Hoe een enkele vraag grote gevolgen kan hebben. Het BHIC ontvangt een mail van Luc Brants, onderzoeker LHBTIQ+-geschiedenis en vaste bezoeker van onze studiezaal (op de foto tweede van links). Hij doet onderzoek in het archief van de Rechtbank Breda en zijn mail gaat erover, hoe 'homoseksuele ontucht' in (scans van) vonnissen benoemd wordt. Die manier van benoemen, aldus Luc, 'maakt homoseksualiteit onzichtbaar, terwijl in de wetgeving tussen 1911 en 1971 er toch écht sprake was van discriminerende wetgeving. Die was gericht tégen homoseksueel gedrag, door middel van artikel 248bis [Wetboek van Strafrecht], dat seksueel contact tussen mensen ouder dan 21 jaar met jongeren van gelijk geslacht tussen 16 en 21 strafbaar stelde. Vergelijkbaar contact tussen mensen van verschillend geslacht was niet strafbaar.' Voor het BHIC is deze mail in het bijzonder een sterke stimulans geweest om aan de slag te gaan met deze problematiek van een gebrekkige zichtbaarheid van homoseksualiteit en seksueel, sekse- en genderdivers gedrag meer algemeen, in onze archieven en op onze website. Een werkgroep Queer Brabant was er nog niet. Maar wel had zich al een student gemeld, en wat later volgde nog een tweede, die met deze problematiek tijdens een stage maar wat graag aan de slag wilde. Deze studenten, Maxime van Loenhout en Roxanne Lokin, zijn in september begonnen met hun project 'Queering the Collection'. Het doel is om een zoekhulp te ontwikkelen voor iedereen die zelf met de queer geschiedenis van Brabant aan de slag wil door middel van bronnen/archiefonderzoek.