door Cornelis van Nieuwburg, meester smid wonende te Haaren, aan Johannes Verstijnen Johanneszoon, landbouwer, aldaar, van een kapitaal, groot f1000.-, rentende 4 3/4 ten honderd in het jaar vanaf heden.
door Hendrikus van Turnhout, landbouwer, wonende te Haaren, aan Marinus Couwenberg, herbergier en landbouwer, wonende aldaar van een kapitaal groot f 700,- rentende4% ten honderd in het jaar
door Johannes van der Meulen, landbouwer wonend te Cromvoirt, aan 1. Wilhelmina Verstijnen, weduwe van Martinus Leijten Janzoon, zonder beroep; 2. Cornelis Johannes Leijten, wagenmaker; 3. Elisabeth Leijten, zonder beroep, allen wonend te Helvoirt en 4. Cornelis van Iersel, landbouwer wonend te Tilburg, in algehele gemeenschap van goederen gehuwd met Johanna Leijten, van een kapitaal, groot f 2000,-
door Jacobus van der Voort, landbouwer wonend te Helvoirt, aan Johannes Verstijnen Johanneszoon, landbouwer wonend te Haaren, van een kapitaal, groot f 1000,- rentende 3 3/4 procent in het jaar vanaf heden.