* de bruidegom vermaakt aan de bruid de helft van al zijn goederen
* als zij geen kinderen verwekken, dan zal de andere helft van zijn goederen na hun dood gedeeld worden door zijn vrienden
* 'de arme tafel tot Vechel' krijgt 50 gulden
Getuigen: Adrij Hendricx Smedts en Sijmon Jan Sijmons, schepenen. Huijbert van Bree, secretaris
* als de bruidegom zal overlijden zonder kinderen te verwekken bij de bruid, of als eventueel verwekte kinderen zijn oveleden, dan schenkt de bruidegom al zijn goederen aan de bruid
* en in dat geval zal de bruid 50 gulden geven 'aen de bruijdegoms naeste vrienden', en nog eens 50 gulden 'aen den armen tafel van Veghel', en nog eens 50 gulden 'om daer mede te doen soo haar belast is'
* in ruil daarvoor vermaakt Maijken, de bruid, aan Herman, de bruidegom, 'haer uytsetsel, soo haer andere susters, getrout sijnde, hebben gehadt'
Getuigen: Jacop van der Hagen en Sijmon Jan Sijmons, schepenen
* Aert Tonissen wil dat Margriet na zijn dood al het goed zal krijgen dat zij samen verworven hebben
* ook zijn rechten op het 1/3 deel in 'eenen beemt' afkomstig van zijn moeder, die nu gebruikt wordt door Jan Henrick Jan Dirx
* ook 60 gulden te betalen door Merijken Otto, 'wesende een beleeninge'
Ondertekend door Aert Toniss Aerts van Eerdt.
Getuigen: Jacop van der Hagen en Aert Claessen, schepenen
* de bruidegom zal niet worden belast met de schulden opgenomen in het eerste huwelijk van Lijsken, maar hij moet wel de rente betalen
* volgens het testament van Lijskens eerste man, gemaakt voor notaris Matijs Peters, heeft Lijsken geërfd 'een stuck ackerlants', groot ontrent 8 loopens, gelegen aent Heselaer, naast het goed van de erfgenamen van Gijsbert Frederickx, om alle renten mee te betalen, en als de renten afgelost zijn, dan zal de voogd over de kinderen van Aert Geraerts met de kinderen deze 'acker' verkopen, zonder dat de bruidegom enig recht op deze 'acker' zal hebben
* in het genoemde testament is ook bepaald dat de kinderen van Aert Geraerts en de genoemde bruid ieder 250 gulden zullen krijgen 'tot een houwelijckx uijtstetsel'
* de bruidegom hoeft dit bedrag niet te betalen, maar in plaats daarvan zal elk kind zal krijgen: 'een bedde met sijn toebehoort, twee koyen, tob ende standt, maer onder conditie dat men daer toe de bomen tot het cuijpwerck nodich sijnde op het goet sal moghen afhouwen, eenen podt ende ketel, ses vat roggen, drij vimmen roggen met het strooij, een vierdendeel speckx, vier stoelen,
* ende wat bij haren beijden staende houwelijck sal worden geconquesteert ofte gewonnen 't sij erfgoederen, erfrente ofte obligatien sal gedeelt worden ieder naer sijne sijde half ende half
Getuigen: Geraerdt Gerarts, Peter Claessen, Jan Dirickx Passi, schepenen. Ondertekend door Sijmon Jan Sijmons, G. Roeffs en Peter van Valderen, schepenen. Huijbert van Breeij, secretaris