Notaris-, schepen- en andere akten

73 E. Temmink commissaris der Domeinen die herkomen van de vorst van Nassauw, belast met de uitvoering van het decreet van de koning van Holland (d.d.16-04-1807), inspecteert de overgave van de Domeinen welke aan de Kroon zullen behoren. Hij gelast het gerecht van Vierlingsbeek om opgave te doen van alle domeniale goederen en eigendommen, gelegen in hun jurisdictie, welke gestaan hebben onder opperdirectie van de minister van financiën en eigendom zijn geworden van de Kroon. In de kantlijn: Edmundus Ruijs rentmeester der Domeinen verklaart 21 april 1809 dat deze overdracht vernietigd is

44 Voor schout en schepenen van Drunen verschijnt Cornelis Kouwens, secretaris der gemeente aldaar. Hij verklaart dat hij bij akte van 13 december 1803 door hen is aangesteld tot curator in de verworpen nalatenschap van wijlen Martinus van Loon, die leefde en stierf te Drunen. Hij kreeg daarbij de opdracht de boedel publiekelijk te verkopen. Vervolgens werd hij op 1 januari 1804 bij schepenakte gemachtigd om gebruik te maken van het recht van substitutie om Antonij Franciscus van Eijk, gehuwd met Maria Brigitta van Loon, enigste nagelaten dochter door Martinus verwekt bij zijn tweede vrouw Maria Elisabeth van der Meir, te machtigen om diens belangen in de nalatenschap te behartigen. Daartoe is het hem toegestaan goederen te verkopen, te transporteren, vorderingen en schulden te vereffenen, enz. Verder substitueert hij Pieter Kuijpers, beëdigd klerk op het secretarie van de gemeente, om deze goederen via een openbare veiling te verkopen in de plaatsen waarin zij zijn gelegen. Het gaat hierbij om: - een stuk bouwland onder Uden en een weiland onder Velp (beide percelen werden indertijd door Maria Elisabeth bij haar huwelijk met Martinus ingebracht) - een “koornpacht”, jaarlijks geheven op in Grave gelegen onderpanden. De helft daarvan behoorde aanvankelijk toe aan de broer van Maria Elisabeth m.n. Stephanus van der Meir, maar werd door hem op 14 juni 1786 aan zijn vader verkocht. Tenslotte moet Kuipers toezien op de finale afwikkeling van alle nog lopende zaken. Opgemaakt t.o.v. Abraham van der Belt, schout, Anthonij Hend. van Hulten en Gerard van Beijnen, schepen, en J. Steijnbuch, schepen en secretaris. Geregistreerd te Velp op 15.11.1804 door E.J. van Rooij, beëd. klerk.

43 Op verzoek van Franciscus de Kesschietre van Havre, wonend te Ravenstein is de notariële akte beschreven in akte 039 voor de schepenen van Reek vernieuwd en gerealiseerd. Gepasseerd te Ravenstein op 14.07.1804.

71 E.Temminck, Commissaris der Domeinen, herkomende van Nassau in kwaliteit als Commissaris belast met de executie van het decreet van de Koning van Holland inzake de overgave van de Domeinen gelast bij deze het gerecht van de Civiele Hoofd en Rechtbank van Cuijk alle Dominiale goederen en eigendommen onder haar jurisdictie gelegen als zodanig te registreren, alsmede 2 authentieke kopieën aan hem te overhandigen. De geannexeerde lijst luidt als volgt: a. Goederen onder Cuijk A. een stuk bouwland, groot 1/2 morgen, B. een dito genaamd de groote Egt, C. een dito genaamd de kleine Egt, D. een kamp, St. Andrea Ween, E. een dito het Klein Weenje, F. een stuk land, genaamd den Nieuwenhorst, de groote en Kleinen Kruiskamp, G. een moeshofje, H. de wind-en rosmolen met de huizen en hof. Verder alle tienden, cijnzen, renten, grond en erfpachten en uitgangen van diverse aard, zoals die onder deze jurisdictie zijn gelegen, zowel in geld, koren, hoenders, kapoenen e.d.. Tenslotte alle eigendommen en inkomsten behorende tot het Klooster St. Agatha, alsmede het genot voortvloeiend uit het recht van uit te geven gronden. B. Goederen onder Linden: 1. een weikamp de kleine Elsen, 2. een dito genaamd de kleine Vogelenpas, 3. een dito de groote Vogelenpas, 4. een dito den Alted, 5. een dito het Rutsenbroek, 6. een dito het Groot Westen, 7. een dito het Klein Westen, 8. een dito den hoogen Rijndonk, 9. een dito den Lagen Rijndonk, 10. een dito de groote Elsen, 11.een dito het Klaphekken, 12. een dito den Alendonk, 13.een dito den Graafsendonk, 14. een weikamp den kleinen Graafsendonk, 15. een dito den Kuiksendonk, 16. een dito de drie Willigen, 17. hooiland, genaamd het Bogelaartje, 18. een dito het Hemelrijk, 19. een weikamp groot 1 1/2 morgen, 20. een dito de Milling, 21. een stuk land den Rijsveld, 21. een kampje, genaamd Haverkamp, 22. 1/8 morgen gelegen bij den Drul, 23. een perceel bouwland den Kraaijenberg met het Stuiversloopje, 24. een achtste van een morgen de Drie Willigen,