Enige tijd geleden kwam ik een artikel in de krant tegen over het internaat de La Salle met een foto waarop 3 personen stonden. Robin Kramp, Willie Derks en 3e persoon ben ik vergeten en kwam mij ook niet bekend voor. Het verhaal is bij me gebleven met als gevolg dat ik "internaat de la salle" eens ging googlen. De site "wierook etc. etc." viel mij op, en nam daar eens een kijkje en begon te lezen. Ik zat als intern vanaf '67 tot '70 of '71, weet het niet meer zeker. Het enige wat ik zeker weet is dat ik voordat ik eindexamen deed "vriendelijk verzocht" werd mijn onderwijs carriëre ergens anders te vervolgen. Ik ben op het internaat beland via de smeuïge verhalen van mijn oudere broer. Als hij dan weer eens na 3 weken op verlof mocht, vertelde hij alleen maar verhalen over de vele sporten die hij de afgelopen tijd op het internaat had gedaan. Misschien zei hij ook weleens wat over school, maar dat ging toen al het ene oor in en het andere uit. Dus toen ik "rijp" was voor de middelbare school had ik mijn ouders gevraagd of ik ook naar het internaat mocht. Zo gezegd zo gedaan. Ik ging tegelijkertijd met nog een aantal jongens uit mijn buurt: Kees Zeevenhooven, Ruud van Martels, Erik Steger, Erik Nolet en Frank Waals. Wij kwamen allen tegelijk aan in paviljoen 1 met broeder van Benthum, met zijn brylcream gestylde haar, als groepsleider. Alles was nieuw en reuze spannend en er werd met straffe hand geleid. De dagelijkse studie-uren waren een verrassing voor mij. We hadden toen ook al een bar in het paviljoen maar die was toen alleen maar 's avonds voor een paar uur open, stiekem liepen we dan over naar de bar van paviljoen 2 om daar de gewenste artikelen te kopen. In je eerste jaar werd er ook gekeken of je lid kon zijn van het koor. Je moest dan voorzingen bij broeder Alexius (Bierens) om daar aanspraak op te kunnen maken. In het eerste jaar mochten wij, zij die uit de randstad kwamen, of van de broeders, of van onze ouders, maar om de 2 weken naar huis, kan ook 3 weken zijn geweest. In het begin lastig maar op den duur was het prima om op het internaat te blijven. Zoals gezegd studie had niet mijn voorkeur dus al mijn aandacht ging uit naar sporten. De kleine, betegelde, sportveldjes bij de paviljoens deden dienst voor handbal, voetbal en in de winter als er wat sneeuw kwam één van de broeders met een oude auto erop crossen, sensationeel. Ook was er judo in de kelder en werd er basketbal gespeeld in de nabijgelegen school. Zaterdags naar de kerk en als ik me niet vergis gingen we ook nog eens, verplicht, doordeweeks naar de mis in het kapelletje in het internaat. De verhalen over vers brood zitten bij mij ook nog in het geheugen. De wandeling naar school door het bos over het bospad naar de nieuwe dependance, ongeveer tegenover Boschlust, gaf ons genoeg tijd om te roken en natuurlijk om bij Bovans of van Duivenvoorde eens een kijkje te nemen. Op school zaten ook "externen", jongens en meisjes vanuit de buurt, alhoewel sommigen wel een heel eind van school af woonden. Dus de school was mixed wat ook weer hele leuke herinneringen oproept. Na school werd er vaak gesport om vervolgens de studiezaal in te duiken, dan even pauze, avond eten en dan weer de studiezaal in. Na het laatste studieblok had je vrij. Televisie was er maar je kon ook biljarten of tafeltennissen. Bij het biljarten kon je zelfs een diploma halen. Van het tafeltennis en basketbal herinner ik me ene Paul Simons en broeder "de Rooie" (echte naam weet ik iet meer). 10.00 Uur 's avonds naar bed op je eigen kamer om vervolgens de volgende ochtend middels een sleutel die over het geribbelde raampje van je slaapkamer werd getrokken, gewekt te worden. Vele namen schieten me nu te binnen. Maarten Stikker, Frank Nelissen, Reinier Biegel, Felix Schade, Walter Jansen, Victor van Boeckel en de meisjes Trees Cuppen, Riet en Wilma Thijssen. Ach, zoals je misschien wel uit het verhaal kunt opmaken: Ik heb een waanzinnig goeie tijd gehad op La Salle met alle gevolgen vandien.