Mijn Studiezaal (inloggen)220.38 Index Beurzenstichtingen (220.38)
91 Wij Peter Ackerman ende Mr. Abraham Hendricks schepenen der vrijheijt Os doen condt ende dat voor ons in persone gecompareert ende erscheenen sijn Heymerick Janss. oudt omtrent 44 tich, Aert Sijmons oudt omtrent 43 tich, Toemis Rutten oudt omtrent 48 off 49 tich ende Arien Aerts oudt omtrent 47 tich jaeren, soo sij verclaerden, ende hebben ter instantie ende gerichtelicken versoecke van Rut Jan Thoenis ende Neel Rutten als cappelmrs. op Osser Schaduwijck, met opgestreckte vingeren lieffelick tot Godt Almachtich swerende getuijcht ende verclaert ende vermets [lees: vermits] absentie vanden officier aen ons voors. schepenen eedt gedaen, dat de goederen soo gehooren tot de cappel van Osser Schaduwijck, de pacht soo daer jaerlicx van is getrocken ende aende cappelmrs., die van twee jaeren tot twee jaeren altijt worden verandert, betaelt, is geemploijeert tot onderhoudt vande selve cappelle, soo van dack, gelaes als t’geene daer verder aen dependeert – Ende dat het overschot vande selve pacht is gespijnt aenden armen – verclaeren mede datter noijt ijmandt als die van Osser Schaduwijck, soo wanneer uijt de pacht vande cappelle goederen aldaer niet connen vervallen, tot reparatie ende onderhout vande selve hebben gecontribueert – Ende dat sij noijt ijmandt, soo geestelicke als wereltlijcke dese voors. cappelle goederen heeft becroeijt oft gemoeijt, maer de cappelmrs. daer mede laeten behoren – Ende want dan t’geene voors. alsoo voor ons is getuijcht ende verclaert – Soo hebben wij schepenen voornt. des vrijheijts van Os grooten segel hier onder op doen drucken binnen Osch opten 16e aprilis 1651 – onder opt spatium stont gedruckt een segel in groenen wasse ende bedeckt met een wit couvert ende onderteeckent ENGELBERT DE MAN secretaris – accordeert met sijn principael in kennisse mijns onderges: der vrijheijt van Os secretaris Engelbert de Man secretaris.
1 gedigitaliseerd
220.38 Index Beurzenstichtingen (220.38)
90 Wij Wouter Stricken ende Mr. Abraham Hendrickx schepenen der vrijheijt Os tuijgen dat voor ons sijn gecompareert Adriaen Anthonis van Leent oudt omtrent 62 jaeren, Jan Peter Schoenmaeckers oudt omtrent 50 jaeren ende Toenis Jochems oudt omtrent 90 tich jaeren, daertoe gerichtelijck gedaecht om getuijgenis der waerheijt te geven – wije tot desen daegen toe de vrije dispositie heeft gehadt over de goederen ende incommen tot het Broederschap van Onse Lieve Vrouwe gehoorende, hebben de voors. comparanten verclaert, getuijcht ende geaffirmeert op den eedt bij hen aen onsen handen in absentie des richters gedaen, ierst die voors. Adriaen van Lent ende Jan Peters dat sij nu lange jaeren sijn geweest provisoiren van ons Lieff Vrouwen Broederschap voors. eertijts gefundeert bij Goijert vn Os riddere ende dat de Heere van Erp de provisoirs niet allenlick aff ende aenstelt als ’t hem gelieft, maer oock de vrie dispositie over deselve goederen ende jaerlicx incommen is hebbende van ’t selve te geven ende uijt te reijcken daer ende alsoo het hem gelieft – Mede oock dat het incommen van dien eensdeels wort geconsumeert ende verstreckt aen d’arme lieden in t’spinen van broot, dat tot dien eijnde bij de provisoiren wort gebacken, als oock om te vervullen de oncosten die bij de arme lieden wordt verteert op de teerdaegen als de gulde broeders teeren, soo op deselve daegen ter eeren Godts voor de arme lieden een openbare taeffele wordt gedeckt, die aldaer eeten ende drincken naer ouder gewoonten, wordt uijtgreijckt sonder dat oijt eenige geestelicke persoonen van t’selve innecomen nijet meer hebben genooten, dan aen hem voor den dienst Godts die op de selve teer daegen gescieden werden gegeven ende alle andere diergelijcke oncosten
Vervolg:
– Die voors. Thoenis Jochems tuijcht op sijnen eedt als voor hem wel kennelick te sijn dat de Heeren van Erp voor alle oude tijden altijt de vrije dispositie ende macht soo over de goederen ende jaerlicxe incommen van den Heijligen Geest der voors. vrijheijt, als oock over de goederen tot ons Lieff Vrouwen Broederschap gehoorende gehadt hebben ende dat bij de provisoirs alle jaer soo wel als de voors. arme mrs. voor de arme lieden wordt gespint [327] allegerende redenen van wetenschap, dat hij wel over de sestich jaeren het broot dat bij de Heijlige Geestmeesters ende provisoers gespijnt worden gebacken heeft, waer mede haers depositie eijndigende – Ende want doen t’geene voors. alsoo voor ons is getuijcht ende verclaert, soo hebben wij schepenen voors. der vrijheijts segel ad legata hier onder op doen drucken opten 24e aprilis 1651 – ENGELBERT DE MAN secretaris [met zegel onder een ronde afbeelding].
Persoon in schepenakte:
Adriaen Anthonis van Leent
Abraham Hendrickx
Jan Peter Schoenmaeckers
Adriaen van Lent
Wouter Stricken
Toenis Jochems
Jan Peters
Thoenis Jochems
Datering:
24.4.1651
Pagina:
326-327
Soort akte:
Certificatie der schepenen
Plaats:
Oss / Erp
Toegangsnummer:
220
Inventarisnummer:
Bron:
Beurzenstichtingen
1 gedigitaliseerd
220.38 Index Beurzenstichtingen (220.38)
89 Wij Gijsbert Aerts van Heumen en Jacop Janssen Schoenmakers, Giel Thomassen ende Dirck Freinssen schepenen der vrijheijt van Os tuijgen dat voor ons sijn gestaen ende gecompareert dese naebeschreven persoonen ende dat ter instantie van de schutterije van Sinte Barbara ende Catharina ierst behoorlijck gedaecht vanden vorster deser vrijheijt ende daer nae geeedt, ende hebben alsoo die voors. deponenten op seeckere interrogatorien henlieden int besonder voorgehouden, geattesteert ende gecertificeert gelijck sij verclaren ende assumeren midts desen inden iersten compareert ter instantie voors. d’eersame Antonis Joachims out ontrent tnegentich jaren gedaecht ende geeedt als voors. staet ende verclaert waerachtich te wesen als dat hij deponent deecken is geweest vande selve schutterije wel geleden ontrent tseventich jaren ende dat hij doen met sijne mede deeckenen (de welcke nu sullen doot sijn) allen de goederen ende beneficie vande selve schutterije hebben peijselijck verhuert ende opgebeurt sonder molestatie van iemanden, ende alle de vruchten ende profijten daer van comende hebben geappliceert tot profijt vande schutterije voors. mede verclarende doen ter tijt veele arme menschen te wesen midts de dangereusheijt vanden tijt doen wesende voor de welcke alle opten teerdach als de schutterije teerden een tafel wierde gedeckt ter eeren Godts ende alsoo haren nootdruft vande selve schutterije ontfingen, mede verclarende dat altijt opten teerdach de deeckens voorde selve schutterije de dienst Godts lieten doen ende alsoo de selve schutterije voor alle memorie van menschen vande selve goederen altijt sijn meester geweest ende selver gebruijckt hebben, compareet alnoch ter instantie als voor d’eersame Jacop Lamberts out ontrent ses ende tachtentich jaren gedaecht ende geeedt als voor ende verclaert waerachtich te wesen, als dat hij, naer sijn best onthouden is deecken geweest vande selve schutterije int jaer vijftienhondert negen ende tachtentich,
Vervolg:
wesende doen sulcken droochte dat hij met sijn mededeeckenen, die nu al doot sijn, van alle de goederen der selver schutterije niet meer en costen crijgen dan eenen rijcxdaelder, ende dat sij oock altijt optren teerdach voors. de dienst Godts lieten doen ende de arme spijnden als voorschreven staet [325] – Compareren alnoch ter instantie als voor d’eersame Rutger Jacops out ontrent vijffentseventich jaren, Jacop Willems out ontrent vierentseventich jaren beijde gedaecht ende geeedt als voor ende verclaren eendrachtelijck waerachtich te wesen de voors. Rutger Jacops verclaert deecken geweest te hebben vande selve schutterije int jaer sestienhondert ende die voors. Jacop VWillems doen wesende schutknecht vande selve schuts welck officie hij wel bedient heeft inde veertich jaren als dat sij de geheele benedicie vande Barbaren schutterije hebben helpen verhueren ende alle de profijten daer van ingebeurt ende hij Ruth Jacops voors. verclaert dat hij noch tegenwoordich onder in sijnen Bwerch hout heeft liggen, dwelck hij doen int gulden jaer selver inde Barbaren Camperkens heeft gehouwen ende verclarende sij deponenten dat doen int voorgaende jaer wesende t’iaer negen ende tnegentich sulcken sterfte was geweest dat sij deponenten dach en nacht mosten de dooden ter begraeffenisse dragen – Ende alsoo doen veele vande incomsten mosten verbe…. midts dat sij altijt op de dooden mosten wachten, overmits de groote sterfte vanden melesoen, alsoo d atter tot Os voors. doen wel dertien hondert gestorven was ende de armen veel …. en bier ende broot gehaelt hadden tot nootdruft ende onderhout van henne lichamen waervan sij veele betaelden vande schutterije goederen voors. – Item verclaren alnoch sij comparanten dat sij ontboeden sijn geweest verscheijden reijsen vanden Bisschop vanden Bosch die de selve beneficie de schutterije wilde afnemen ende aen de priesters geven, maer verstaen hebbende de langduerige possessie vande selve schutterije ende heeft tselve noijt gedaen,
Vervolg 2:
maer de selve schutterije altijt in hare oude possessie gelaten ende hair beneficium selver laten vergeven, waer ut blijkt dat de selve schutterije voor alle memorie van menschen selver sijn gifters ende collateurs geweest van henner goederen, noch verclaren de selve deponenten dat sij altijt vande selve goederen de schouwen hebben moeten bewaren, ende weteringen moeten vegen ende voorts alle gebeurlijcke rechten moeten onderhouden – Compareren alnoch ter instantie als voor de eersamen Peter Janssen Clomp out ontrent vijffentsestich jaren, Jacop Hendrickx out ontrent inde tsestich jaren, Hendrick Hendrickx out ontrent tsestich jaren, Hendrick Jan Berten out ontrent [325r] tsestich jaren, alle gedaecht ende geeedt als voor – Ende verclaren eendrachtelijck ende waerachtich te wesen als dat sij deponenten alle geweest sijn deeckenen vade selve schutterije ende de goederen selver hebben verpacht, de profijten daer van comende geimploijeert tot nut ende profijt voors. mede verclarende sij deponenten als dat sij tgericht van ‘sHertogenbosch – Ende gedinght hebben om de selve goederen, maer den pastoor siende dat hij tselve niet wel te werck en coste brengen, hevet wederom laten steecken ende de schutterije in possessie van hare goederen gelaten, oock hebben sij deponenten altijt de schouwen ende andere nabueren lasten totte selve goederen staende onderhouden als voors. staet – hier mede sij alle deponenten henne dispositie int cort eijndende – Ende want Godtlijck ende rechtveerdich is getuijgenis der waerheijt te geven, besonder van rechtswegen daer toe versocht sijnde als dese nu sijn, soo hebben wij schepenen voors. den segel ons gemeijn schependoms der vrijheijt voors. opt spatium ad legata doen opdrucken opten lesten julij anno 1648 –
Jan Janssen loco secretaris [afgeplakt zegel].
Jan Janssen loco secretaris [afgeplakt zegel].
Persoon in schepenakte:
Gijsbert Aerts van Heumen
Jacop Janssen Schoenmakers
Peter Janssen Clomp
Hendrick Jan Berten
Giel Thomassen
Dirck Freinssen
Antonis Joachims
Jacop Lamberts
Rutger Jacops
Jacop Willems
Ruth Jacops
Jacop Hendrickx
Hendrick Hendrickx
Jan Janssen
Datering:
31.7.1648
Pagina:
324-325
Soort akte:
Interrogatie
Plaats:
Oss / 's-Hertogenbosch
Toegangsnummer:
220
Inventarisnummer:
Bron:
Beurzenstichtingen
Geografische namen:
1 gedigitaliseerd
220.38 Index Beurzenstichtingen (220.38)
87 Wij Mr. Abraham Hendricks ende Derrick Boogers schepenen der vrijheijt van Os, tuijgen ende certificeeren voor de gerechte waerheijt dat voor ons in persone gecommen ende erschenen is Harnsken Stoffels Strick oudt omtrent 62tich jaeren, door den vorster deser vrijheijt om getuijchenis der waerheijt te geven gerichtelijck gedaecht sijnde ter instantie ende gerichtelicken versoeck vanden Coninck ende gemeene guldebroers van St.Agata ende St.Huberts gilt binnen de voors. vrijheijt van Os ende heeft bij solemnelen eede gedaen aen onsen handen vermits absentie vanden Scholtus van Maeslandt, getuijgende verclaert, als dat de guldebroers vant voors. gilt wel over de drie en twintich jaeren t’haeren huijse geteert hebben – Ende dat op de teerdaegen als de guldebroers teerden ijder guldebroer voor sijn hooft des daechs verteerden dan vier en twintich dan ses en twintogh stuivers oft meer ende dat op deselve teerdaegen een openbaer taeffele voor de arme lieden gedeckt wert, die aldair eeten ende drincken ende dat twee arme lieden tegen ee guldebroer gereekent werden ende datter dickwils ende veele jaeren herwaerts meer arme lieden dan guldebroers geweest sijn, waermede haere depositie eijndigende - ende want dan t’geene voors. alsoo voor ons is getuijcht ende verclaert – Soo hebben wij schepenen voornt. den segel ad legata der voors. vrijheijt hier onder op doen drucken opten 17e junij 1651 – Engelbert de Man secretaris [met opdruk van een ronde zegelafbeelding]. Daarna volgt scan 320 maar die is identiek aan 319
1 gedigitaliseerd