Notaris-, schepen- en andere akten

547 Voor de schepenen van Vught zijn verschenen Lodewijck de zoon van wijlen Michiel Pieren en Mariken de dochter van wijlen Handrick Frans Gerits, weduwe van Reijnder Handrick Heesters, thans gehuwd met Lodewijck Michielsen. Zij verklaren de kinderen van Anneken Peters Coijman te onderhouden. De kosten worden voldaan uit een bedrag van 170 gulden verkregen volgens testament opgemaakt bij het overlijden van Lijsken de dochter van Cornelis Huijgen. Dit bedrag is ontvangen uit handen van Handrick Peters Coijman en Gerardt Michiel Pieren. Het bedrag zal aan de kinderen worden uitgereikt bij het overlijden van de “vader”. Het bedrag moet worden gedeeld met de kinderen van Stijntken Cornelissen van Laerhoven en de kinderen van IJken de dochter van Adriaen Vrancken. Onderpand is een perceel land gelegen te Deuteren. Lodewijck Michielsen heeft dit verkregen van Antonia de dochter van wijlen Adriaen de zoon van wijlen Jan Jacobs N.N. en weduwe van Gerardt Hulterman. Zie de akte gepasseerd voor schepenen van 's-Hertogenbosch dd 27-09-1640. Toevoeging: Lodewijck verklaart voor zijn kinderen nog ontvangen te hebben een bedrag van 30 gulden. Datum 09-05-1649.

513 Voor de schepenen van Vught zijn verschenen Bartolomeus Wijtfliet en Willem Anthonissen, Heilige Geestmeesters te Vught. Zij verklaren van Herman Jacobs Schuermans en Handrick Peters van Eijndhoven een bedrag van 67 gulden ontvangen te hebben. Dit bedrag betreft onderpanden gelegen te Esch die destijds toebehoord hebben aan Willem Jan Schaijmakers.

449 Geeraerdt Diericx van Rode, tevens namens Willem de zoon van Pieter Willems en Jacop Laur. verklaren dat zekere schulden aan hen voldaan zijn.

445 Voor schepenen van Vught is verschenen Peter zoon van wijlen Jan Michiels van de Zande. Hij heeft 1/3de deel van een jaarlijkse schuld van 18 gulden overgenomen van zijn broer Hendrick Jans. Deze schuld is bij de erfdeling aan Hendrick Jans ten deel gevallen. De schuld dient betaald te worden aan Tomas van Turnhout.