in eijgendom is competerende en van haer vader Jacob Ariens zalliger is aangecomen met alle de havelijcke goederen hem bruijdegom toebehorende, met alle de conquesten en verkrijg dat hij bruijgom en sij bruijt te saemen in desen aanstaande huwelijck sullen comen te prospereeren;

163 Voor schepenen en substituut-secretaris zijn verschenen Jan Sijmons,'van Boeckel, Landen van Ravenstijn, toecomende bruidegom ter eenre' en Anneken dochter van Dierck van Eerd weduwe van Peter Driesen, toekomende bruid aan andere zijde, die verklaren besloten te hebben met elkaar te zullen gaan trouwen en daarvoor de volgende huwelijkse voorwaarden te zijn overeen gekomen. Ze beloven aan de vier voorkinderen van de bruid, waarvan het eerste kind is verwekt door Aert Jan Thijssen en de drie andere kinderen door Peter Driesen, ieder 200 gulden te geven als zij trouwen 'voor een uijtsetsel'. Getuigen: Jan Goorts en Jacob Martens van Tillaar, schepenen, mij present, H Bijmans, substituut-secretaris.

45 Voor schepenen in Vechel zijn verschenen Jan Claesen van der Aa, 'teghenwoordig bruijdegom' en Maeijken Jan Lamberts, 'tegenwoordige bruijt' om huwelijkse voorwaarden op te maken: alle goederen komende van de zijde van de bruid, zullen na hun beider dood voor Peter Hendrickx, 'haeren natuerlijcken soon' zijn; als de langstlevende van de bruid of bruidegom nooddruftig worden mag hij of zij van de tegoeden'aenvaerden nodruft des lighaems'; als zij kinderen verwekken dan zullen die kinderen en Peter Hendrickx, 'natuerlijcken soon', na hun beider dood gelijk delen in de goederen van de zijde van de bruid; als er geen kinderen komen en Peter Hendrickx overlijdt eerder dan de bruid en bruidegom, dan zijn de goederen van de bruid voor haar 'vrinden ende erfgenaemen'; als er geen kinderen verwekt worden en Peter Hendrickx gaat trouwen, dan krijgt hij 50 gulden. Getuigen Jan van der Mee en Jan Tonis van Eert, schepenen, mij present H. Bijmans, substituut-secretaris. Bijschrift: op 07-12-1694 zijn verschenen voor officier, schepenen en substituut-secretaris Jan Claessen van de Aa en zijn vrouw Maeijken Jan Lamberts, die verklaren de huwelijkse voorwaarden te annuleren.