Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)
Meer informatie over de chat-service? Klik hier
De geschiedenis van het COC gaat terug tot 1912. Dat jaar werd het Nederlandsch Wetenschappelijk Humanitair Komitee (NWHK) opgericht, dat als doel had om de rechtsongelijkheid tussen hetero- en homoseksuelen te bestrijden en informatie te verstrekken over het wezen van de liefde van man tot man of vrouw tot vrouw. Bij de Duitse inval op 10 mei 1940 werd het NWHK opgeheven. Ook kwam er toen een einde aan het verschijnen van Levensrecht, het eerste Nederlandse tijdschrift van en voor homoseksuelen, dat was opgericht door Jaap van Leeuwen, een nauw betrokkene bij de NWHK. In 1946 werd de uitgave van Levenslicht hervat en eveneens een ontmoetingsplek gecreëerd voor de lezers ervan: de Shakespeare Club. In februari 1949 is deze club, die op dat moment circa 1000 leden telt, omgedoopt tot 'Cultuur- en Ontspannings Centrum'.
In 1964 veranderde de naam van dit C.O.C. in 'Nederlandse Vereniging voor Homofielen COC'. In 1969 werd deze landelijke vereniging opgesplitst in een hoofdvestiging en in een afdeling Amsterdam.
Sinds 1971 heet het COC voluit 'Nederlandse Vereniging voor Integratie van Homoseksualiteit COC' (N.I.V.H. - COC). In 1973 werd de vereniging erkend (na een afwijzing in 1963 en in 1967); deze kreeg rechtspersoonlijkheid, waardoor voortaan subsidie kon worden aangevraagd. Vandaag de dag staat de vereniging bekend als 'COC (Nederland)'.
In 1980 besloot het landelijke COC tot een herindeling: er kwamen kleinere, op zichzelf staande afdelingen, waaronder ook in Brabant.
In 2000 werden alle COC-afdelingen in Nederland omgezet in zelfstandige verenigingen. Het landelijke COC werd een federatie (van twintig lokale verenigingen met op landelijk niveau ook een aantal werkgroepen) met een ondersteunende functie. In 2017 werd deze verandering van organisatiestructuur bevestigd met de naamswijziging naar Federatie COC Nederland.
Het COC is de oudste nog bestaande lhbtiq+ organisatie ter wereld en heeft een grote rol gespeeld in de emancipatie van lhbtiq+'ers in Nederland. Het COC 'streeft naar een diverse en inclusieve wereld waar mensen zich tot hun volle potentieel kunnen ontwikkelen, ongeacht hun seksuele oriëntatie, genderidentiteit of -expressie en geslachtskenmerken.' Momenteel telt het COC duizenden leden en honderden vrijwilligers.
De activiteiten van het COC in Amsterdam werden door de autoriteiten goed in de gaten gehouden. Desondanks werd al vanaf 1947 een begin gemaakt met de oprichting van COC-afdelingen elders in het land.
Zo ook in Brabant, waar in 1948 het initiatief werd genomen om een COC-afdeling Zuid-Nederland in Eindhoven op te richten. Op 3 januari 1948 was daarvoor een bijeenkomst in hotel Du Commerce (het latere Silveren Seepaert) aan het Stationsplein. Daar was de zedenpolitie achter gekomen, er werd een val opgezet en iedereen die op die bijeenkomst verscheen, waaronder Nico Engelschman / Bob Angelo, de voorzitter van de Shakespeareclub) werd opgepakt (en overigens allemaal ook weer binnen afzienbare tijd vrijgelaten). De leider van deze actie was toen commissaris Henri Leon Pijls, hoofd van de algemene dienst van de politie. Later zou hij nog commissaris van politie in Breda worden. Er kwam dus geen afdeling Zuid-Nederland. Dit heeft waarschijnlijk ook een rol gespeeld bij het besluit om de naam 'Shakesepeare Club' te laten vallen en voor COC te kiezen. (Zo lezen we in: Luc Brants, Tussen repressie en provocatie: Geschiedenis van de homo- en lesbische emancipatie in Eindhoven 1948-1990 (2017) 41-42.)
Ondertussen werden elders in het land C.O.C.-afdelingen gesticht. In 1953 had het C.O.C. zes afdelingen: Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Utrecht, Arnhem en Groningen.
In 1962 was ook Brabant aan de beurt met de stichting, in Eindhoven, van een COC-afdeling Zuid-Nederland. Daarna zouden er nog verschillende volgen (zie het overzicht verderop in dit artikel).
Verschillende Brabantse COC-afdelingen kwamen voort uit (Studenten) Werkgroepen Homoseksualiteit, die opvang en sociale bijeenkomsten organiseerden voor homoseksuele mannen en lesbische vrouwen in een bepaalde regio. Het ontstaan van deze werkgroepen moet geplaatst worden tegen de achtergrond van de internationale studentenopstanden van 1968. Na die opstanden werden in de meeste universiteitssteden (zoals in Tilburg), maar ook in andere plaatsen (waaronderin Bergen op Zoom en Den Bosch), werkgroepen homoseksualiteit opgericht.
Doordat zo'n werkgroep lid werd van het COC, werd deze serieuzer genomen als organisatie. En met het COC als rechtspersoon was overleg met andere homo-organisaties in de rest van het land mogelijk. Ook werd de kans om subsidie te krijgen groter. Na het verdwijnen van de Studenten Werkgroepen Homoseksualiteit ontstonden midden jaren zeventig ook, buiten het COC om, radicaal-lesbische en flikkergroepen, zoals Roze Driekhoek in Eindhoven. Als reactie op nieuwe, radicale vrouwengroepen als Paarse September en Purperen Mien ontstonden binnen het COC ook zelfstandige vrouwengroepen.
Hieronder vind je een overzicht van de COC-afdelingen die in Brabant werden gesticht. Welke plaatsen formeel onder deze afdelingen vielen, is niet zo belangrijk (en in het overzicht daarom weggelaten), omdat mensen meestal zelf wel uitmaakten welk COC ze bezochten. (Veel Limburgers gingen naar Eindhoven, bijvoorbeeld.)
De Brabantse afdelingen:
Na de fusies van begin 21e eeuw telde Brabant de volgende COC-afdelingen:
Klik hier voor een overzicht van alle huidige COC-verenigingen in Nederland.
De archieven van COC-afdelingen worden op meerdere plekken in het land bewaard. Ben je op zoek naar de archieven van Brabantse COC-afdelingen of naar Brabants materiaal in COC-archieven, dan kun je hier terecht:
1a. Nationaal Archief, Den Haag
1b. IISG, Amsterdam
Naar het archief (IISG gedeelte)
Naar het archief (IHLIA gedeelte)
Locatie archief onduidelijk. Onderzoeker Luc Brants heeft dit archief in 2017 voor het laatst gezien, in de achterste caféruimte achter de bar. Tot een overdracht aan het Regionaal Historisch Centrum Eindhoven is het nooit gekomen. De notulen van de Roze Driehoek (vanaf de oprichting) zijn vooralsnog in het bezit van Luc Brants.
Locatie: IISG, Amsterdam
Locatie: ?
Locatie: Regionaal Archief Tilburg
Locatie: ?