ten verzoeke van Willebrordus Hubertus van den Brand en Johannes van Poppelen, beiden te Teeffelen als kerkmeesters van de kerk van Teeffelen en dezelfde Willebrordus Hubertus van de Brand uit egen hoofde van eenige landerijen gelegen onder Teeffelen, Oijen, Oss en Lithoijen, voor het saisoen van dit jaar opgebragt hebbende f. 657.= en van landerijen on te weiden over dit jaar opgebragt hebbende f. 44.75
ten verzoeke van Peter van Asdonk te Macharen als mondeling gevolmagtigde van Gosewina Goossen weduwe van den Heer Albertus Abeij te Megen, 2e, den Heer Mathijs Hermanus van Beek te Megen als armmester van den Algemeenen armen van Megen, 3e. Hendricus Meijs te Macharen als alrmeester van den Armen van Macharen, 4e. Gerardus van Bergen te Macharen woonachtig van landerijen on den Polder van Macharen on eenmaal te hooijen, opgebragt hebbende f. 1898.= en van landerijen om te weiden voor het saisoen van dit jaar opgebragt hebbende f. 501,-
ten verzoeke van Jan Cornelus Ruijsbroek als mondeling gevolmagtigde van Leonardus van Sinderen beiden wonende te Oijen, van landerijen onder Heerewaarden en Lith voor het saisoen van dit jaar opgebragt hebbende f. 274.=
ten verzoeke van 1e. De WelEerwaarde Haar Hubertus van Woudenberg Hamstra, Predikant wonende te Oijen, 2e. den Heer Hendricus Dijkhoff te Oijen als mondeling gevolmagtigde van den Heer Johannes Theodorus Smits van Oijen te Eindhoven, 3. Gerardus Devenijns te Oijen, 4e. Johannes van Vugt en Philippus Devenijns beiden te Oijen als kerkmeesters der kerk van Oijen, 5e. Gerardus Devenijns voornoemd als mondeling gevolmagtigde van den Heer Adrianus Sengers wonende te Megen als burgermeester der gemeente Oijen, 6e. Antoon Devenijns te Oijen woonachtig als armmeester van den Armen van Oijen, van eenige landerijen gelegen onder Oijen en Maasbommel om te weiden en met haver te zaaijen voor het saisoen van dit jaar opgebragt hebbende f. 3524.=