Onder de inkomsten worden genoemd 'huerpenninge' en 'vercochte elsen heggen'. En onder de uitgaven: schoenen, aan 'den wever tott Brugell', voor 'gehalde waren', ' wollen lacken', 'linnen lacken' en 'om hett schoor op het Syttaertt te macken'. Hierna volgt een lijst van 'mubblen bevonden in den sterffhuijssen'.
Getuigen: Arien Handrickx, Goyart Peter Rutten, Jan Jan Diercx en Wouter van der Santvort, schepenen
Onder de inkomsten worden genoemd 'een een vercocht halff huijsken' en ' vercocht eycken houtt'. Onder de uitgaven de kosten gemaakt bij het verkopen van dat goed.
Getuigen: Peter van Valderen, Arien Handryckx en Handryck Handryck Martens, schepenen
Bijschrift: Handrick Laureijnssen en Aert Laureijnssen verklaren op 28-10-1669 32 gulden en 5 oort ontvangen te hebben van Ariaen Jan Dirckx. Getuigen: G. Roeffs en Adriaen Handrick Smets, schepenen
De inkomsten bestaan uit 'eenen vercochten acker teulants', en 'een vercocht hoijveldeken', 'vercochte meubelen'. Onder de uitgaven worden vermeld: aflossing van obligaties, uitlenen van geld, 'aen Aert Faessen voort maecken van twe dootkisten', 'aen Frans van Breij voor schoolgelt'.
Getuigen: Goyart Peter Rutten, Arien Handryckx en Jan Jan Dierckx, schepenen
Onder de inkomsten wordt genaamd de pacht van 'de huijsinghe ende landerijen van Gijsbert Frederickx'. Onder de uitgaven worden vermeld: 'melck, romen ende boter', schoenen, 'aen Fredrick doen hij naer Amsterdam gonck', 'aen meester Aelbert Sterckman van wegen de doodtschult van Gijsbert Fredrickx', 'aen de voorschreven wedue voor Jan Martens montcost als hij was schoolen gaende voor het jaer Sint Jansmisse 1665'.
Getuigen: Jacob Albert Prouning, officier, en Goyart Peter Rutten, G. Roeffs en Jacop van der Hagen, schepenen