Notaris-, schepen- en andere akten

45 Verhuring
Ten verzoeke van Meester Johannes Verheijen en van Aloijsius van der Does de Willebois, beiden te 's-Hertogenbosch, de eerste als voorzitter de tweede als ontvanger der Beurzen Stichtingen, te 's-Hertogenbosch, van een perceel bouw en weiland te Liempde voor vijf jaren, jaarlijksche huurprijs f 8,00.

70 Aert Lambrecht Aerts verpacht aan Jacop zoon wijlen Dierck Pauwels een hoeve etc., voor een periode van 11 jaar, ingaande 1504 en eindigend in 1515. De pachter moet de hoeve goed onderhouden wat betreft de daken, wanden etc. maar als er gerepareerd moet worden mag de pachter met kennisgeving aan de verpachter zoveel eiken bomen kappen als daarvoor nodig is. De hoeve is gelegen onder Gemonde te Boxtel en wordt thans gebruikt door Elias Laureijs Elias en de pachter moet steeds tijdig betalen. De pachter mag jaarlijks 3 roedes veen turven. Dze overeenkomst is opgemaakt in aanwezigheid van Jan Pauwels. Willem Lambrechts en Cornelis Gerit Egens. Jacop als pachter zal aan de verpachter 76 en een halve peter betalen, elke peter van 19 stuivers tussen nu en a.s, Pinksteren te voldoen om de schuld van de hoeve daarmee te betalen, welk geld in mindering komt op de 100 en de 15 peters (zie daarvoor volgende akte). Verder zal de pachter jaarlijks en een half pond ... (wat staat er niet bij) betalen. (1503)

412 Goossen Claessen Lodewijcks voor zichzelf handelend en ook voor de andere erfgenamen, verpacht hierbij aan Jan Janssen van Vught een huis met tuin alhier te Boxtel binnen de bruggen, genoemd * de Valck*. De huur loopt voor een jaar ingaande voor het huis per beloken Pasen, de tuin per half maart a.s. en zo ook weer te moeten achterlaten. De huur bedraagt 28 gulden en alle lasten zoals verponding en bedes die er op drukken. De verpachter zal het huis goed onderhouden en ook de oven behoorlijk repareren. Partijen beloven de afspraken zo na te komen. Datum 17 december 1660, getuigen Erven en van Lill als schepenen.

205 Anthonis Hendricks van Sommeren verklaart aan Jan Hendricks de Brouwer zijn *stede* te hebben verhuurd, zijnde een huis, tuin, hofstad, akkerland, groes en weiland etc. gelegen te Boxtel in herdgang de Roondt. De huur loopt voor jaar en kan door elk der partijen na twee jaar worden beeindigd, mits er vooraf met Kerstmis is opgezegd. De huur van de tuin en het weiland gaat in per half maart, het akkerland stoppelbloot, alles in dit jaar 1657 en zo moet het ook weer worden achtergelaten. De huur bedraagt jaarlijks 27 gulden als voorlijf, verder 125 steen steen dakstroo, nog 50 pond boter de helft in mei en de andere helft in de spurrietijd, nog 100 eieren, een steen goed vlas, verder 3 mud en een zester leverbare rogge en 20 lopen boekweit. De huurder moet bij het verlaten de halve oogst achterlaten totdat de verpachter volledig is betaald, het koren om de andere hoop op te laden. Verder moet de huurder alle dorpslasten betalen zowel voor de brandschatting als verpondingen en het onderhoud van de schouw, de grondchijns etc. De huurder mag niet vlaggen in het pootsel (aanplant in het weiland maar wel in het veld aan de nieuwe brug. Partijen beloven elk deze overeenkomst zo na te komen. Datum .. augustus 1657, getuigen Antonie Vermeulen en Peter Janssen van de Sande als schepenen.