Notaris-, schepen- en andere akten

206 Voor Johannes Mastenbroek en Willem Aarts Smolders, schepenen van Helvoirt zijn verschenen Andries Aarts Vermeer en zijn echtgenote Josina Willemsen de Cort, wonend in de Achterstraat alhier, beide gezond van lichaam en geest zoals duidelijk is gebleken tijdens passeren van akte. Zij herroepen bij deze alle eerder opgemaakte testamenten die door hen vóór deze datum zijn opgemaakt. Vervolgens verklaren comparanten na te laten aan de langstlevende van hun beide vruchtgebruik van al hun erfelijke en erfhavelijke goederen, niets uitgezonderd, als ook alle gerede goederen en effecten. Voorts legateren comparanten aan broer en zus van erflater, Hendrick en Anneke Aarts Vermeer, laatste gehuwd met Jan Jansen Vuchts, alle goederen in Cromvoirt. Verder legateren zij met wederzijdse goedkeuring na overlijden van langstlevende van hen beide aan wettige kinderen van wijlen broer van erflater Arnout Aarts Vermeer genaamd Erken, Anna Maria en Anthonet: huisje met aangrenzende tuin en akker, samen in Helvoirt aan de Agterstraat, in staat zoals zij dat hebben verkregen met overdracht 27-01-1740 van de minderjarige kinderen van Jan Jansen Avendonck cum suis; weiland in Helvoirt aan de Schoordijck in de staat zoals zij dat hebben verkregen bij overdracht 01-05-1750 van Joost Piggen. Voorts legateren zij met wederzijdse goedkeuring na overlijden van langstlevende aan Adriaan Wouters Brocken als echtgenoot en voogd van Cornelia Willems de Cort, zus van erflaatster of na diens overlijden aan hun wettige kinderen, onder voorwaarde dat hij in naam van zijn echtgenote of hun wettige kinderen na overlijden van langstlevende van erflaters eenmalig 50 gulden uitkeert aan Hendrick en Anneke Aarts, broer en zus van erflater of hun wettige erfgenamen: 3 percelen akker en weiland beplant met schaarhout aan de Achterstraat in staat zoals zij dat hebben verkregen met overdracht 27-06-1736 van Wilhelmus van Egmond;

197 Willem Aarts Smolders en Martinus Willems van Abeelen, schepenen van Helvoirt bevestigen dat zij naar het huis van Laurens Adriaen Bouwens zijn gegaan alwaar voor hen is verschenen voornoemde Laurens Adriaen Bouwens, ziekelijk doch gezond van geest zoals dat duidelijk is gebleken tijdens passeren van deze akte. Overwegende de onzekerheid van dood herroept hij allereerst alle eerder opgemaakte testamenten die door hem vóór deze datum zijn opgemaakt. Vervolgens verklaart hij zijn 3 kinderen Petronella Bouwens gehuwd met Cornelis Bouwens, Johanna en Jacobus Bouwens te benoemen als universele erfgenamen van zijn na te laten erfelijke, erfhavelijke en effecten, niets uitgezonderd, hoe ook genaamd en waar ook gelegen. Bij vooroverlijden van een of alle van deze erfgenamen treden wettige kinderen in plaats van hun ouders. Voorts bepaalt erflater dat voogden over zijn minderjarige erfgenamen en minderjarige kleinkinderen, Jan Gommerts de Cort en Jan Cornelis Wittelocx, wonende alhier, zich door iemand anders in hun plaats kunnen laten vervangen met dezelfde bevoegdheden als voornoemde voogden. Verder verbiedt hij bemoeienis van alle weeskamers, weesmeesters, officieren, schouten, stadhouders, drossaards, schepenen, andere ambtenaren en derden, hoe ook genaamd of in welke functie dan ook, met nagelaten goederen en minderjarige erfgenamen. Verder is het wens van erflater dat voornoemde voogden of hun vervangers zijn gehele nalatenschap inventariseren en registreren met eensluidende, op zegel geschreven akten die door voogden en meerderjarige erfgenamen zijn ondertekend, dat voogden en hun vervangers alle havelijke, erfhavelijke en erfelijke goederen mogen verkopen zonder enige plichtpleging zoals meerderjarig eigenaar zijn eigen vrije goederen, dat zij onverkochte goederen onderhands op zegel geschreven, mogen verhuren of gebruiken alsof het hun eigen vrije goederen waren,

189 Daniël Franchois van Dompzelaar en Willem Aarts Smolders, schepenen van Helvoirt bevestigen dat zij naar huis van Cornelis Nicolaassen van Hal aan de Agterstraat alhier zijn gegaan, alwaar voor hen zijn verschenen voornoemde Cornelis Nicolaassen van Hal en zijn echtgenote Willemijna Aarts van Boxtel, eerstgenoemde ziekelijk in bed liggend en laatstgenoemde fysiek gezond, doch beide gezond van geest zoals dat duidelijk is gebleken tijdens passeren van deze akte. Overwegende onzekerheid van de dood, trouwe diensten en vlijt van hun 3 kinderen, Peter, Catharina en Anna Maria in hun huishouden waarvoor zij tot op heden nog geen genoegzame beloning hebben ontvangen en hun hoge ouderdom, ziekte en zwakheid, verklaren erflaters dat zij na hun overlijden legateren aan deze kinderen als erkenning en redelijke beloning al hun na te laten erfhavelijke, havelijke en gerede goederen met uitzondering van legitieme portie van hun andere kinderen bestaand uit paarden, beesten, karren, ploegen, het koren in de schuur en op het veld, koper-, tinnen-, goud- en zilverwerk, gemunt of ongemunt, als ook bedden-, linnen- en wollengoed, niets uitgezonderd, hoe ook genaamd en waar ook gelegen onder voorwaarde dat kinderen ook alle lasten en schulden voor hun rekening nemen. De erflaters verklaard dat dit hun testament zal zijn nadat zij beide zijn overleden. Aldus gepasseerd en ondertekend door erflaters, voornoemde schepenen en secretaris.

188 Daniël Franchois van Dompzelaar en Willem Aarts Smolders, schepenen van Helvoirt bevestigen dat zij naar huis van Jan Cornelis Wittelocx alhier zijn gegaan, alwaar voor hen zijn verschenen voornoemde Jan Cornelis Wittelocx en zijn echtgenote Catharina Cornelis Wittelocx, eerstgenoemde fysiek gezond en laatstgenoemde ziekelijk in bed liggend, doch beide gezond van geest zoals duidelijk is gebleken tijdens passeren van deze akte. Allereerst herroepen zij alle eerder opgemaakte testamenten die door hen vóór deze datum zijn opgemaakt. Vervolgens bepalen zij dat zij over en weer langstlevende vruchtgebruik nalaten van alle erfelijke en erfhavelijke goederen, alsook alle gerede goederen en effecten die tot boedel behoren. Voorts legateren zij met wederzijdse goedkeuring na overlijden van langstlevende aan 3 kinderen uit vorige huwelijk van erflaatster met Francis Peters van de Pas huis, schuur, loods en bakhuis met aangrenzend akker- en weilanden binnen rechtsgebied van Helvoirt resp. Vught en Esch, met de dienstbaarheden en belastingen zoals zij dat tijdens hun huwelijk gekocht hebben van Catharina van den Berghe, gepasseerd voor schepenen van ’s-Hertogenbosch onder voorwaarde dat voornoemde kinderen aan zoon van overleden zus van erflater uit huwelijk met Johannes van de Wiel genaamd Francis, eenmalig uitkeren 500 gulden. In het geval deze zoon bij het overlijden van langstlevende erflater minderjarig of ongehuwd is, blijft deze uitkering bij kinderen uit vorige huwelijk van erflaatster tot datum van zijn meerderjarigheid of huwelijk. De voornoemde kinderen zijn daarover aan deze zoon jaarlijks rente van 17 gulden en 1 stuiver verschuldigd te rekenen vanaf de overlijdensdatum van langstlevende erflater tot moment waarop uitkering zal worden voldaan.