skip naar content skip naar hoofdnavigatie spring naar service navigatie
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Lisette Kuijper
Lisette Kuijper Bhic
Menu
sluit
Hualp nodig?

Chat is online op maandag t/m vrijdag van 10.00 - 16.00 uur en van 19.00 - 22.00 uur.

Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag stellen via e-mail of WhatsApp: 06-12887717 (alleen berichtjes)

Meer informatie over de chat-service? Klik hier

Online op dit moment

Stel je vraag

Lisette Kuijper
Lisette Kuijper Bhic

Het Broekstenenhuuske

Een oude wachttoren? Restanten van een Middeleeuwse molen? Of nee, een schuilhut voor arbeiders: dat moet het ronde bouwwerkje aan de IJzerbroekseweg in Sint Hubert zijn geweest.

Foto: heemkundekring St. HubertEr is heel wat afgespeculeerd over de herkomst van het Broekstenenhuuske. Maar het was uiteindelijk gewoon een woonhuis, gebouwd met “broeksteen”, dat werd opgedolven in de vroege negentiende eeuw.

De man achter dit opmerkelijke huisje was Thomas van Duynhoven (1770-1854) uit Cuijk. Hij was een pionier in zijn tijd, met een grote interesse in het ontginnen van landbouwgronden. Hij was ook een man, die niet gauw opgaf. Want hoewel in de 25 jaar voor hem veel arbeiders hun houwelen al hadden stuk geslagen op de keiharde onderlaag van de IJzerbroekseweg, ging Van Duynhoven het nog eens proberen.

Het huuske rond 1920Hij liet een nieuw soort houweel ontwikkelen, met aan de ene kant de bekende punt en aan de andere kant een soort hak. Hiermee konden de werkmannen de aarde om de harde laag heen weghalen en de harde steen van onderaf loshakken. En dat werkte! Van de grote brokken liet Van Duynhoven bruggen of duikers bouwen. Ook werd het materiaal gebruikt om er een weg door de ontginning mee aan te leggen.

En ook het Broekstenenhuuske werd dus uit deze broeksteen opgetrokken. Volgens een beschrijving uit die tijd zag het er stevig uit: “een huisje van twee ordentelijke vertrekken, in de muuren van welk twee bedsteden gemetseld zijn en een kleder- en een waschplaats met een verwijlfsel van den selven steen, zoo ruw als dien uit den grond kwam.

De ijzerbroekwerkerMen kan gemakkelijk met twee man naast elkander wandelen bovenop de muur van het gebouw en bovenop het dak, met den zelfden steen belegd, kan men zeer gemakkelijk met agt mensen zitten. Onder de trap die naar boven leid, bevind zig een hondekooij, duiveslag, hoenderkooij en een heimelijk gemak, alles van hetzelve steen daar.”

Rond 1950 verdween het bouwwerk uit het landschap. Voor Van Duynhoven was het broeksteen nog afvalmateriaal dat voortkwam uit het verbeteren van de bodem. In de negentiende eeuw werd het een hoofdproduct in verband met de ijzerwinning. Verbetering van de grond was toen nog maar een prettig neveneffect.

IJzeroersteen in de kerktorenRijk werd Van Duynhoven overigens niet van zijn werk. Toen hij in 1854 op 83-jarige leeftijd overleed, werd zijn nalatenschap, hoofdzakelijk bestaande uit boeken, geschat op 147 gulden.

Reacties (7)

silvia d. zei op 5 maart 2009 om 22:10
graag wil ik reageren op dit fenomeen.
mijn moeder (87) vertelde altijd dat haar ouders daar hadden gewoont tot haar ouders verhuisden naar mill, naar een boerderij van het armenbestuur.
ze heeft het dan wel een over Het iezerbruukske of broekstenenhuuske.
weet u wie er allemaal heeft gewoont, en die foto die op de site staat, daar ben ik ook benieuwd naar.
met vriendelijke groet silvia
Annemarie van Geloven, namens BHIC bhic zei op 6 maart 2009 om 14:51
Heel hartelijk voor uw reactie. Dat moet heel bijzonder zijn geweest om daar te wonen!

Hein Vera heeft een heel boeiend artikel geschreven met als titel 'Het broekstenenhuuske in Sint-Hubert. Symbool voor een bijzondere Peelontginning uit de negentiende eeuw'. Het is verschenen in het historisch tijdschrift Brabants Heem, jrg. 2000, pg. 93-99. U kunt het op de locaties Den Bosch en Grave van BHIC inzien. Dit artikel is ook voorzien van een uitvoerige bronvermelding.

Ook door de Heemschut St. Huybert is bij haar 1e jubileum in 2001 een boekwerkje over het broekstenenhuuske uitgegeven.

Bij het BHIC op de locatie Den Bosch kunt u ook verder onderzoek doen in het rijkskadaster en de notariële akten van de eigenaren opsporen. Hebt u hierin interesse? Bel mij dan gerust even bij het BHIC 073-681 85 00.

Ook de bewoners zijn op beide locaties van BHIC in het bevolkingsregister na te trekken.

Ik hoop dat ik uw nieuwsgierigheid geprikkeld heb...
jan Peters zei op 11 maart 2009 om 11:31
Jammer dat het broekstenenhuisje in st Hubertbroek is verdwenen. Het zou anders een mooi munument kunnen zijn aan de winning van het ijzererts in St.Hubertbroek.

jan
Annemarie van Geloven, namens BHIC bhic zei op 12 maart 2009 om 15:18
Misschien is ooit de tijd rijp voor een replica van zo'n broekstenenhuisje?
Jan Lange. Nw.Vennep zei op 28 maart 2009 om 16:19
Rondsnuffelend op de kadastrale kaart C 01 van Mill en St. Hubert (ca. 1830) vind je inderdaad midden in het St. Huberts Broek een rond huisje ingetekend. Dit bouwwerkje onder nr. 21 is dan eigendom van Francis van Lanschot, koopman te Den Bosch. Hij bezit ook de omliggende gronden.
Gerard W. Ch. Lemmens zei op 6 november 2013 om 13:56
Aan diegene die dit interessante verhaal heeft geschreven en aan hen die er op gereageerd hebben mijn oprechte dank want ik ben erg geinteresseerd in het wel en wee van Thomas van Duijnhoven,ged. Cuijk 21 nov. 1770, get. Petrus van Duynhoven en Maria Schraven, President van het Gemeente Bestuur, Schout en Schepen van Cuijk (1807 - 1808), Civiele Hoofd van de Rechtbank van Cuijk en Secretaris van Cuijk , overl.Cuijk en St. Agatha 9 mei 1854, zn.v. Cornelis van Duijnhoven en Anna Thomasse(n).

Thomas was getrouwd (Cuijk 1 juni 1794) met een familie lid van mij, n.m.Anna Barbara Lemmens, ged. Boxmeer 9 nov. 1760, get. Willem Janssen en Maria Lemmens, verv. door Lambertus Balthesen en Hermina Verstegen. Zij is overl.Cuijk 15 nov. 1844.

Deze Thomas van Duijnhoven (hij tekent van Duijnhooven met twee o's) heeft ook een boekje geschreven - Beschouwing van de vroegste tijden over de HEERLIJKE REGTEN EN NOVALE TIENDEN dat in 1842 te 's-Herogenbosch werd gepubliceerd door M. Palier en zoon.
Hij is dus een erg actief manneke geweest ??
Een kleinzoon van hem is de kunstschilder Thomas Carolus van Uden (1825-1882), die altaren en portretten schilderde. Helaas is over hem ook niet veel bekend.
Thomas van Duijhoven heeft meen ik met een Heer Fr.? van Lanschot allerlei experimenten ook gedaan, helaas is hij van dat alles financieel niet sterk geworden, hetwelk in het bovenstaande artikel ook vermeld wordt.

Annemarie, Ik zal zeker een copie moeten bemachtigen van het tijdschrift Brabants Heem, hetwelk je vermeld !!

Nogmaals mijn grote dank aan iedereen,

Gerard Lemmens
Gerard W. Ch. Lemmens zei op 6 november 2013 om 14:01
Dag Jan Peters en Annemarie,

Misschien is ooit de tijd rijp voor een replica van zo'n broekstenenhuisje?

Dat lijkt mij een enorm goed idee,zoiets hebben ze ook gedaan op het eiland Lewis een van de Schotse hebridean eilanden hetwelk wij vorig jaar bezochten en waar oorspronkelijk mijn vrouws familie, macleod van stamt.

Groeten,
Gerard

Reageer op dit verhaal

Heb je al een account? Log in met je gegevens.

Heb je nog geen account? Plaats zonder inloggen, of Registreer een account

Help spam voorkomen en los de volgende som op:
Geef mij een andere som.