Willem Jacobs Elsbosch.
Reek 3 april 1688
Naer gedaene pandinghe, slijtinghe ende uijtrickinge, mede verleende ende gepubliceerde vercoopdagh,presenteren Jann Gerrits en Jan vander Marik , in qualite als burgemeesters des dorps Reeck vant jaar 1687 publiquelick voor alle man gerichtelick te vercoopen alsulck pant als deselve hebben laaten uijtricken uijtet huijs en hofflandt en landt van Willem Jans Elsboschsaliger sijne huijsvrouw Utgen Wolters en de derselve erfgenamen ende kinderen alhier inden Reeck in de Hellestraat gelegen namentlick het huijs en hoff neffe nJan Gerrit Lamberts, dรกndere Jan Janssen Cleijnen, mit ener eindt op de finale wetteringhe, het andere de gemeene straat, boulant ende weijlandt neffens Willem Jans van Erp, sijnde vrij erf, uijtgenoomen jaarlix aan de pastorij van de Reeck een malder roggen 9 kannen, noch drij malder roggen sโjhaars aant gasthuijs tot Grave, item twee roijen dijck, thijns volgens sโheeren thijnsboeck; item een hondert gulden aen de armen; item dat de weduwe voor haar leven lanck int huijs sall moogen blijven woonen en hebben 4 roijden hofflandt aant huijs; item 25 st sโjhaars aan de custerij, 25 stuijvers aende pastorij, aan deselve 7 st 2 oort omme daar aen te verhaelen de verloopen pacht van 407 gl capitaal, ad omtrent een hondert ende vijftich gulden; allet ter goeder reekeninghe mette costen van dien gedaan, ende alnoch te doen. De voorschreven burgemeesters namens der gemeijnte leggen daar voor in haare pretensie als vooren, soo verre nochtans deselve hieraen strecken kann; ende is bij uitbrannender kersse aan de vercoopers verbleven. Alsoo dattet vonnis wijsde, bij aldien binnen behoirlicken tijt niet wordt verpleeght, dat men alsdan sall vortvaaren naar ouder gewoonte. Reeck 3 aprilis 1688. Onderstont: Gerardus Vermeulen schepen mede No~ie Praetoris ( burgemeester?); Gerrit Janssen scheepen; Anthonis van Londen scheepen; Theod Baum landschrijver.
ad 28 gulden , : beijde capitalen mit interesse van dien, รก tempore morae, cum expensis ( doorgehaald ) met costen van reght. . Jan van Stippert seght hiertegens oppositie te doen verleggen, mit afsumptie ( absentie?) van heer advocaat de Meijer seggen, dese saake, Jan van Stippert niet aentegaen, maar Wouter Jansen .
Decretum:present schepen verstaen, dat om reden op heden sall vortvaring geschieden.Diervolgens leggen kerkmijsteren, ten overstaen als boven, hun pretensie in, met costen van reght, ende is bij uitbrennender kersse aen deselven verbleven, alsdan dattet vonnis wijsde bij aldijen binnen behoirlickern tijt niet en wort verploght, dat alsdan sall vortgevaeren wordenn naar costuijme lants. Reek den 18 Mart 1678.
Ondertekening Theod: van der Gheest scholtis; Thonis Thomassen schepen; Ruth Janssen schepen; Jan Geloofs? s chepen; Th Baum landschrijver
Dese bovenstaende ijnseinewasie ( van: insinuatie) den 7 juni gedaen in het huis van de kinderen van Tomas Naes saliger,aen Corneles Slaes ende copeij aen deselve behandigt als heden op den tinde juni 1681; dese bovenstaende geinsineweert aen de wedeue Aert Gielens als in absentie van Aert Bernts als des selvs huijsvrou en de copeije hier van aen deselve behandight. Actum als bovenstaand , was getekend Jan Milsbeeck ,richterboode