Voor ons periodiek "Heemschild", jaargang 29, aflevering 1 en 2, schreef in 1995 pastoor Harry van de Ven uit Sint-Oedenrode een zeer droevige gebeurtenis uit zijn familieverleden. Uit zijn naam stuur ik u onderstaand verhaal over 'Neergestorte vliegtuigen 1940-1945.
'De datum van 28 juni 1944 zal ik nooit vergeten. In de vroege morgen van die dag vonden mijn twee zussen en mijn broer de dood toen een brandend vliegtuig zich dwars door ons huis aan de Sluitappel boorde. Juist daar waar zij lagen te slapen.
Mijn moeder kon zich, wonder boven wonder, uit het brandende huis redden en bleek in haar gezicht en één van haar handen diepe brandwonden te hebben. Ikzelf zat toen op het 'nood'-seminarie in Udenhout, omdat het seminarie in Sint-Michielsgestel door de Duitsers was bezet.
Moeder vond meteen opvang bij mijn oom en tante, Bert en Sien van de Ven-van Heesch. Daar kwam dokter Alkemade met een verpleegster wekenlang de brandwonden verzorgen. Dat werd zo vakkundig gedaan dat moeder er geen littekens aan over heeft gehouden. Ik herinner mij nog dat de bijna blinde deken Van Erp met een paardenkoets moeder kwam opzoeken.
Nu ik, ruim vijftig jaar na die gebeurtenis-sen, weer in Rooi terug ben, kan ik nog merken hoe diep deze tragedie de mensen toentertijd heeft geschokt. Hoe mijn moeder het verlies van haar drie kinderen heeft kunnen verwerken, is voor iedereen onbegrijpelijk geweest. Op haar bidprentje heb ik geprobeerd dat te verwoorden.'
H.M. van de Ven pr.