Notaris-, schepen- en andere akten

40 Johannis Jan van Duuren en zijn vrouw Hendriena Klaassen; Regardus Schuts en zijn vrouw Barbera van Duuren, allen wonende te Schaijk; en Jan Willem van ’t Zant en zijn vrouw Anna Maria van Duuren, wonende te Herpen; gaan over tot scheiding en deling van de nagelaten goederen van wijlen hun ouders, Jan van Duuren en Maria Olimeulen; vader Jan van Duuren geeft zijn toestemming.
Lot 1 is voor Johannis Jan van Duuren en Hendriena Klaassen: een huis, schuur, varkenskot, staande en gelegen te Schaijk, bekend als L no 193 met aangelegen land, groot 2 maarsel, een zijde Wilm van der Heijden, andere zijde weduwe Gerit Kouwenberg, een eind Hendricus Paters, andere eind de gemene straat. Nog een perceel land gelegen in het Boske, groot circa 1 vat, een zijde Jan Fr. Paters, andere zijde Tonij Olijmeulen, een eind Johannis van den Hogen, andere eind Jan Fr. Olimeulen. Nog een bouwland gelegen in de Olimeulensteeg, groot circa 8 vaatsel, ten westen Regardus Schuts, ten oosten kinderen Lamert Versteegen, ten noorden Lamert Schuts, ten zuiden Olimeulensteeg. Nog een weiland, gelegen in het Riebroek, groot circa 3 hond, ten oosten Martinus van ’t Zant, ten westen Peter Noijen, ten noorden Regardus Schuts, ten zuiden de Domeijnen. Nog een weiland, gelegen te Dennenburg, groot circa 1,5 hond, een zijde het Kerkeland, andere zijde de heer Hengst, beide einden de Wetering. Nog een perceel hooiland, gelegen te Herpen, groot 3 hond, een zijde Fran. Olimeulen, andere zijde erfgenamen Plassendaal. Dit lot moet 2400 gulden betalen aan Jan van Duuren.
Lot 2 is voor Regardus Schuts en zijn vrouw Barbera van Duuren: een bouwland gelegen te Schaijk in den Olimeulen, groot circa 8 vaatsel, een zijde Johannis van Duuren, andere zijde Corn. Wellens, een eind Jan Fr. Olimeulen, andere eind de Olimeulensteeg. Nog een weiland in het Riebroek, groot circa 3 hond, een zijde weduwe Peter van den Hogen, andere zijde Peter Noijen, een eind Johannes van Duuren, andere eind de Middelsteeg.

32 De kinderen van wijlen Peter F. Kusters en Annamaria Bartels, gewezen echtelieden, gaan over tot scheiding en deling. Lot 1 is voor Wilm van Beek, gehuwd met Maria Kusters: een huis en schuur met alle landerijen gelegen in de Sandtstraat, met het part op de Konijnsberg, een zijde de sloot van de Knijnsberg, andere zijde kinderen Hendt van de Burgt, en een perceel naast Rut van den Huevel. nog een perceel land op de oude wij, groot circa 2 vaatsel, een zijde Hendricus Loffen, andere zijde de kinderen Hendt van de Burgt. Nog een perceel land op de oude wij, groot circa 7 vat, beide zijden Hendt van de Burgt. Nog een perceel grasland, gelegen op de oude weij, groot circa 4 vat, een zijde Joh. van Dinter, andere zijde de kinderen Hendt van de Burgt. Nog drie hond uiterwaard gelegen te Megen, naast Gerardus Kusters. Nog twee hond broekland in het Duersen Broek. Nog de helft van twee turf erve, gelegen op Mun. Dit lot moet aan lot 2 een bedrag van 450 gulden uitkeren op 01-11-1807. Lot 2 is voor de vier minderjarige kinderen van wijlen Claas van Zon en Berdina F. Kusters, geassisteerd door hun mombers Martinus van den Hoogen en Doris Cobus Versteegen: een huis en land, gelegen in de Hongersteeg, een zijde de sloot van de Knijnsberg, andere zijde de Hongersteeg en Doris Versteegen. Een perceel land in de Elsen, groot circa 1 maarsel, beide zijden Peter Hoeks. Een akker land op de oude weij, groot circa 2 vaatsel, een zijde Doris Versteegen, andere zijde Marten Verbruggen. Nog een akker land gelegen in de Hongersteeg, groot 2 vat, een zijde Wilm Exters, andere zijde Joh. van Herpen. Nog een akker land gelegen in het Busken, een zijde de weduwe Martinus van Duuren, andere zijde weduwe Hendr. van Duuren. Nog een perceel land gelegen in het Busken, een zijde Wilm Exters, andere zijde het steegje. Een perceel uiterwaard gelegen te Megen, groot 3 hond, een zijde de pastoor te Megen. De helft van twee turf erven. Nog 3 hond broekland te Herpen, een zijde Doris Versteegen.

31 Johanna Claasen, weduwe van Dominicus Noijen, en de kinderen met namen de eerwaarde heer Martinus Noijen en Johans en Albert Noijen en Maria Elisabet Noijen, geassisteerd door haar man Peter Noijen, en Peter Vissers, gehuwd geweest met Marianna Noijen, als vader en voogd van zijn vijf minderjarige kinderen, en Lambert Vissers als momber; gaan over tot scheiding en deling; De moeder behoudt gedurende haar leven de helft van de roerende en onroerende goederen. Na haar overlijden gaat haar nalatenschap naar Joannus Noijen, jongeman, en Albert Noijen gehuwd met Francina Spansjers. Joannus Noijen en Albert Noijen moet aan Martinus Noijen uitkeren: een halve morgen uiterwaard gelegen te Loon en anderhalve hond uiterwaard gelegen te Demen en de huisraad van moeder. Maria Elisabet Noijen krijgt een kamp in de Scheenen, groot circa 2 hond, een zijde Hendricus Gossens, andere zijde de Ossekamp. Verder krijgt ze een bedrag van 600 gulden uitbetaald van Johannus en Albert. Na het overlijden van Johanna krijgt Maria Elisabet nog een bedrag van 700 gulden van Johannus en Albert. Peter Vissers en de minderjarige kinderen krijgen 650 gulden van Joannus en Albert en een halve morgen broekland te Herpen in het Dursense Brok, een zijde Lambert Vissers. Albert en Johans moeten na het overlijden van hun moeder 700 gulden betalen aan de minderjarige kinderen van Peter Vissers. Als Albert en Johans deze uitkeringen doen, dan zijn alle roerende en onroerende goederen voor hen, inclusief de goederen afkomstig van Doris Rijnders en zijn vrouw Elisabet, maar ook de lasten.

18 Lambert Janssen, weduwnaar van Gertruij Marten Willems, thans hertrouwd met Johanna Hendt Verhoeven, aan de ene kant, en Franscis Marten Willems en Franscis van den Elsen als mombers over zijn minderjarige dochter Johanna Maria Lamb. Janssen, aan de andere kant; gaan over tot scheiding en deling; Lot 1 is voor Lambert Jansse: het huis, hof en alle landerijen, groot circa 10 vaatsel, een zijde Wilm Lambers, andere zijde Wilm van der Heijden, een eind de gemene heij, andere eind Hendt Verhoeven. Dit lot krijgt ook alle schulden en de plicht om 25 gulden uit te keren aan de dochter, zodra ze meerderjarig is. Dochter Johanna Maria krijgt een bouwland, groot circa 2 vaatsel, een zijde Wilm Damel den Brok, andere zijde en beide einden Wilm van der Heijden. En nog een grasdries, groot circa 2 vaatsel, een zijde Wilm van der Heijden, andere zijde het eerste lot, een eind de gemene wettering. Dit lot krijgt 25 gulden van lot 1.