Notaris-, schepen- en andere akten

16 Missive van de raad en rentmeester generaal der domeinen van Brabant De Schmeling inhoudende dat hij sedert 5 jaren genoegzaam jaarlijks missiven heeft ontvangen over de slechte staat der wegen bruggen en waterlopen op de routes van ’s-Hertogenbosch op Keulen, Gulik, Rooij over de Peel, het land van Kleef en elders, verwijzend naar het plakkaat van de Ho: Mo: van 20 maart 1653 ivm reparatie van wegen etc.; aangegeven wordt dat de defecten zich niet zozeer bevinden in de statendorpen die in die passage liggen als wel in de heerlijkheden Helmond, Lieshout, Stiphout, Vlierden, Mierlo en daaromtrent en dat die route nochtans de rechte weg was, welke de zwaar belanden karren volgens de routeplakkaten op straffe van 300 gl. moesten houden, dat dewijl een voerman op eenmaal 600 gl. schade kon hebben wanneer zijn kar kwam om te vallen en de waren die er op lagen nat werden, hetwelk volgens het 3e en 6e art. van die memorie van 1 september wel geschiede en dat voornamelijk van dit jaar vermits de aanhoudende regens die zaak volgens dezelfde memorie geen uitstel kon lijden, maar in goede order gerepareerd dienden te worden en dat hij raad en rentmeester generaal in consideratie moest geven of de Ed: Mo: niet geliefden goed te vinden die van de leen- en tolkamer te ’s-Hertogenbosch te gelasten, om zonder uitstel, zich te begeven naar genoemde plaatsen in Peelland en hen te maken tot spoedige reparatie van de wegen etc.

39 Missive van de raad en rentmeester generaal der domeinen van Brabant De Schmeling op een rekest van de hoogschout van stad en meierij van ’s-Hertogenbosch verzoekende om de premie tot soelaas der executiekosten van 5 delinquenten; idem missive van De Schmeling op een rekest van de erfgenamen van wijlen Jan Coolen die in zijn leven heeft gewoond te Helmond in kwartier Peelland ivm een af te lossen erfpacht van twee vervallen huizen en enige percelen grond onder Gemert welke erfpacht dateert van 13 december 1707, deling [partage] van de keurvorst van de Paltz en gekomen van het Convent van Cau[de]water; idem missive van ontvanger Bosschaart op een rekest van de kooplieden uit ’s-Hertogenbosch ivm een verbod t.a.v. de koopmanschappen op het platteland in de Meierij [zie ook elders]

70 Rekest van Gijsbertus Gualtheri vader en voogd van Hendrik Gualtheri te kennen gevende dat Fr. Hermanus Calis abt van de abdij van Postel de zoon van Gijsbertus heeft begiftigd met het benedicie van St.Catharina en H.Kruis in de kerk van Helmond in kwartier Peelland vacant geworden door het overlijden van Anna van Persijn volgens collatie van 8 mei 1750 en dat haar Ho: Mo: bij resolutie van 12 mei van dit jaar deze gift hebben geaccepteerd en de suppliant daarop de eed van zuivering heeft afgelegd voor schepenen van Sint Oedenrode op 7 juni jl.; de suppliant verzoekt om een akte van betaling; gevolgd door een rekest van Gijsbertus de Jong te kennen gevende dat hij door Aart Janse Verbeek, Jenneke weduwe Rover van den Groenendaal en Hermanus Jan Hermans collatores is begiftigd voor 9 achtereenvolgende jaren met het beneficie van de St.Leonarduscapelle op de Beekse Donk in kwartier Peelland volgens de akte van collatie geaccepteerd door de Ho: Mo: dd. 19 juni 1750, welke suppliant professie doet van de gereformeerde godsdienst en de eed van zuivering heeft afgelegd, met verzoek om betaling via rentmeester De Kempenaar; idem Leendert Willem van Beusekom notaris te ’s-Hertogenbosch te kennen gevende dat de abt van de abdij van Postel Fr. Hermanus Calis de suppliant heeft begiftigd met de beneficies gefundeerd op het Sacraments en St.Jans altaar in de kerk van Helmond ook vacant na het overlijden van Anna van Persijn, volgens akte van collatie dd. 3 mei 1750 en geaccepteerd door de Ho: Mo; op 12 mei van dit jaar, waarop de suppliant de eed van zuivering heeft afgelegd op 9 juni jl. met verzoek om een akte van betaling ia rentmeester De Kempenaar;

77 Conferentie waarin is besproken het rekest van de stadhouders der vier kwartieren van de Meierij van ’s-Hertogenbosch verzoekende dat haar Ho: Mo: disdanige voorzorgsmaatregelen zouden willen nemen dat de goede ingezetenen van de Meierij tegen alle vijandelijke invasies, plunderingen en brandstichtingen mogen worden beveiligd en in geval vanwege de Koning van Frankrijk aan die van de Meierij tot betaling van contributies of levering van foerage of andere levensmiddelen, ten behoeve van diens troepen, aanschrijving werd gedaan, als dan een zodanige permissie en autorisatie te verlenen dat dien aangaande, door en vanwege de Meierij een zodanige conventie mag worden opgesteld als bij de aanvang van de oorlog in 1702 is geschied, om bij redemptie [= verlossing, vrijkoop, aflossing] die contributies aan de vijand te mogen betalen en dat haar Ho: Mo: op dezelfde voet als via de resolutie van 5 mei 1702 is geschied, de ministers aan de buitenlandse hoven en daar het verder van vrucht zal kunnen zijn, gelieven aan te schrijven, om de zaken daarheen te dirigeren ten einde op de beste en prompste wijze een zodanige conventie mag worden opgemaakt of dat haar Ho: Mo: een zodanige verdere voorziening gelieven te treffen als tot beveiliging van de op- en ingezetenen van de Meierij zullen oordelen te behoren; en daarnaast in gevolge en ter voldoening van haar Ho: Mo: resolutie van 3 juni daaraan volgens geëxamineerd hebbende, de rekesten van de regenten der stad Helmond en der heerlijkheden en plaatsen Deurne, Liessel, Vlierden , Asten, Someren, Mierlo, Lierop en Stiphout, alle gelegen in Peelland op de uiterste grenzen van de Meierij en nog geëxamineerd zijnde een missive van de resident Van Kinschot geschreven te Eindhoven op de 9e, hebbende als bijlage een order uit het Franse leger ook daarop gehoord en ingenomen hebbende het hoog wijs advies van Z.H. de Prins van Oranje & Nassau, welke de voorschreven conferentie heeft bijgewoond,