Notaris-, schepen- en andere akten

11 Tijs Jan Tijssen en Vreijns Keijsers als momboirs van de onmondige kinderen van Aert Jan Tijssen en zijn vrouw Peternel overleggen de rekeningen van enig verkocht huisraad.

Zuster Maria Rombouts verklaart, dat ze 17 jaar als meid en huishoudster heeft gewerkt voor meester Nicolaus van den Heuvel, bij leven koster en schoolmeester te Uden en verklaart op verzoek van de regenten, dat ze nooit anders heeft gehoord dan dat de jaarlijkse inkomsten van de kosterij en de schoolmeesterij als volgt zijn geweest: Jaarlijks op Sint Jan Baptist 34 gulden van de gemeente; op Lichtmis 22 vat en 10 kannen rogge van verscheide naburen op het Duijfhuijs; 3 zakken rogge van de armen; 3 zakken rogge uit de Cruijsbroedershoeve in de Bitsik, maar sinds 1684 niet voldaan; ½ ton bier uit het goed van Bartel van Mensel; 16 karren turf of bult van gemeente voor schoolmeester; 10 cent per jaar voor ieder kind; van een buiten kind of klerk te leren 3 gulden per jaar; 39 gulden van de kerk, waarvoor de meester een bezem moet leveren om de kerk te keren, olie moet leveren voor het horologie, twee maal jaarlijks de kerk moet stoffen met Pasen en Kerstmis en het sieren van 2 altaren, tweemaal jaarlijks het kerklinnen te wassen en tweemaal jaarlijks het koper en tin te poetsen; Hij krijgt 5 stuivers om een volwassene te begraven en de helft voor een kind; voor een volwassene in de kerk 3 gulden en een kind de helft, waarvan de koster 30 stuivers krijgt; van een kraamvrouw 1 stuiver; een kind dopen het derde part van 2 stuivers; een paar trouwen 3 stuivers en een duit; om elke week 1 mis te zingen voor het altaar van Sint Barbara, Sint Antonius, Sint Anna en Sint Catharina jaarlijks 15 stuivers van elk beneficie; 3 gulden jaarlijks van de beneficiant van de Onze Lieve Vrouwe kapel om elke zaterdag de mis te zingen; de helft van de Maandagse offer, waar de koster de mis moet zingen voor de overledenen van de gemeente; de omgang van eieren in de goede week; een ceurvim tiend in d’oude tiend; hij plachtte van Zeeland en Boekel 20 gulden te trekken, maar reeds jaren niet ontvangen; idem 28 gulden van Sint Catharina altaar, al jaren niet meer ontvangen.

1 Op verzoek van Helena Damen, weduwe van Francis Smits, wonende te Zeeland, legt Cornelis van Kessel, oud ruim 32 jaren, gepatenteerd horlogemaker wonende te Zeeland, een verklaring af. Vanaf mei 1809 huurt hij van Peter Oppers een gedeelte van een perceel bouwland, behorende aan het schoolhuis te Zeeland en achter de daarbij horende moeshof gelegen. De lengte van het perceel is circa 19 treden en hij heeft er aardappelen gepoot. Later in dat jaar heeft hij nog een stuk grond van hetzelfde perceel van Peter Oppers gehuurd met een lengte van 29 treden. Samen is het ongeveer de helft van het hele perceel. Hij heeft de huur betaald met goederen, waaronder een kabinet. De verhuurder heeft bij deze verhuur geen enkele reserve voorbehouden.

197 Wij Aart Arts ende Gerrit Hermens schepenen van Uden lande van Ravensteijn, doon conde attesteren ende certificeren mits desen, dat voor ons ghecompareert en erschenen sijn den eerw. ende welgeleerden heere Heere Hendrick van Dueren, mitsgaaders den eersaemen Steven van Duijren mede erfgenaam van heer sahliger Wilm van Dueren, in sijn leven gewesen pastor tot Uden, hoe dat sij comparanten in qualiteijt als mede erfgenaemen van de voorschreven heere Willem van Duijren, hebben moeten sustineren seker processe geventileert voor den edele gerichte van Ravenstein tegens eene Johan Pitten als aenleggere waerinne soo verre geprocedeert was, dat sij voorschr. als mede erfgenaemen daer inne hebben ghesuccumbeert van welcken processe naer pronunciatie des vonnisse sij comparanten hadden geappelleert, voor den commissariaet Raet van Ravensteijn, tot Dusseldorp, waar van de fatalia voor langhe verlopen sijn verclarende, dat sij comparanten deswegen niet en gedencken in eeniger leij manieren het voornoemde appell, ofte processe te achtervolgen renuncieerende dienthalven vant voorschr. appel, mitsgaeders op de cautie, ofte borchtochte de restituendo weghens juffr. Louisa en monsieur Lubert de Quaij voor schepenen van den Reeck, ten behoeven van Johan Pitten gepraesteert, ontslaande oversulcx de panden van de voorschr. juffr. ende Luijbert de Quaij tot Reeck gelegen tot dien eijnde nu ende voor altijt jn waeren oirconde hebben wij schepenen neffens de comparanten voorschr. dese mit onse eijgenhant ondertekent. Henricus van Duiren beneficiatus in Volckel; Stephen van Duiren; Aert Aertssen schepen; Laurens Driessen van Dueren; Gerrit Hermens schepen; Ariaen Bastiaens van Dueren; Catharina van Dueren; M.van Davervelt.