Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.

Reacties (4)

Thijs de Leeuw
Thijs de Leeuw bhic zei op 27 januari 2021 om 10:10
Hallo George, wat een mooie foto van de H. Willibrordus Katholieke Jonge Vrouwen Zeelst! De KJV is in 1925 opgericht, maar de afdeling Zeelst dat kan ik niet vinden. Op de foto staat de pastoor. Als we weten wie dat is, zijn we een eind verder. Het lijkt mij niet pastoor Van Welie, die in 1941 werd ingehaald dus de foto zou dan in de periode 1925-1941 genomen zijn. Maar het blijf lastig en hopelijk reageren hier nog inwoners van Zeelst, Veldhoven die van hulp kunnen zijn?
Marilou Nillesen
Marilou Nillesen bhic zei op 27 januari 2021 om 10:05
Bedankt voor je berichtje, George. Kun je aangeven waar we die op de je site kunnen vinden? (welke periode)?
George Hoevenaar zei op 26 januari 2021 om 17:50
Het is geen reactie op dit verhaal, maar heb een foto met de vlag een pastoor en een groep jongen vrouwen, waarvan ik niet weet wanneer deze gemaakt is.
Deze is te vinden bij apart foto's op www.giorgysplace.nl
Henk Lieshout zei op 18 mei 2020 om 13:29
Tonnie ging door de week naar de kerk en spaarde miskaartjes, die dan weer in de klas werden opgehaald als bewijs dat je geweest was. Het kwam op je rapport als kerkbezoek. Tonnie was intussen misdienaar geworden en al ervaren in de hand- en spandiensten voor de misheer. Op een keer was het lof op zondagmiddag en er was een misdienaar tekort. Pastoor van Wely, die het lof deed, vond het goed dat ik inviel. Ik had het wel eens gezien. Tonnie links en ik rechts en normaal doe je alles hetzelfde en tegelijkertijd, maar dan in spiegelbeeld. Makkie, kwestie van afkijken.
Daar zaten we op de knieën, totdat de pastoor nijdig begon te wenken dat ik moest komen. Daar had ik niet op gerekend en was van mijn à propos.
Toen we even later voor het altaar naar elkaar toe moesten lopen en langs elkaar moesten kruisen, botsten we en viel het handbelletje met de 4 schelletjes rinkelend over de grond en vielen we in een slappe lach. Pastoor van Wely was woest, dat was mijn laatste optreden als invaller-misdienaar. Mij best.

Een andere pijnlijke ‘religieuse’ ervaring had ik net voor mijn plechtige communie. Ik was een jongetje van 12 jaar en nog braaf in de godsdienstles bij de pastoor. Hij had ons wel duidelijk gemaakt dat we de Heilige Communie moesten ontvangen met een reine ziel, daar mocht geen zwart vlekje opzitten. En dat we ’s zondags naar de kerk moesten en nog beter ook naar het lof en nog beter ook doordeweeks naar de kerk. Ik ging alleen ’s zondags naar de kerk, werkte daar mijn verplichte nummer af en na
Ita Misa Est waren we al half buiten. Ik spaarde dan 5 cent (dat was 5 droprenners bij Jantje Arts) uit door op zo’n harde klapstoel te gaan zitten in plaats van in de banken met zo’n vilten kniekussentje voor een dubbeltje.

Maar mijn geweten begon een beetje te knagen en ik besloot ook eens doordeweeks naar de kerk te gaan, ons moeder keek wel gek op, maar hield me niet tegen toen ik al om kwart over zeven vertrok. Ik was veel te vroeg, er was nog geen kip en ik wist niet goed waar te gaan zitten. Dus ging ik maar weer helemaal tegen de zijmuur achterin op mijn vertrouwde bidklapstoeltje zitten. Druppelsgewijs kwamen de schoolkinderen binnen en gingen allemaal voorin de kerk zitten op de banken, die normaal verpacht waren aan de notabelen van Zeelst, zoals de dokter en de meesters.

Ik voelde me helemaal niet op mijn gemak zo alleen achterin, zeker niet omdat iedereen achterom zat te kijken en tegen elkaar begon te smoezen.
Toen komt plotseling pastoor van Wely van voor de kerk binnen en ziet mij zitten en begint naar mij te gebaren. Ik snapte niet wat hij bedoelde. Blijkbaar zat ik, onnozele, net voor de biechtstoel en wilde hij weten of ik wilde biechten. Ik maakte in mijn onnozelheid een nietszeggend gebaar terug, maar hij verdween en kwam terug met zijn kazuifel aan en sjerp om. Ik schrok me kapot en hij wilde me de biechtstoel in hebben, maar ik maakte hem duidelijk dat ik daar niet voor kwam. Ik heb de pastoor nog nooit zo kwaad zien kijken, hij was ziedend. Na mijn lagere school ben ik niet vaak meer naar de kerk geweest, als kind teveel bang geweest van al die verhalen over hel, vagevuur en verdoemenis.