Naer gedane parate pandinghvermagh schepen dectate de 8 octobris 1680, presenteert Jan Willems schatbeurder , in naeme vande gemeente des dorp Schaijck te vercoopen alsulcke penen als uitten streep hergecomen van den boedel van Willem Driesen ende bij Dries Willemsen , als erfgenamen van sijne vaeder ende pastorije van Scaijck gelegeteert heft, omme daeraen te verhaelen enen halven stuiver jaerlix in ijder schatting, salve ,dat in cas excutant mettet voorschreven perceel lants niet worden toecomen, mogen sijn wegens nemen op den haert van Willem Driesen oft enige Willems voorschreven, mette costen van reght allet naer verleenden vercoopdagh bij de heer scholtis. Excutanten leggen haer pretensiein, als vooren., cum expensis ende is bij uitbrannender kersse aen deselve verbleven, alsoo dattet vonnis wijsde, bij aldijen binnen behoirlicken tijt niet en wordt verpleght, dat men alsdan sall vortvaeren naer costuijme locaal. Herpen in judico 19 novembris 1680 Getekent Theod: van der Gheest scholtis; Jan van Helmont schepen; Claes Hermens schepen; Th: Baum landschrijver.
Andries van de Steen ,richterbode tot Herpen, vernemens Sijmon Cornelissen, Wouter Dappers en Gert Jacobs contra Jan Thomassen Herpen 2 januarij 1685
Naer gedanepandinge. Slijtinge ende uitrickinge, ook verleende en gepubliceerde vercoopdagh, presenteert Andries van der Steen, rigterbode tot Herpen, uit craghte van scubineele voorwaarden de dato 10 julij 1682, sijnde eene publicquen uijtcoop vant sterfhuis van Anneken Wouter Hendricx, publiqulijck voor alle man te vercoopen het pandt vant huijs van Jan Thomassen schrijnwerker uijtgeright, om daaraen te verhaeken, uijt cragt van deselve coopvoorwaarden, eene somme van thien gl 15 st ter goeder rekeninge, cum expensis, facti en faciendis. Excutant Jan Thomassen versoeckt salvis tanne pretentatio nibus expentarum, datmen overde dese dootschulden, bestaande in de doottkist, lijcklinnen etc gelick men in reekening sall bevinden, welcke rekening men ook dickmaels is geschiet volgens beslagh vande richterboode, uijt sall gelicken naar besien.. Waartegens sijn gecompareert de momboirs Sijmon Cornelissen en Wouter Dappers en Gurt Jacobs seggen die Jan Thomassen de voorwaarden sall betaelen, datse haer ook sullen betaelen. Jan Thomassen segt te hebben pretensie van gemaakt dootkist en geleverde licklinnen etc, alsoo dat bij afrekening bevonden wort, op heden van momboirs en schepenen gedaan dat hem nog compt boven de somme van 10 gl 15 st ad 2 gl 10 st van dewelcken men versocht betaeling gelick de momboirs ook belooft hebben te betaelen in ** de huijsvrouwe van Jan Thomassen sig niet ende will expucheren , dat sij geen kennise en hadde, dat sij met participant sou sijn ,van seeker erme zonde *****, istelicken dat aan haar ook is gedefereert worden, gelick schepen present is bekent. En comparant Anneken Jan Thomassen, ende haar informa stipulatie, den solemnelen eedt afgeleght, op heden den 2 januarij 1685.
Decretum: Presente schepenen renvoijeren dese banck tott voll banck. Herpen 2 januari 1685. Getekent; Theodorus van Gheest scholtis; Dirck van Helmomt schepen; Cornelis Peters van Schaix schepen; Th: Baum landschrijver
Voor sich selve , alsmede voor sijn samentlicke susters ende broeders gerichtelick te vercoopen, het pandt van Jan Thonis afgegeven burgemeester, om daaraen te verhaelen als halfscheijt van vijfhondert gulden, ter goeder reckeninge, sijnde resteerende verteerings penninge ten huijse van Jan van Dreven schepen, geschiet ,voorbehouden aen den wederhelft, die excutanten behoirlick sullen werten mit dergelicken recht, te excuteren op een secker leggen haere pretensie, mitten costen van reght gedaan ende alnog te doen, ende is met uitbrandender kersse aan deselve verbleven. Alsoo dattet vonnis wijsde: Bij aldijen binnen drij dagen niet en wert verploght, dat alsdan naar naar landregt sall vortgevaeren worden. Actum Herpen desen 18 maij 1677
Ondertekening: Theod: van Gheest scholtis;Aert Wolters schepen; Joseph Jans van Selantt schepen; Baum landschrijver.