continuering voor een periode van 4 jaren en om tevens een proef te nemen of zulks strookt met de intentie van de Ho: Mo: over het vast jaartraktement voor de twee deurwaarders der gemene middelen nl. 540 gl.;
rekest van de gedeputeerden van het classis van ’s-Hertogenbosch m.b.t. de vacante predikantsplaats te Heeswijk Dinther, Helvoirt en Haaren, Alem en Maren en verzoeken handopening tot het beroepen van predikanten op die plaatsen – tegelijk wordt het classis aangeschreven ‘dat het aan haer Ed: Mo: is voorgekomen dat de gem: classis immers het merendeel van de leden deselve uijtmakende in ’t beroepen van predikanten meer reflexie maken op naemaegschap en vriendschap als wel op de personeele bequaamheid van die geenen die sij beroepen tot vervulling der vacante plaatsen - dat dit behandeling in dit onvergeeflijk is, vooral in een land daar de roomsgezinden verre d’overhand hebben en daar vervolgens geene anderen tot die waerheijd behoorden te werden verheven, als waarvan men deese regtmatige hoop soude hebben, dat sij door haar leer en leeven en sonderlinge bequaamheid souden dienen niet alleen om de weijnige gereformeerden die aldaar gevonden worden te stichten en t’onderwijsen, maar ook om de ware christelijke gereformeerde godsdienst voort te planten – dat haer Ed: Mog: ernstige meening is, om t’effectueeren, dat geene andere als waerdige subjecten aan de gemeentens in de Meijerije van ’s-Hertogenbsoch tot predikanten werden gegeeven, het welk d’eerste en voornaamste sorge van de classis selve behoorde te sijn en daarom geoordeeld hebben bij het verleenen van de versogte handopening, de classis op ’t serieuste te moeten aenmanen, dat sij alle geest van partijeschap afleggende, in ’t vervullen der voors: drie en anderen nae deesen sullen vaceerende plaatsen,
memorie van D. de Wit aan de heren gecommitteerden die in commissie te ’s-Hertogenbosch zijn geweest gepresenteerd inhoudende een voorstel om te Loon op Zand aan de Loonsendijk een loods te doen opslaan waarin tot gerief van de gereformeerde gemeente de godsdienst zou kunnen worden waargenomen en welke memorie aan de rentmeester der geestelijke goederen gezonden zal worden
commies Gomarus te Grave zal gelasten worden om wanneer het open water is en een geschikte gelegenheid zich voordoet om dan uit zijn magazijn naar ’s-Hertogenbosch te zenden 15.000 pond kruit ter attentie van commies Berkhuijs
overleg met commandeur De Guij om hem toe te leggen een bedrag van 30 gl. in plaats van het genot van het wilgenhout staande van achter het Zantvlietsbolwerk, langs de Vughterpoort, de Sint Janspoort tot den Boom, idem van de Orthenpoort [er staat: Ortelpoort] tot de Paustoren en ander hout waar het ook mocht staan; aan majoor Van Lijnden 164 gl. jaarlijks in plaats van het gras van de wal, de buitenwerken en cingels zoveel als het de laatste 10 jaren gerendeerd heeft; aan de commandeur van de Grote Schans of fort Isabelle 80 gl. en aan de commandeur van de Kleine Schans of fort St.Anthony 9 gl. te voldoen door ontvanger Bosschaart
order in het generaal omtrent de visserij in alle plaatsen van de generaliteit o.a. de visserij te ’s-Hertogenbosch
aanschrijven aan Bosschaart de ontvanger der gemene middelen te ’s-Hertogenbosch om te berichten aan die van de polder het Bosscheveld en het beheer over de sluizen in de Bosdijk dat aan Pieter van den Berg een ordonnantie is verleend van 50 gl.