Belem,
Op 24 augustus schreef ik:
BP 1430-1431 f. 321 Stad Den Bosch (bak Waeffelaert-van den Water)
Jonkvrouw Aleit van Waderen
dochter wijlen Aert Vrient sDekens alias van Waderen
Vader Art Vrient van Waderle had dus de bijnaam sDekens
Op 25 augustus zagen we dit:
BP R.1187 1410-1411 f.168v Aalst
Mechtelt weduwe Art Vrient van Waderle zoon wijlen Art van den Willen Berghe
en kinderen Henrick, Aleyt en Beel en Margriet (onmondig)
2 september gaf aanvullende informatie:
Van de familie van Arnd Vrient heb ik nog geen familiewapen achterhaald. Zijn vader droeg de naam Arnd van Wadelre. Deze had een broer Jan (gegoed in Aalst) en waarschijnlijk ook een Willem en wellicht een zus gehuwd met de vader van Dirck van Zeelst. Vader Arnd van Waderle was zelf ook gegoed in of Aalst (van den Willen Berghe). Ik kan verder opmerken dat in Waalre aan de rivier de Dommel een toponiem Wildenberg te vinden valt.
Als de broers Jan en Arnd van Wadelre in Aalst (en/of Waalre) gegoed blijken te zijn dan kunnen ze gewoon uit Waalre afkomstig zijn geweest en zich in Den Bosch en/of omgeving hebben gevestigd. Van Jan vond ik een vermelding uit 1337 en ik schat dat Arnd zeker eind jaren '30 zal zijn gehuwd. Zijn zoon Hendrik was een priester en slachtoffer van een doodslag ca. 1365. In 1368 is sprake van een zoenregeling die al 2 jaar uitbetaald was. De minimumleeftijd om tot priester gewijd te worden was destijds 25 jaar en dan kom je al snel op ca.1340. Het jaar 1365 is ook op dit moment ook de oudste vermelding van een zelfstandig optredende Arnd Vrient. Hij moet bij deze handeling derhalve minimaal 24 jaar zijn geweest hetgeen wijst op een geboorte uiterlijk 1341.
Samenvattend:
Drie broers en een zuster: Arnd (van den Willen Berghe), Jan en Willem van Wadelre en een zuster waarschijnlijk gehuwd met een [Goyart] van Zeelst.
Van vader Arnd van Wadelre zijn maar twee zonen bekend: Hendrik en Arnd Vrient. Hendrik werd priester en stierf voortijdig in of kort voor 1365.
We zien deze Arnd Vrient ook eenmaal onder de aanduiding Arnd Vrient sDekens. Bij een natuurlijke zoon zouden we kunnen denken dat Arnd Vrient een zoon van een priester (die later tot deken benoemd werd). Er zijn echter geen aanwijzingen dat Arnd Vrient van Wadelre een bastaard was. Ook het gegeven dat hij ca.1394 met een dochter van een ridder en de heer van Geffen huwde pleit daarvoor.
Dan blijft de conclusie over dat Arnd Vrient van Wadelre vernoemd is naar een oom of zo.
10 1365-03-26 op den naesten woensdach nae Onser Vrouwen annunciato dusent driehondert tsestich ende vier.
Henric van Zonne en Everijt Hulsman, schepenen van Sint-Oedenrode, oorkonden dat Wouter, Jan en Claes, zonen van Wouters die men hyet Bloemart en Kathelijne, hebben verkocht aan Arnt geheyten Vrient van Waderle: een erfpacht uit de Hannen Mertens soens hoeve gelegen te Onstaden bij Everijts Tonys in de parochie van Rode.
11 1368-04-19 de naeste woensdach na H. Sacramentsdag.
Robbrecht van de Broke en Everart Hulsman, schepenen van Sint-Oedenrode, oorkonden dat Arnt gheyten Vrient van Wadelre heeft opgedragen en overgegeven aan Janne natuerlijc soen wilen Lonijs van Risinghen: een erfpacht uit de Hannen Mertens soens hoeve te Onstaden bij Everarts Tonijs in de parochie van Rode.
https://www.archieven.nl/nl/zoeken?mivast=0&mizig=210&miadt=235&miaet=1&micode=7633&minr=1609545&miview=inv2
De oudst bekende vermelding van Arnd Vrient van Wadelre is uit 1365 als hij een erfpacht koopt (en in 1368 weer verkoopt) uit een hoeve in Sint-Oedenrode. Deze plaats is interessant omdat we hier een priester met naam Arnd Vrient in een generatie ouder aantreffen. Deze priester Arnd Vrient was rond die tijd toevallig ook nog deken was van het kapittel van Rode.
De achternaam van deze kapitteldeken is niet bekend maar wel dat hij familie en bezit in Oirschot had. Heer Arnd Vrient was overleden zo enige tijd voor 5 mei 1383. Hij was een (moederlijke) oom van Lucas en Hadewig van Beke (gehuwd met Jan Zueteric). In het Bosch protocol komen mbt Oirschot enkele vermeldingen voor. De heer Stan Ketelaars heeft voor Oirschot en Best de periode 1367-1396 bewerkt. Ze is hier raadpleegbaar (door scrollen naar onderen:
https://www.geneaknowhow.net/script/dewit/oirschot-start.htm
De interessante vermeldingen zijn: 2-12-1382,5-05-1383,07-10-1383(?),22-10-1389.
Bartholomeus gnd Meus Jans zn van Beke was een opmerkelijk man, enerzijds leenman van de hertog en van de heer van Herlaar en anderzijds werd hij ook aangeduid als Meeus die Volre wat op een ambacht duidt. Zie:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Volder
Hij sneuvelde op 22 augustus 1371 (of overleed kort daarop aan de verwondingen), in dienst van de hertog in de slag bij Baesweiler. Zie:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Slag_bij_Baesweiler
Van Bartholomeus en zijn vrouw Beel, + na 1374, hadden 6 kinderen waarvan 5 met naam bekend: 1. Meester Jan, kanunnik; 2. Lucas; 3. Liesbeth (x voor 1382 Gherit hr Gherits van Boxtel); 4. Hadewig (Heylwig, x voor 1383 Jan Zueteric/Zueterix/Zoeteric); 5. Henrick.
Lucas Meus zn van Beke volgde zijn vader op als hertogelijk leenman en is de stamvader van de jonkers Van Beke. Een van zijn zonen vernoemde hij naar zijn oudoom heer Arnd Vrient de deken.
Omdat ergens (moet het nog terugvinden) heer Arnd Vrient de kapitteldeken van Sint-Oedenrode specifiek aangeduid wordt als moederlijke oom zou hij dus een broer of halfbroer van Beel, de vrouw van Meus van Beke moeten zijn geweest. Het lijkt er ook sterk op dat heer Arnd Vrient, de deken, oom was van Arnd Vrient van Wadelre. De vrouw van Arnd van Wadelre (van de Willen Berghe) zou dus een zuster van de deken kunnen zijn geweest. Hun huwelijk kunnen we dateren op eind jaren 30. Zoon Hendrik is min. van 1340 en Arnd Vrient min. in 1341 geboren. Omdat ik het huwelijk van Beel en Bartholomeus op ca. 1345 heb geschat bestaat zelfs de mogelijkheid dat Beel een eerder huwelijk met Arnd van Wadelre heeft gesloten.
Met betrekking tot Arnd Vrient van Wadelre komen we in de bewerkingen van dhr Ketelaars in Oirschot ook nog een vermelding tegen.
1178 mf4 C 10 f. 134.
Zaterdag 08-01-1390.
Theodericus Berwout, Arnoldus Vrient de Waderle en Wouter Scappaert verklaarden ontvangen te hebben van Theodericus van der Vloet en Johannes zv Henricus van Jans de Oerscot 46 Holland gulden en 20 plakken in afkorting van geld dat voornoemde Theodericus van den Vloet en Johannes en hun medeschuldenaren aan voornoemde Theodericus, Arnoldus en Wolterus beloofd hadden wegens het zoenaccoord van de dood van wijlen Egidius zvw Pelgerinus faber.
Met vriendelijke groet,
Hans Vogels