Notaris-, schepen- en andere akten

76 Rekest van Johan Hoppenbrouwer pachter van ’s lands molen te Venbergen onder Valkenswaard te kennen gevende dat de heren gecommitteerden op de laatste verpachting de molen aan hem hebben verpacht op het 32e artikel der ordonnantie op het gemaal en aan de suppliant hebben beloofd hem te zullen maiteneren [handhaven], dat hij daar op de genoemde molen 250 gl. meer als de voorgaande jaren heeft ingepacht; dat haar Ed: Mo: conform die ordonnantie bij nadere resolutie van 17 december 1704 de drossaard van Valkenswaard gelast hebben de suppliant buiten klachten te houden en metterdaad te beletten dat er geen vreemde molenaars het gemaal aldaar kwamen weg te halen, dat desniettegenstaande de mulders van Dommelen en Loon publiekelijk met karren en paard dagelijks het graan binnen Valkenswaard onder de jurisdictie van des suppliants pacht komen weghalen; de suppliant vraagt die andere mulders te beboeten en hen te weren buiten Valkenswaard en drossaard Laurens Spengler wordt gelast de overtreders te calangeren en tegen hen te procederen op basis van de bestaande plakkaten en ordonnanties

74 Rekest van de regenten van Lommel, Loon, Eersel, Oerle, Waalre en Westerhoven in het kwartier Kempenland met een verzoek om de onkosten veroorzaakt door de wisseling van garnizoen in het jaar 1681 te korten op hun achterstallige verpondingen.

203 Pieter Gerrits CAUWENBURGH de Jonge, Peter Gerrit CAUWENBURGH de Oude, Jan Lambert ROMMEN en Lenert JANSSEN hebben verklaard tegenover de gecommitteerden die laatst te ‘sBosch waren, dat zij in 1655 enige klampen TIENDEN hebben gepacht onder de heerlijkheid LOON en dat enige tijd daarna een zwaar onweer en wind is opgestaan, donder, hagel en bliksem, zodat ze grote schade hebben geleden. De schade hebben ze meteen door onpartijdige mannen laten vaststellen nl. Couwenburgh de Jonge 65 gulden, de Oude idem, Rommen 25 en Janssen 156 gulden.
Ze verzoeken deze schade te korten op wat zij aan de rentmeester der geestelijke goederen moeten betalen.

201 Rekest van Petrus KUYCKIUS predikant te LOON die klaagt over zijn zware dienst vanwege de combinatie met UDENHOUT. De pastoor woont bovendien nog bij hem in en hij verzoekt om een geschikte woning. De gecommitteerden voor de verpachtingen zullen zich hierop informeren en rapporteren.