Notaris-, schepen- en andere akten

6 Gerard van Haaff, pastoor van Megen verkoopt voor f 100,-- aan de parochiekerk een obligatie dd. 08-05-1804 voor schepenen van Haren gepasseerd, groot f 100,-- ten laste van Albert Jansen Bouwmans wonend te Haren en ten behoeve van de comparant voornoemd.

5 Lucas Joannes van Putten is bij akte 13-09-1808 voor schepenen van Megen aangesteld als executeur en tevens als voogd over de minderjarige kinderen van Elisabeth Catharina Bresser weduwe van Egbertus van Putten, geboren te Amsterdam, laatst gewoond en overleden te Megen 23-05-1811. Hij maakt inventaris van alle aanwezige goederen, verdeeld in linnengoed met nachtmutsen en ondermutsen, tafellinnen, vrouwenkleren, juwelen en zilverwerk, beddengoed en meubelen en 2 oude stoven. Totaal getaxeerd op f 123.9.0. Bijgevoegd wordt genoemd een kruis met diamanten, een kerkboek met 2 gouden sloten, 6 zilveren lepels en 6 zilveren vorken ter waarde van totaal f 300,-- welke beleend zijn aan Franciscus de Souza in Amsterdam. Aan schuld wordt genoemd een obligatie ten hare laste dd. 26-01-1803, groot f 2.500,-- ten behoeve van Lucas Johannes van der Putten met achterstallige rente van f 138.1.0. Verder nog een gespecificeerde nota van f 924.7.8 van Lucas Johannes van der Putten voornoemd, alsmede een beleningsbrief, een restant van geleverde goederen aan de weduwe van Egbertus van Putten, verschuldigde rente en doodschulden, waarbij o.a. genoemd worden de uitkleedsters en voor 3 nachten waakloon, de doodskist, dranken aan het sterfhuis, de grafmaker, de gildeknecht, de pastoor en H. Missen, de klokkenluider, de organist, huur van 30 rouwmantels, de huissluiting van 23 tot 27 mei 1811 door de weduwe van R. van der Ven en 3 maanden kostgeld van thans wijlen de weduwe van Egbertus van Putten, verschuldigd aan de weduwe van R. van der Ven; totaal voor f 4167.12.

4 Adriaan van Impelen, student aan de Latijnse School te Megen, zoon van wijlen Everhard van Impelen en Cornelia Pelt verleent volmacht aan Cornelis Baas, landbouwer te Westbroek in het departement van de Zuiderzee om zijn aandeel te behartigen in erfenis van wijlen zijn grootmoeder, de weduwe van Jacobus Baas, overleden te Westbroek. [Akte in het Frans gesteld].

3 Johannes Andreas van den Grootenacker, medicine doctor te Uden verkoopt aan Hendrik Sengers, koopman te Megen obligatie d.d. 11-01-1736 groot f 2.800,-- ten laste van het gehele corpus van de gemeente Megen. Obligatie was ten behoeve van de weduwe van Jacobus A. Biedijkx en is door haar erfgenamen verkocht via akte dd. 23-03-1778 aan Andreas van den Grootenacker en zijn zuster Wilhelmina van den Grootenacker, alsmede aan Johanna Scheij weduwe medicine doctor van den Grootenacker. Na akte van scheiding en deling 02-09-1797 met zijn zuster Petronella Allegonda van den Grootenacker gehuwd met Gerard Raaijmakers is comparant eigenaar geworden van deze obligatie. [De akte is alleen in het Frans gesteld].