Notaris-, schepen- en andere akten

733 Akte voor borgemeesters en schepenen van Roermond. Johan van Afferden, raedt ordinaris van zijne Majesteitelijke Souverainen Raade in dit Vorstendom, cedeert en geeft over aan zijn dochter Maria Beatrix van Afferden, het recht van vruchtgebruik van de onroerende goederen nagelaten door wijlen Vrouwe Allegondis Maria Isabella de Werimont, zijn gewezen huisvrouw. Betreft een hofstede en woning, genaamd den Steghschen hoff, groot circa 30 morgen; twee morgen genaamd den Kruijsbergh, naast een weikamp van 2,5 morgen gelegen te Grave in de Mars, genaamd den Steeghschen Camp; een jaarlijkse uitkering van 4 goudguldens, die de comparant krijgt uit de landerijen die aangekocht zijn van Aart Wolters, allen gelegen te Velp; Nog een bouwhof gelegen te Sambeek en Groeningen, genaamd het Hirsel, groot meer dan 39 morgen; Nog een bouwhof genaamd de Rijdt, groot 11 morgen met huis, schuur en boomgaard en met de Stakenbroickschen Camp en nog een huis met de landerijen en aanplant daarbij gelegen, genaamd de Koeije, en een kampje genaamd den Haen ontrent het Bortbroick, alles gelegen te Be...; nog 2 malder rogge pacht te Mill; Nog anderhalve morgen en 3,5 morgen daar tegenover gelegen; nog 2 morgen genaamd den Collenberg, alles onder Escharen; nog een weikamp en herdt genaamd de Wolfscampen, groot samen 5 morgen; nog een morgen aan den Balck graeff, alles onder Gassel. nog twee hooikampen, de eerste genaamd den Vier Hoeck, groot 3 morgen en de tweede het Rijetsbosken, groot 2 morgen, beiden te Linden. Nog een rente van 10 gulden per jaar aldaar uit de landerijen van Hermen Kolbers. Nog een hooikamp genaamd Thonis Belen camp, groot 4 morgen; nog een morgen in de Camercamp te Dijen [Oijen?]; nog een morgen in joffrouw Coebergens camp; Nog 0,5 morgen in Dimers camp, alles in en bij de Wijdt te Grave. Nog een obligatie van 900 gulden en een van 100 gulden ten laste van de stad Grave. Nog een jaarlijkse rente van 7,50 gulden ten laste van het schoenmakers ambacht te Grave. Nog een kamp g

56 Missive van stadhouder Juin te ’s-Hertogenbosch inhoudende dat de schout van Oosterhout De Vries hem heeft gezegd dat te Oosterhout nog 150 of 160 man waren der Hessische Troepen of hospitaal die mee naar Roermond zouden marcheren nodig hebbende 21 karren en dat die alles contant zouden betalen, dat zij die ook wel in een Meierijs dorp zouden brengen om verder door die van de Meierij getransporteerd te worden, doch dat de stadhouder Juin geen order daaromtrent van haar Ed: Mo: heeft gehad en verzoekt dus van de nodige orders voorzien te worden; de stadhouder wordt vervolgens geautoriseerd om de nodige karren op basis van het marsreglement voor de gemelde Hessische manschappen door de Meierij te doen leveren ingeval die mede verlangen van Oosterhout naar Roermond getransporteerd te worden

67 Otto Julius Herman Hugo Kohl kunstschilder te Roermond verklaart fl. 3000 schuldig te zijn aan Johannes Gerardus Ambrosius van Lieshout koopman te Mill. Als borg stelt hij een bouwterrein te Roermond sectie B2324 met daarop een huis dat nog niet kadastraal is ingemeten.

56 Testament opgemaakt voor Ruthgerus Josephus van Dungen (hij tekent met van Dunghen) en Arnoldus Henricus Takoen (hij tekent met Tackoen), beide Raden der tweede kamer van de Souveraine Raed van Gelderlandt van hare Koninklijke Majesteit en voor Johan Joseph de Wagener, griffier. Sophia Gijbkens, getrouwd met de heer licentiaat en advocaat Werbrouck, wonende in de Neerstraet te Roermond, ligt kranck en sieck op bed op de achterkamer, en ze benoemt haar man tot haar enige erfgenaam. Ze legateert 4000 gulden Hollands aan haar tante weduwe Moringh, geboren Gijbkens. Het testament is ingeschreven door openbaar notaris Theodorus Timmermans. In de kantlijn staat: het zijn 4000 guldens, of patacons, of ducaten, etc.