door Antonia van Duijnhoven te Schaijk als schuldenaar en Hermanus van der Zanden aldaar als schuldeiser.
door Gerardus van den Wijngaart te Schaijk als schuldenaar en Johannes Theodorus Anderegg te Rosmalen als schuldeiser.
door Jan Emerikus Gubbels, Egbertus Petrus Gubbels, Elisabeth Gubbels te Schaijk, Johannes Franciscus Gubbels, Maria Gubbels te 's Hertogenbosch en Marianus Gubbels te Oss als hoofdelijke schuldenaren en Levie Mozes Nathan te Grave als schuldeiser.
door Antonius Wingens te Schaijk als schuldenaar en Nicolaas van Casteren te Reek als schuldeiser.