Notaris-, schepen- en andere akten

91 Missive van J. van Heurn rentmeester van het kapittel van Oirschot inhoudende dat hij vanwege wanbetaling van een rente van 3:10:0 voor 1/3 door Dirk Ariens van Tilburg en 2/3 door Frans Willem Hoppenbrouwers jaarlijks te vergelden aan genoemd kapittel genoodzaakt is geweest hun goederen waarvan zij tot voorkoming van onkosten vrijwillig afstand en handlichting hadden gedaan na voorgaande publicatie en affictie van de voors. rente te verkopen; idem een rente van 3:15:0 aan het Sint Jorisgasthuis te Oirschot en 0:1:8 aan de Vrouwe van Oirschot waarna de koopconditie zal worden uitgegeven en in het stuk worden verder genoemd een rente te vergelden door de weduwe Jan Janssen Leermakers, een rente van 5 vaten en `spint rogge aan het kapittel en 15 st. aan de schutterij te Oerle twee cijnzen aan het kapittel door Dilis Dircx van Overdijck en Daniel de Swart, idem 5 gl. aan de blok van de Sint Janskerk te ’s-Hertogenbosch

68 Missive van J. van Heurn rentmeester van het kapittel van Oirschot als bericht op een rekest van Wouterus Wolfsbergen rentmeester der armenfundatie van Mierdens mannengasthuis te ’s-Hertogenbosch te kennen gevende dat hij uit hoofde van haar Ed: Mo: verleende executoriaal door deurwaarder Visschers tot verhaal van een rente van 4:10:0 die men jaarlijks aan dat gasthuis schuldig is en achterstallig over de jaren 1735-1738, bij executie heeft laten verkopen de vaste en onroerende goederen ten name van de weduwe van Tolof Peters van den Heuvel gelegen te Oirschot

4 Bericht op een rekest van de schepenen en raden van de stad ’s-Hertogenbosch met een verzoek om enige roeden gemeentegrond van Liempde en Best te mogen verwerven voor het bouwen van de barrièrehuizen in gebruik bij pachters of andere bewoners. Ook de regenten van Oirschot zijn hierover ingelicht.

5 Rekest van Sibilla Sandrina van Nimwegen weduwe van Abraham des Fontaines geboortig van ’s-Hertogenbosch met het bericht dat haar zoon in 1750 van ’s-Hertogenbosch naar Eindhoven is beroepen als Franse schoolmeester en dat zij zelf zich spoedig daarop bij haar zoon heeft gevoegd zonder ooit op zichzelf te hebben gewoond, een huis heeft gehuurd of in de personele lasten heeft bijgedragen. Van Eindhoven uit is haar zoon beroepen te Oosterhout en toen heeft de suppliante haar intrek genomen bij haar dochter getrouwd met Jan Manneken wonende te Eindhoven. Door haar zoon is ze vervolgens ‘besteld geworden’ eerst te Oirschot en later te Eindhoven bij Gerrit de Vries de vorster aldaar. De zoon was gestopt met het afdragen van kostgeld en zij is in grote armoede vervallen. Gezien haar armoede en hoge ouderdom verzoekt ze om een vorm van alimentatie.