Notaris-, schepen- en andere akten

72 Rekest van de regenten van verschillende dorpen in kwartier Oisterwijk en kwartier Maasland die om remissie verzoeken vanwege de zware inundatie in het jaar 1740 waarop is gedelibereerd en besloten de volgende bedragen uit te keren: Kessel 365:11:12, Maren 180:0:0, Alem 200:0:0, Empel 150:0:0, Rosmalen 400:0:0, Nuland 154:0:0, Geffen 200:0:0, Lith 150:0:0, alles op de gemene middelen; het verzoek van Drunen, Nieuwkuijk, Cromvoirt en Lithoijen is afgewezen en ook de verzoeken van de ingezetenen van Waalwijk, Haagoort en de hertgang Distelberg zijn afgewezen

45 Bericht van ontvanger Essenius op een rekest van de regenten van Nieuwkuijk, Drunen, Waalwijk, Haagoort, Cromvoirt en enige ingezetenen van het gehucht of hertgang Dijstelberg onder Helvoirt , als ook rekesten van de regenten van Rosmalen, Nuland, Geffen en Lithoijen verzoekende om remissie vanwege de zware watervloed van december 1740

70 Een zéér uitvoerige beschouwing n.a.v. een rekest van regenten, ouderlingen en diakonen der stad en vrijheid Waalwijk in kwartier Oisterwijk op een rekest van de ingezetenen van Hagoort zijnde een aparte heerlijkheid gehorende onder de generaliteit doch niet onder de Meierij van ’s-Hertogenbosch met verzoek om aan drossaard schepen ouderlingen en diakonen van Waalwijk te gelasten hen een plaats te bezorgen om hun godsdienst te kunnen uitoefenen en dat de predikant van Waalwijk de dienst aldaar in de vorm van een combinatie waarneemt en dat hem daarvoor een toeslag gegeven zou worden van 150 gl. [ruim 3 folio’s]

41 Bericht van de raad en rentmeester generaal der domeinen Weveringh van Holij op een rekest van de ingezetenen van het dorpje Hagoort zijnde een aparte heerlijkheid vallende onder de generaliteit en grenzende aan Waalwijk in kwartier Oisterwijk doch niet gehorende onder de Meierij van ’s-Hertogenbosch als alleen in het kerkelijke onder Waalwijk waarmee het een combinatie vormt, maar zij worden afzonderlijk aangeslagen in de verpondingen; inhoudende bovendien dat de ingezetenen van dat dorpje van de ware christelijke gereformeerde religie zijn zonder dat er ook maar één roomse ingezetene woont en dat de predikant van Waalwijk aldaar komt prediken en ook het H.Nachtmaal der Heren bedienen; wanneer de schoolmeester van Waalwijk de kerkdienst komt waarnemen en dat daarom aan hem is toegelegd een traktement van 30 gl. , waarbij de godsdienst gedaan wordt in een kamer of vertrekt van een der supplianten huizen, vermits er geen kerk of kapel is en dat het getal der toehoorders, met de toeloop van naburige aangelegen inwoners, doorgaans en speciaal in de zomer, zo groot is dat de dienst ‘niet als met confusie’ in een kamer wordt verricht; de supplianten zouden overigens wel genegen zijn een kapel te bouwen waarvoor een van de inwoners de grond aanbiedt, maar de onkosten kunnen ze zelf niet dragen; ze verzoeken de Ed: Mo: van ’s lands wegen de penningen daartoe te verstrekken of hen permissie te geven om een collecte te houden in de plaatsen en steden gehorende onder het district van de generaliteit en de opbrengst te gebruiken voor de opbouw van een kapel en dat verder de penningen die op de predikdagen in die kapel zouden worden gecollecteerd alleen zouden moeten worden gebruikt tot onderhoud der te stichten kapel; na deliberatie is besloten op dit verzoek niet in te gaan maar zullen drossaard en schepenen ouderlingen en diakonen van Waalwijk, dat wanneer haar Ed: Mo: in hun resolutie van 28 januari 1707 hebben goedgevonden,