Ik, Jacob Lamberts, vorster te Dinther, verklaar aan Henrick Sijmons en diens zuster Geertruijd *de weete * te hebben gedaan. Daarop had Henrick gezegd dat de beemd hem toebehoorde en dat hij Adriaen Gijsberts daarin niet erkende. Geertruijt heeft daarop verder niets gezegd. Ondertekend, maar ikzelf (vorster) kan niet schrijven maar dat is door een ander gedaan. Datum 22 augustus 1611 in aanwezigheid van de heer pastoor te Dinther en andere goede mannen.