Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.

Reacties (5)

Gerard H.A.A. de Bie
Gerard H.A.A. de Bie zei op 17 maart 2016 om 23:39
Bovenste Foto : Op de boot staat "zorg dat je er bij komt" dat is het eerste deel van een zin in een lied wat toen-der-tijd Dorus zong in zijn eigen T.V. - programma; "ZORG DAT JE ER BIJ KOMT # BIJ DE MARINE(2X) # BIJ DE MARINE MOET JE ZIJN # ! Daar kwam het idee vandaan.
De wagen gebouwd door Kerkstraat - Noord won mede door zijn goede afwerking in het jaar 1962 de 2de prijs . Op de foto rijdt de wagen nog niet in de optocht. Tijdens de optocht sloeg de tractor die in de boot is gebouwd regelmatig af. Op het schip stond ook een karbietkanon die normaal bedoeld was voor vogels uit de kersenboom te weren. Dat gaf iedere keer een overdovende klap en moest lijken alsof het de kanonnen van het schip deden.
Vandaar dat je enkele scheepsmatrozen met hun vingers in de oren ziet staan.
Op de foto staan van links naar rechts langs de boot : Annie (van de Laar -) Maas uit Gemert, die toen sinds kort winkeljuffrouw was in het nog kleine kruidenierswinkeltje ( VéGé ) van bakker de Bie en Joep de Jong ( met alpinopet op ) Op de boot ; Anja de Bie, Rieta de Bie, Henriette van Lankvelt, ..... , Peter Kleuskens, Ineke Kleuskens, Jan van de Ven e. a. van ook o.a. de Bernhardstraat die ook aan dit project meededen. Van oudsher viel deze straat voorheen ook onder de Kerkstraat al was dat in 1962 niet meer zo.
Norah zei op 7 maart 2016 om 21:00
Heel interessant relaas, Gerard.

Zelf uit Zuid-Limburg afkomstig. De carnavalsganger daar "toddelde" zich maar wat aan, tot een oude lampenkap op zijn hoofd. Dat schminken viel ook wel mee. Men droeg soms een masker(erg warm).Kinderen werden wel nog leuk aangekleed. De Brabander herkende men dan ook direct (als hij durfde af te zakken:) )aan de blauwe kiel zoals je al zei.
En in mijn tijd was het toch wel op straat met -café in en café uit-. En ook zoals hier al vermeld werd, alleen Limburgs liedjes. En vooral veel zelfspot...... Ik denk er nog wel met wat weemoed aan.
Volgens mijn ouders vroeger stelde de "vastelaovend" voor de oorlog niet veel voor.
Gerard H.A.A. de Bie
Gerard H.A.A. de Bie zei op 7 maart 2016 om 19:40
Ik wist 't ook niet. Dus vroeg ik het maar eens aan m'n nicht Rity, de dochter van bovengenoemde Joep die oorspronkelijk uit Limburg kwam. Die verwees me door naar haar broer Arie die vanuit Boekel weer lange tijd in zuid - Limburg woont en daar ook elk jaar Carnaval viert. Hij mailde me het volgende : "In essentie kent het Limburgse carnaval van oorsprong meer kleur in de kostuums, wordt er geschminckt en zweert men bij uitsluitend Limburgse muziek. Onderstaand een uitgebreidere beschrijving, die aangeeft dat het geheel teruggevoerd kan worden op het Rijnlandse en Bourgondische model".
=====De Rijnlandse variant van carnaval die in de hele provincie Limburg en het oosten van Noord Brabant gevierd wordt, is gebaseerd op de carnavalsviering in steden in het westen van de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen. =====Vooral Keulen, dat zich op zijn beurt weer veel op het carnaval van Venetië baseerde, heeft een grote invloed op de aard van dit carnaval gehad. =====Tegen het eind van de 19de eeuw werd het carnavalsfeest in het Rijnland gebruikt als een ludiek protest tegen de imperialistische (en protestantse) Pruisen die het gebied annexeerden. Veel van de huidige tradities kunnen hiernaar herleid worden. Het Rijnlandse carnaval heeft dan ook militaire trekjes, zoals bijvoorbeeld de onderscheidingen.

Voor de Limburgers gaat het er met carnaval om zichzelf zo mooi en bijzonder (of gek) mogelijk uit te dossen, in sommige tradities zelfs zo onherkenbaar mogelijk. Er worden maskers gedragen en er wordt veel geschminkt, iets wat duidelijk afstamt van de Venetiaanse traditie. Niet verwonderlijk natuurlijk als je weet dat de Rijnlandse carnaval bedoeld is om de gevestigde orde op de hak te nemen.

Rijnlandse carnavalsfeesten worden gedomineerd door carnavalsverenigingen. Deze verenigingen, waarvan er soms meerdere per stad of dorp zijn met ieder een eigen prins en raad van elf, organiseren tijdens het carnaval hun eigen feesten voor zowel leden als niet-leden van de vereniging.

Traditionele kleding bestaat uit uitgebreide kostuums. Sommigen kopen een compleet thematisch kostuum in een feestwinkel, weer anderen maken hun kostuums zelf. Omdat het Rijnlands carnaval ook merendeel buiten plaatsvindt, zijn de kostuums ook warmer. De kostuums zijn uitgebreider en meestal uit meerdere lagen opgebouwd. Gewone jassen om het niet koud te krijgen worden nooit over de carnavalskleding gedragen. Hooguit eronder.

Ook in de kleding van de prins carnaval zie je het belachelijk maken van de Pruisische adel terug; deze ziet er vaak uit als de kleding van een decadente edelman.

Het Rijnlands carnaval heeft drie officiële kleuren die overal terugkomen. Dit zijn rood, geel en groen.
______________________________________________________________________________

=====Het Bourgondisch carnavalsfeest is de variant die in de meeste plaatsen in Noord-Brabant, Gelderland ( Land van Maas en Waal, Bommelerwaard ) en Katholiek Zeeuws Vlaanderen en een aantal plaatsen op Zuid Beveland traditioneel aanwezig is. Zij vindt haar oorsprong in de welvarende steden van het Hertogdom Brabant en het Graafschap Vlaanderen ten tijde van de Bourgondische Nederlanden. De insteek van het Bourgondische carnaval was oorspronkelijk dat van een gekostumeerd eetfestijn waarbij men elkaar belachelijk maakte. Door de grote armoede die heerste in Brabant vanaf de bloeitijd van de Gouden Eeuw tot de Tweede Wereldooorlog wordt het traditionele feest gekenmerkt door (schijnbaar) eenvoudige kostuums; waarvan de beroemde blauwe boerenkiel met zakdoek wellicht het meest iconisch is.

Maar het betekent meer. Iedereen is hierdoor drie dagen gelijk; de bankdirecteur gaat vrolijk aan de zwier met de postbode en de toiletjuffrouw host samen met de vertegenwoordiger achter ‘un clubke aon, van strutje naor strutje’. Die ingetogen outfit, de boerenkiel met boerenzakdoek en roodwitgele sjaal die de échte Oeteldonker draagt, heeft dus niets met makkelijk wegkomen te maken. Doordat we er allemaal hetzelfde uitzien, als de boeren en durskes van vruuger, vallen de verschillen tussen mensen weg.”

Het is gebruikelijk voor steden met een Bourgondische carnavalstraditie (ofschoon er ook in Oostelijk Nederland enkele plaatsen met als basis het Rijnlands carnaval dit doen) om de naam tijdens carnaval te veranderen. Enkele voorbeelden zijn:

Kielegat voor Breda, Kruikenstad voor Tilburg, Krabbegat voor Bergen op Zoom, Kaaiendonk voor Oosterhout, Lampegat voor Eindhoven en Oeteldonk voor ’s Hertogenbosch.

De hoofdlijnen van het carnavalsfeest (hoofdbal, sleuteloverdracht, optochten) zijn in handen van één stichting. De stichting kiest één prins (en gevolg) uit. Er is dus maar één prins per stad of dorp. Wel kan het zijn dat geannexeerde dorpen hun eigen prins hebben. Zo heeft het in 1942 door Breda geannexeerde dorp Ginneken nog altijd zijn eigen 'prins' : de baron, En ook Princenhage en de Haagse Beemden hebben hun eigen prins.

Bourgondisch carnaval vindt veelal binnen plaats in cafés en in zalen. Daar is het warmer, dus de kleding is ook minder dik en bestaat uit minder lagen. Om van en naar de verschillende feestlocaties te gaan, hebben velen oude jassen aan om het buiten niet koud te krijgen. Toch vindt carnaval in het westen van Brabant ook veelal buiten plaats. De oude versierde jassen doen dan echt hun goede werk.

Waar de uitleg precies vandaan komt weet ik niet .
Mariët Bruggeman
Mariët Bruggeman bhic zei op 29 februari 2016 om 14:47
Bedankt Gerard, voor je leuke verhaal over de carnavalsvereniging in Boekel. Maar nu zijn we natuurlijk wél benieuwd naar wat het verschil is tussen een carnavalsclub volgens Brabants of Limburgs model? Kun je ons daar wat meer over vertellen?