Notaris-, schepen- en andere akten

289b [VERVOLG AKTE] Nog krijgt hij een stuk akkerland genoemd de Dorenacker groot een lopenzaad 16 roedes gelegen te Gemonde, belendend Michiel Willems, de gemeenschappelijke mestweg, de H. Geest in Den Bosch. Nog krijgt hij de helft van een hooibeemdje gelegen onder Munsel genoemd het Hendricksbeemdken, belendend de weduwe van Jan Hendrick Santegoets, Willem Mauris, Hendrick Jan Santegoets. Nog krijgt hij een weilandje, genoemd het Voorste camptien gelegen op de bodem van Ell, belendend Antonis Janssen de Bresser, Jan Diercks en meer anderen, de gemeijnte van Ell. Nog krijgt hij de helft van de rechten in 2 moerveltjes aan de Langenberch. Uit dit erfdeel jaarlijks 9 stuivers een blank te betalen, nog 12 stuivers 2 oort chijns aan de heer van Boxtel, nog 10 gulden jaarlijks in een rente van 15 gulden aan de advokaat Nagelmaeckers. Genoemde delers doen over en weer afstand van aanspraken op elkaar erfdeel en beloven de deling gestand te doen. Als er op iemands bezit meer lasten blijken te drukken, zullen ze dat samen betalen ieder daarin voor een zesde deel. Elk zal ook de lasten op het eigen erfdeel zo betalen dat de andere erfdelen daarvoor zijn gevrijwaard. Verder zal het voorste perceel overpad verlenen aan het achterste perceel. Datum 15 februari 1667, getuigen van Dijck en Hardy als schepenen.

289a [VERVOLG AKTE] Nog krijgt hij een perceel hooiland genoemd het Coorstkens (?) Veltien gelegen in herdgang Onrode, belendend een erf genoemd Madelenen Dorsmolen (?), Gijsbert Joosten, Marcelis Jan Gerits, de weduwe van Jan Henrick Santegoets. Nog krijgt hij de helft van een weiland genoemd het Coppellen gelegen onder Munsel achter de molen, belendend de Geertruijden van Den Bosch, Arien Gerits en meer anderen, de rivier de Dommel. Nog krijgt hij een heiveld genoemd den halven Camp, gelegen onder Munsel in de Heijcampen daar, belendend de kinderen van Franck Peter Gerits en meer anderen, de kinderen van Evert Peter Everts, Jan Molder cum suis, de weduwe van Willem Rutten. Nog krijgt hij de helft van het moerveld te Munsel en een keuter turfrecht op Kempen. Uit dit erfdeel jaarlijks een kapoen te betalen aan de heer van Boxtel, nog 13 gulden jaarlijks aan Maeijken van Heeswijck, nog 6 gulden en 10 stuivers jaarlijks aan de kinderen van Cappellen, nog 5 gulden jaarlijks aan Emken Henrick Lamberts, alles aflosbare rentes. Genoemde Jan Antonissen krijgt een schuur, hofstad, de halve tuin met het bakhuis, groot een lopenzaad 29 roedes, gelegen te Boxtel onder Munsel, belendend Goijaert Henricks van de Ven waarvan is afgedeeld, de straat daar, Antonis Janssen, zijnde driehoekig. Nog krijgt hij een perceel teulland genoemd de Thien Lopens groot 2 lopenzaad en 30 roedes, ter zelfder plaatse als voor gelegen, belendend Thomas Gijsberts, Aert Peters, Goijaert Henricks van de Ven, de mestweg daar. Nog krijgt hij een perceel teulland genoemd de Zijdert, groot 2 lopenzaad 20 roedes, ter zelfder plaatse als voor, belendend Thomas Gijsberts en meer anderen, Goijaert Hendricks van de Ven, de weduwe van Jan Hendrick Santegoets, Anthonij de la Vignie en diens broer. Nog krijgt hij een perceel hooiland gelegen in de Gemondsche Beemden, belendend het groot gasthuis van Den Bosch en meer anderen, Peter Aerts van Tuijl, de weduwe van Gerit Dircks, zijnde driehoekig.

289 Dierck zoon van wijlen Jan Jaspers de Bresser door deze Jan verwekt bij diens vrouw Neeltien Janssen, verder Michiel Willems als man van Maeijken, Goijaert Hendricks van de Ven als man van Emken, Jan Antonissen als man van Jenneken, allen dochters zijnde van wijlen Jan Jaspers de Bresser en vermelde Neeltien, genoemde Dierck voor hemzelf handelend en nog samen met Jan Goijaerts van de Biechelaer als voogden over de minderjarige kinderen van wijlen Jan ook zoon van genoemde Jan Diercks de Bresser en Neeltien, verder Jan Jan Gerits als man van Maijken dochter van wijlen Jan zoon van Jan Jaspers de Bresser en Neeltien, welke Michiel Willems nog handelt als voogd over de minderjarige kinderen van wijlen Antonis ook zoon van genoemde Jan Jaspers de Bresser en van Neeltien, hebben verklaard met elkaar een deling te hebben gemaakt van het bezit dat ze van hun ouders hebben geerfd. Genoemde Dierck krijgt een huis met schuur, hofstad tuin en aanliggend erf, gelegen te Boxtel onder Munser (=Munsel), belendend Antonis Jans de Bresser, de minderjarige kinderen van Jan Jan Jaspers de Bresser waarvan is afgedeeld, de straat daar. Nog krijgt hij een perceel teulland genoemd de Ouden Boomgaert groot ca. 3 lopenzaad, gelegen te Boxtel ter zelfder plaatse als voor, belendend de weduwe van Marten Janssen, de minderjarige kinderen van Jan Jan Jaspers dat ervan is afgedeeld, de gemeenschappelijke mestweg, de zandbergen daar. Nog krijgt hij een stuk teulland genoemd de Crieckelaer, groot anderhalf lopenzaad gelegen te Gemonde, belendend Goijaert Jan Jonkers, Petyer Aerts van Overbeeck, de kinderen van Jan Jan Jaspers, Michiel Jan Corsten en meer anderen, de gemeenschappelijke mestweg. Nog krijgt hij de helft van een hooiveldje gelegen te Munsel aan het einde van de Nijsbocht daar, belendend Antonis Jans de Bresser cum suis, de erfgenamen van meester Aert van Horenbeeck, Goijaert van de Weege, de genoemde Bocht. Nog krijgt hij een weiveld genoemd de Braecxen Camp

283 Jenneken en Meriken dochters van wijlen Jan Adriaens de Cort door deze Jan verwekt bij diens vrouw wijlen Merieken Jacob Meus, verder Antonis Adriaens de Cort en Jan Cornelissen als voogden over de twee minderjarige kinderen van wijlen Melsen ook zoon van genoemde Jan de Cort en Meriken, verder Adriaen Gerits als man van Jenneken dochter van Joost Diercks verwekt bij wijlen Catelijn ook dochter van genoemde Jan de Cort en Meriken, hebben een deling aangegaan van het bezit dat ze van hun ouders hebben geerfd. Genoemde Jenneken krijgt een stuk teulland groot ca. een zesterzaad van 50 roedes, gelegen te Boxtel onder Tongeren, ter plaatse genoemd het Egelsvoort, belendend Huijbert Jacops, de gemeijnte van Zelissel, Eijmert Ariens. Daaruit jaarlijks 4 en een halve stuiver en een duit als chijns aan de heer van Boxtel te betalen. Genoemde Merieken krijgt een stuk erf deels teulland en deels groesland groot ca. 5 lopenzaad en 20 roedes, gelegen te Boxtel onder Tongeren, ter plaatse genoemd het Egelsvoort, belendend de minderjarige kinderen van Melsen Janssen dat ervan is afgedeeld, Adriaen Gerits ook ervan afgedeeld, Huijbert Jacobs, de gemeijnte. Nog krijgt ze een halve dagmaat hooiland genoemd de Scheijtplacken, die met 4 andere percelen worden gewisseld. Daaruit jaarlijks 19 stuivers te betalen uit een grotere rente van 12 gulden aan de H. Geest in Den Bosch. Genoemde Antonis Adriaens de Cort en Jan Cornelissen ten behoeve van de kinderen krijgen een stuk erf deels teulland en deels groeslant, groot ca. 5 lopenzaad en 20 roedes, gelegen te Boxtel onder Tongeren, ter plaatse genoemd op het Egelsfoort, belendend Meriken dochter van Jan Adriaens de Cort dat ervan is afgedeeld, Huijbert Jacops, de gemeijnte. Hieruit jaarlijks 19 stuivers te betalen uit een rente van 12 gulden aan de H. Geest, verder een vastenavondhoen per jaar aan de heer van Boxtel. Dit lot moet de helft van het moer (veen) dat daar in de grond ligt de komende twee jaar uit de grond halen.